Cultuur & boekenVerdieping
Stress door drukdoenerij? Dat kan, best simpel, heel anders

Over drukte, haast, rust, niksen en de tijd goed besteden verschijnen zo veel boeken en artikelen dat je het druk krijgt als je ze allemaal zou willen lezen.

In dit huis in Chawton, „ver weg van de bewoonde wereld”, kon de bekende romanschrijfster Jane Austen (1775-1817) haar manuscripten eindelijk voltooien. Eerder, tussen 1800 en 1810, stopte ze helemaal met schrijven omdat ze te druk was met andere taken en geen werkritme kon ontwikkelen, schrijft Cal Newport in ”Slow productivity”. beeld Jane Austen’s House
In dit huis in Chawton, „ver weg van de bewoonde wereld”, kon de bekende romanschrijfster Jane Austen (1775-1817) haar manuscripten eindelijk voltooien. Eerder, tussen 1800 en 1810, stopte ze helemaal met schrijven omdat ze te druk was met andere taken en geen werkritme kon ontwikkelen, schrijft Cal Newport in ”Slow productivity”. beeld Jane Austen’s House

Het was zomaar een woord dat opviel in een artikel van de BBC, deze zomer: in het Engelstalige stuk dook het Nederlandse ”niksen” op. „Niksen –a Dutch wellness trend that means ”doing nothing”– has caught the attention of the world as a way to manage stress or recover from burnout.” De aandacht van de wereld is dus getrokken door de Nederlandse wellnesstrend niksen, via een artikel van journalist Olga Mecking voor The New York Times in 2019 en haar boek ”Niksen” uit 2020. ”The Dutch art of luieren” luidt de ondertitel van het boek. „Stop being so busy!”

Een uitstapje: in 2010 bestond in Zwolle al het bedrijf Luilak, dat deze boodschap had voor Nederlanders: „Leer eens luieren.” Het bedrijf is gespecialiseerd in hangmatten en verkocht destijds ook luxe ochtendjassen, poefs en strandlakens. „Nederlanders kunnen niet zo goed luieren”, zei eigenaar André Pranger in een interview in het RD. „Terwijl even nietsdoen en nadenken over hoe de samenleving in elkaar steekt rust geeft, en nieuwe inzichten.”

Houd maar op met zo druk zijn, klinkt het overal, terwijl mensen zich steeds drukker gedragen

Houd maar op met zo druk zijn, klinkt het overal, terwijl mensen zich steeds drukker gedragen en gestrester voelen en van alles proberen om kalm te blijven.

Even leek het dat de coronatijd dit zou veranderen, dat mensen daarna meer prioriteiten zouden kunnen stellen en rust gingen inbouwen in hun te volle schema’s. Ook zou er een betere balans komen tussen thuiswerken en werken op kantoor, wat vervolgens iets goeds zou betekenen voor het fileprobleem. Maar nee . Werkgevers en werknemers worstelen sindsdien nog steeds met het thuiswerkbeleid: om goed werk te kunnen leveren, moeten collega’s elkaar spreken (dus kom naar kantoor, zeggen werkgevers), maar bij kenniswerkers zijn interactie en communicatie zo’n grote plek gaan innemen dat ze de productiviteit belemmeren (dus doei, zeggen werknemers, want dan krijg ik mijn taken niet af). Even heel zwart-wit gezegd.

Werkstress stijgt

Het verlangen naar rust tekent zich af tegen een zorgwekkende achtergrond. Het aantal mensen dat lijdt onder (werk)stress en burn-out blijft al jaren stijgen. Volgens onderzoeksinstituut TNO heeft in Nederland nu een op de vijf werkenden burn-outklachten. Door onder andere de krapte op de arbeidsmarkt, de vergrijzing en de combinatie van werk en mantelzorg dreigt dat aantal verder toe te nemen. Hybride werken kan volgens de onderzoekers bijdragen aan een betere werk-privébalans .

Het artikel van de BBC, waarin het woord niksen wordt genoemd, gaat over de opkomst van de ”slow living”-beweging: #SlowLiving op Instagram. Het gaat in op de vraag of langzamer leven een antwoord is op stress – of dat het een onbereikbare, opschepperige term is voor wie zich de luxe kan veroorloven.

In het boek ”Slow productivity. De kunst van presteren zonder burn-out”, dat eerder dit jaar verscheen, bespreekt schrijver en wetenschapper Cal Newport voorbeelden van mensen die drastisch minder gingen werken, ook al kost dat geld, en van kunstenaars die zich terugtrekken in een fijn huis, een hut of hotel, zodat ze ongestoord kunnen werken aan een boek of ander kunstwerk. Hij stelt regelmatig de vraag of zo’n stap alleen is weggelegd voor rijke mensen (deels wel, deels niet). Hij zegt erbij dat zijn betoog vooral is bedoeld voor wie de vrijheid heeft om zijn tijd enigszins zelf in te delen, dus bijvoorbeeld zzp’ers en werknemers met autonomie. Daarmee bakent hij zijn lezersdoelgroep wat af, wat realistisch is, want wanneer je door roostermakers wordt ingepland en op vaste tijden op de werkplek aanwezig moet zijn, spelen er andere vragen en geldt een ander soort productiviteit.

Newport, die bekend werd van de bestseller ”Diep werk. Werken met aandacht in een wereld vol afleiding” (2016), zoekt in ”Slow productivity” uit wat productiviteit inhoudt bij kenniswerkers. Wat maken zij precies? Wat doen degenen eigenlijk die de hele dag achter de computer zitten, rondlopen op kantoor en urenlang vergaderen? En wanneer is hun werk af? Anders dan bij ambachtslieden, werkers in een fabriek of boeren en tuinders zíé je dat niet zo goed, terwijl ze wel druk zijn en ook moe worden.

Meedogenloze drukheid

Tijdens de coronapandemie viel het Newport op: het was „een ingewikkelde tijd voor kenniswerkers”. Een „allang sluimerend ongemak” rond productiviteit kwam boven. Er was iets belangrijks aan de hand, signaleerde Newport: „Kenniswerkers waren uitgeput, opgebrand door een steeds meedogenlozere drukheid. (…) Flink wat kenniswerkers moesten plotseling vanuit huis gaan werken, met schreeuwende kinderen in de kamer ernaast, en werden na de zoveelste Zoomvergadering door twijfels overmand: „Waar zijn we eigenlijk mee bezig?”” Wat er is ontstaan, betoogt Newport, is „pseudo-productiviteit”: „Het gebruik van zichtbare activiteit als primaire methode om feitelijke productiviteit te benaderen.” Of in andere woorden: „Als jij me achter mijn bureau ziet –of, als ik op afstand werk, als je regelmatige reacties van mij ziet op e-mails en in chats– weet je dat ik in elk geval íéts doe. Hoe meer activiteit je ziet, hoe meer je mag aannemen dat ik bijdraag aan de doelstellingen van de organisatie.”

Nog een citaat: „Lange werksessies die geen onmiddellijke, duidelijke sporen van de geleverde inzet nalaten, worden een bron van zorg – het is veiliger om aan te haken bij e-mailthreads en onmiddellijk op telefoontjes en besprekingen te reageren dan diep in gedachten te verzinken om een gedurfde, nieuwe strategie te ontwikkelen.”

„Kenniswerkers waren uitgeput, opgebrand door een steeds meedogenlozere drukheid” - Cal Newport, auteur van ”Slow productivity”

Intussen vertikt een deel van de kenniswerkers het om weer dagenlang op kantoor te gaan werken, zoals voor de lockdowns, en dat kan ermee te maken hebben dat de bubbel van pseudoproductiviteit is doorgeprikt. Aanwezigheid en zichtbaarheid zijn nog geen bewijzen van productiviteit. En: het leven is nu ingericht rond thuiswerken. Werknemers hebben een hond aangeschaft en die moet op tijd worden uitgelaten. Maar ja, de werkgever betaalt wel hun salaris. Wat weegt het zwaarst?

Sociale prijs

Na zijn inleiding op het thema beschrijft Cal Newport hoe Slow Food is ontstaan: als een tegenhanger van een vestiging van McDonald’s in Rome. „Laten wij, om aan de saaiheid van ‘fastfood’ te ontkomen, de rijke variatie en aroma’s van plaatselijke keukens herontdekken”, aldus journalist Carlo Petrini, de initiatiefnemer van deze beweging. De Slow Food-beweging heeft inmiddels afdelingen in 160 landen: een groot succes. Daaruit haalt Newport twee kernpunten: Petrini bedacht een plezierig alternatief in plaats van zijn energie te verspillen aan kritiek op McDonald’s, én hij maakte gebruik van iets wat al bestond: traditionele eetculturen.

Dit inspireerde Newport tot het begrip van ”slow productivity” oftewel langzame productiviteit. Hoe omzeil je pseudoproductiviteit – dus druk zijn maar weinig presteren? Via drie principes, volgens Newport: 1) Doe minder dingen; 2) Werk in een natuurlijk tempo; 3) Wees geobsedeerd door kwaliteit.

Bij het eerste punt noemt Newport iets wat dat ogenschijnlijk zo simpele actiepunt lastig maakt. „Wie een uitnodiging voor een Zoomvergadering afslaat, betaalt daar een sociale prijs voor, want je berokkent een collega enige schade en geeft mogelijk aan dat jij moeilijk bent om mee samen te werken, of gewoon lui.” Het gevolg is dat veel mensen pas nee gaan zeggen als het niet anders kan, en als ze al „gevaarlijk dicht tegen een onhoudbare werkdruk” aan zitten. Kenniswerkers houden dus met elkaar een ongezond systeem in stand. Dat is menselijk en verklaarbaar. En toch is het, voor het goede doel van echte productiviteit, nodig om dat te doorbreken. Als je op drie niveaus ingrijpt –beperk het aantal grote missies; beperk projecten; beperk dagelijkse doelen– dan zou principe 1 moeten lukken.

Kenniswerkers houden dus met elkaar een ongezond systeem in stand

Angst

Bij het tweede principe –werk in een natuurlijk tempo– beschrijft Newport dat druk zijn niet automatisch is te wijten aan werkgevers of organisatiedoelen, maar (ook) aan kenniswerkers zelf. „Onze zo vermoeiende neiging om onophoudelijk, uur na uur, dag in dag uit door te gaan is willekeuriger dan we denken. Natuurlijk, velen onder ons hebben bazen of klanten die eisen stellen, maar die zijn niet altijd tot achter de komma bepalend voor onze dagelijkse agenda – vaak zijn onze eigen angsten onze belangrijkste opdrachtgever. Vanwege onze fundamentele weigering om af en toe even afstand te nemen van de jachtige, tot uitputting leidende drukheid gaan we gebukt onder overdreven ambitieuze schema’s en een slecht georganiseerde indeling van ons werk.”

Dus de eigen angsten jagen kenniswerkers voort; dat moet wel een enorme bron van stress zijn. Dat inzicht kan het begin zijn om er wat aan te veranderen.

Bij het punt van het natuurlijke tempo noemt Newport de mogelijkheid van werken in seizoenen. Als je een verkort jaar werkt –bijvoorbeeld tien maanden in plaats van twaalf–, valt dat volgens de auteur onder werken in seizoenen. In het klein kan het betekenen dat maandag een vergaderloze dag is, of dat je rusttijd inplant bij een intensief project.

