Staatssecretaris Chris Jansen (Openbaar Vervoer) maakte donderdag bekend dat ERTMS op het Zeeuwse spoor wordt uitgeprobeerd. Eerder werd al duidelijk dat bij de invoering daarvan problemen worden verwacht. Het treinverkeer ligt zeker vier maanden stil, maar na de werkzaamheden kan er nog gedurende negen maanden sprake zijn van extra verstoringen door kinderziektes. De staatssecretaris vindt het daarom verstandiger om „aan de randen van het spoornetwerk” te beginnen, in Zeeland.

Jansen beseft dat bestuurders en inwoners in Zeeland daar niet bij staan te juichen. „Ik ben mij er terdege van bewust dat de inrichting van een proefbaanvak voor ERTMS in Zeeland in de eerste periode een negatieve impact kan hebben op het Zeeuwse ov-systeem en daarmee op de Zeeuwse reiziger en dat u hier derhalve kritisch tegenover staat”, aldus de bewindsman in een brief die hij aan de Tweede Kamer stuurde.

Van der Maas zegt dat hij toen hij van het plan op de hoogte werd gesteld duidelijk heeft gemaakt „het ongewenst” te vinden. „Maar ik kan hoog en laag springen, het is toch het ministerie dat samen met NS en ProRail besluit. We hebben daarna in onderhandelingen wel een compensatiepakket kunnen bedingen.”

Om de overlast voor reizigers zoveel mogelijk te beperken, heeft de staatssecretaris toezeggingen gedaan over maatregelen om de hinder te beperken. Zo zal er uitgebreid vervangend vervoer zijn, inclusief expresbussen, deugdelijke reizigersinformatie en is het de bedoeling dat er parallel aan het spoor een scholierenlijn gaat rijden.

Ook zijn er afspraken gemaakt over investeringen in de toekomst van het Zeeuwse openbaar vervoer, zoals voor spoorwegovergangen en de opleiding van spoortechnici.

Verder heeft Zeeland de toezegging gekregen dat het ministerie, NS en ProRail de communicatie naar reizigers pro-actief en uitgebreid zullen aanpakken.