Het „overgrote deel van de mensen” die door een fout van het UWV te veel uitkering hebben ontvangen, hoeft dit niet terug te betalen. Dat heeft minister Eddy van Hijum (Sociale Zaken) gezegd in een debat. „Kan je dan helemaal uitsluiten dat er nooit iemand iets zal moeten terugbetalen? Nee, dat kan niet voor 100 procent”, voegde hij eraan toe. Alleen in „uitzonderlijke gevallen” zal de uitkeringsinstantie overgaan op terugvorderingen.
De Kamer debatteerde dinsdag over de fouten van het UWV, waardoor mogelijk tienduizenden mensen een te hoge of te lage arbeidsongeschiktheidsuitkering hebben ontvangen. Mogelijk is dit jarenlang fout gegaan, hoewel de precieze omvang van het probleem nog wordt onderzocht. Een flink deel van de Kamer wil, net als Van Hijum, dat het uitgangspunt is dat er niet wordt teruggevorderd. Er zijn ook partijen die willen dat het kabinet uitsluit dat er geld wordt teruggeëist van mensen, omdat het bij de overheid zelf is misgegaan. Zover ging Van Hijum nog niet.
Hij benadrukte wel dat mensen alleen geld moeten terugbetalen als het echt duidelijk was dat zij te veel geld ontvingen. Bijvoorbeeld wanneer hun uitkering hoger lag dan het loon dat ze verdienden voordat ze arbeidsongeschikt waren.
Terugvordering is eigenlijk wettelijk verplicht, benadrukte Van Hijum. Maar uitspraken van de rechter, waaronder een belangrijke uitspraak van afgelopen voorjaar, hebben de overheid ruimte gegeven om hiervan af te wijken. Er is ruimte om af te zien van terugvorderingen wanneer de fout bij de uitvoerder zelf lag, zoals bij de UWV-affaire het geval is.
Mensen die te weinig uitkering hebben ontvangen, krijgen het geld waar zij recht op hadden alsnog, werd al eerder duidelijk.