Newport noemt hier bijvoorbeeld ook het fenomeen van ” quiet quitting ”, stilletjes stoppen, dat in juli 2022 zichtbaar werd als een trend op sociale media en waar vooral jongere werknemers mee bezig schijnen te zijn. Werk gaat volgens die visie niet vóór alles; je kunt gerust precies om vijf uur stoppen en weigeren om over te werken. Het leidde tot discussies en tegengas. Los van alle ruis is de kern, volgens Newport: „Je hebt meer controle dan je denkt over de intensiteit van je werkdruk”.

Wees geobsedeerd

Wie ” Diep werk ” van Newport heeft gelezen, had het derde principe vast verwacht: kwaliteit. In dat boek liet hij zien wat er nodig is voor onderscheidend werk: minder afleiding. In ”Slow productivity” zegt hij: „Dit [kwaliteit] is de lijm die de beoefening van de langzame productiviteit bijeenhoudt.” Minder doen en werken in een natuurlijk tempo dienen het doel van kwaliteit. Newport formuleert het als „wees erdoor geobsedeerd”, waarna hij zich haast om uit te leggen dat zo’n obsessie iets anders is dan perfectionisme. Niksen op z’n tijd is nuttig – omdat je bij tijden misschien heel hard moet werken om iets goeds te maken.

Newport gelooft overigens niet (meer) in een systeem als Getting Things Done (GTD), een methode om taken uit je hoofd te krijgen en in een systeem te ordenen. Onderscheid mailwisselingen en mondelinge communicatie maar eens in taken. De aandacht wordt tegenwoordig niet zozeer opgeslokt door taken, maar door „interactie met anderen óver die taken”, aldus Cal Newport.

„Met luieren bedoel ik niet zomaar lanterfanten of ledigheid. Je moet het nietsdoen verdiend hebben”, zei André Pranger van het hangmattenbedrijf Luilak in 2010. In feite zegt Cal Newport, samen met talloze andere wijze mensen in de wereld, hetzelfde: doe af en toe niets, zodat je weer wat moois kunt maken. Een kenniswerker hoeft die kennis alleen nog maar toe te passen.

Even uit het hoofd en de (wellicht figuurlijke) hangmat in dus maar, om weer te weten wat het belangrijkst is.

De Bijbel wijst op het belang van een gezond ritme

De zomervakantie is voorbij en haast vergeten, de hectiek rond werk, gezin, goede doelen, school en kerk slaat weer volop en legaal toe. Hoe zinvol deze bezigheden ook zijn, al dat „werk van onze handen”, het is juist de Bijbel die al eeuwen wijst op het belang van een gezond ritme. Ook daarover zijn allerlei boeken verschenen, zoals ” De radicale uitbanning van haast ” (2023) van John Mark Comer: een bestseller in de VS, en waarvan in Nederland intussen bijna 5000 exemplaren werden verkocht.

Predikant Ron van der Spoel las dit boek en het was voor hem een aanleiding om na de zomer te stoppen met sociale media. „Urenlang scrollen” kost veel tijd, tijd die hij nu besteedt aan Bijbellezen, ontmoetingen, gesprekken, studie, vertelde hij in september in een column .

Ritme zit diep verankerd in het Oude Testament, werd vastgelegd in wetten en regels, in een wijze spreuk  in Prediker, en klonk in een persoonlijke boodschap voor Elia ( 1 Koningen 19 ). Tegen de achtergrond van het grootste werk is er in het Nieuwe Testament altijd aandacht voor rust ( Markus 6:31 ).

Voor wie nu met het hoofd bij de volgende vergaderdag zit, of wordt overspoeld door gedachten over al het werk dat wacht in het najaar: er is alweer een nieuw boek onderweg: ”Een schitterende leegte” van filosoof Lieke Knijnenburg, die, zoals het ernaar uitziet volgens de aankondiging van de uitgever, dezelfde boodschap brengt als Cal Newport. „In dit boek ontleedt Knijnenburg op nietsontziende wijze haar drang om het leven te reduceren tot een takenlijstje…”

Slow productivity. De kunst van presteren zonder burn-out, Cal Newport; uitg. Business Contact; 236 blz.; € 22,99

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer