Bij het ongeluk rond 01.20 uur raakten twee andere kinderen (destijds 8 en 12) zwaargewond. Zij zaten, samen met hun 14-jarige broer die overleed, met hun ouders in de auto. Het gezin sloeg na een groen verkeerslicht af op een kruising bij de Megensebaan in de Brabantse plaats, toen O. met hoge snelheid op hun auto botste. De jongeman reed vlak voor de kruising 146 kilometer per uur, terwijl 70 het maximum is. Hij had zijn rijbewijs nog maar kort en had zeven tot negen keer meer alcohol in zijn bloed dan toegestaan. De officier van justitie noemde hem „een verdachte die zo ongeveer alles fout doet”.

O. was die avond op een feestje, toen een vriend „in wilde paniek” naar hem toe kwam omdat er zou zijn ingebroken in diens huis. Ze haalden de autosleutel en vertrokken. „Ik heb een impulsieve, domme keuze gemaakt”, aldus de verdachte.

Eerst wilde O. de schuld bij zijn vriend leggen, maar hij bekende toch dat hij de bestuurder was. De verdachte heeft „hele vage herinneringen aan de rit”. Hij denkt dat hij ervan uitging dat het stoplicht op groen zou springen. Zijn passagier zag wel dat het rood was en zou op het laatste moment nog hebben geroepen dat hij moest remmen.

Ook de ouders van het aangereden gezin raakten na de aanrijding gewond. Hun oudste zoon werd al snel hersendood verklaard. „Wij moesten op tweede kerstdag de beslissing nemen om de machines uit te zetten.” Een andere zoon lag maandenlang in coma en heeft blijvend zwaar hersenletsel. „Hij moest alles opnieuw aanleren”, zei zijn moeder in de rechtszaal in Den Bosch. De verdachte reageerde emotioneel op verklaringen van de nabestaanden. „Ik had daar ter plekke moeten overlijden en mijn vriend had beperkt moeten worden, niet andersom.”

„Erger dan dit kan het eigenlijk niet worden”, zei de officier. Hij sprak van roekeloos rijgedrag en eiste naast de celstraf een rijontzegging van vijf jaar.

De uitspraak is op 6 november.