Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) heeft gemeenten benaderd met de vraag of ze bereid waren asielzoekerscentra te veranderen in soberdere noodopvanglocaties, zodat er meer mensen in zouden passen. Dat bevestigt een COA-woordvoerder na berichtgeving door het AD. Het zou zijn gegaan om het „aftasten van eventuele mogelijkheden” enkele weken geleden en is geen concreet plan geworden.
Noodopvanglocaties zijn tijdelijke plekken zoals evenementenhallen die bedoeld zijn om de asielzoekers op te vangen die niet in de reguliere centra kunnen. Er zijn minder voorzieningen, schrijft het COA zelf op zijn website. „Bewoners hebben vaak minder privacy, geen gelegenheid om zelf te koken en minder zinvolle dagbesteding.” Op dit moment zijn er 89 reguliere asielzoekerscentra (azc’s), 193 noodopvanglocaties en zes reguliere azc’s die zijn uitgebreid met een noodopvang.
Het is niet bekend welke gemeenten precies zijn benaderd. De gemeente Utrecht is er een van, laat een woordvoerder weten. „Voor een van onze locaties hebben wij inderdaad deze vraag ook gehad, of wij die mogelijkheid wilden verkennen. We hebben gelijk aangegeven dat dat absoluut geen optie was. De opvang zou veel te vol worden en de omstandigheden daardoor inhumaan.” Ook de vergunning zou geen ruimte bieden voor de aanpassing. De vraag van het COA was dus „gelijk van de baan”.
Ook de Doetinchemse burgemeester Mark Boumans is op de hoogte van het idee om van normale azc’s noodopvangplekken te maken. Als bestuurder van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten is hij betrokken bij de asielopvang. Boumans noemt het idee „om allerlei redenen nogal opportunistisch en niet erg briljant”. Volgens Boumans is de spreidingswet die de verdeling van asielzoekers over Nederland regelt al een „prima instrument”. Het kabinet wil die wet intrekken.