BinnenlandRECLASSERING
Hoe is het om een enkelband te dragen? „Je moet over alles nadenken”

Om de bekendheid van elektronische monitoring (EM) te vergroten, draagt Hans Dingemanse een week lang een enkelband. „Naast praktische beperkingen is vooral de mentale impact groot.”

Hans Dingemanse, directeur van Leger des Heils Reclassering, draagt een week lang een enkelband. beeld Erik Kottier
Hans Dingemanse, directeur van Leger des Heils Reclassering, draagt een week lang een enkelband. beeld Erik Kottier

Toen Dingemanse, directeur van het Leger des Heils Reclassering, donderdag naar zijn werk reed, begon de enkelband die hij nog maar enkele uren droeg te trillen. Op hetzelfde moment ontving hij een sms: „U bevindt zich in verboden gebied, ga terug”. De straat waarin hij reed, lag dicht bij de Tweede Kamer. En daar mag hij een week lang niet komen.

Dingemanse doet mee aan ”SeptEMber”, een publiekscampagne waarvoor verschillende mensen met een publieke functie deze maand enkele dagen vrijwillig een enkelband dragen. De drie reclasseringsorganisaties in Nederland (Leger des Heils Reclassering, Reclassering Nederland en Stichting Verslavingsreclassering GGZ) organiseren de campagne dit jaar voor de derde keer.

Onder meer de voorzitter van de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming en een bijzonder hoogleraar herstelrecht deden mee. Ook CDA-Kamerlid Derk Boswijk droeg een week lang een enkelband.

Doel van de campagne is om EM bij een groter publiek onder de aandacht te brengen, zegt Dingemanse. „We willen mensen laten ervaren wat het dragen van een enkelband precies inhoudt. Er zijn best wat vooroordelen over: het zou bijvoorbeeld niet echt een strafeffect te hebben. Nu is het inderdaad geen gevangenisstraf, maar het is evengoed een vorm van vrijheidsbeneming.”

Stalking

In 2023 droegen in totaal 3228 personen een enkelband, blijkt uit cijfers van de Dienst Justitiële Inrichtingen. Het middel wordt vaak ingezet als door de rechter een locatieverbod is opgelegd, bijvoorbeeld in het geval van stalking. Dingemanse: „Met de enkelband kun je heel precies de omgeving markeren waarin iemand niet mag komen. Slachtoffers zijn zo beter beschermd.”

„Voordeel van een enkelband is dat iemand onder toezicht kan wennen aan de samenleving”” - Hans Dingemanse, directeur Leger des Heils Reclassering

Ook wordt de enkelband ingezet als iemand na een gevangenisstraf of verblijf in een kliniek gaat re-integreren in de samenleving. Naast een locatieverbod kan ook een locatiegebod worden opgelegd, waarbij iemand binnen bepaalde tijden zijn huis niet uit mag. „Een soort huisarrest”, legt Dingemanse uit. „Een ex-gedetineerde kan dan bijvoorbeeld wel weer tijd met zijn kinderen doorbrengen thuis, maar ze nog niet naar school brengen. Zo kan iemand onder toezicht wennen aan de rol die hij weer moet innemen in de maatschappij. Anders is de overgang wel erg abrupt, wat de kans dat iemand terugvalt, vergroot.”

Als iemand toch in verboden gebied komt of zijn huis op een verboden tijdstip verlaat, gaat er direct een signaal naar de meldkamer. Die bericht de enkelbanddrager dat hij contact moet opnemen met zijn reclasseringsmedewerker. „Doet hij dat niet, dan zal hij van de meldkamer opdracht krijgen het verboden gebied te verlaten of terug te keren naar huis”, vertelt Dingemanse. „Als een veroordeelde zich daar ook niet aan houdt, kan de politie worden ingeschakeld.” En als iemand zijn enkelband afknipt? „Dan staat hij direct op de lijst om opgespoord te worden. Wie dat doet, gooit zijn eigen glazen in.”

De enkelband. beeld Erik Kottier

Dingemanse zelf heeft zolang hij de enkelband draagt „huisarrest” van halftien ’s avonds tot halfacht ’s morgens. Dat luistert erg nauw, merkte hij. „Vrijdagochtend heel vroeg kreeg ik een sms dat ik die nacht niet thuis was geweest. Onze slaapkamer ligt achter in het huis en de band is iets te streng afgesteld, waardoor het leek alsof ik in de tuin was geweest. Zelfs mijn eigen tuin valt dus al buiten het locatiegebod.”

Naast de praktische beperkingen is vooral de mentale impact van de enkelband groot, merkt Dingemanse: „Je moet over alles nadenken: hoe laat ga ik het huis uit, welke route neem ik? Als ik de auto uitstap en mijn broekspijp kruipt omhoog, denk ik: zou iemand het zien? Ik ben er de hele dag mee bezig.”

Dingemanse verwacht dat hij door de campagne beter zicht krijgt op het werk van de reclassering. „Ik vind het belangrijk om te weten wat ons werk voor onze collega’s en cliënten betekent. Ik doe ook mee voor mezelf: om te ervaren wat deze vrijheidsbeperking doet met mij en mijn brein. In het besef dat de impact voor iemand die echt veroordeeld is, veel groter is. Bij mij is het slechts een gecreëerde beleving.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer