Het is verbijsterend dat ook theologen van reformatorische achtergrond ons willen aansporen tot eenheid met de Rooms-katholieke Kerk. Laten we veelmeer zoeken naar eenheid onder hen die de Waarheid oprecht belijden.
Vele leerstellingen van de Rooms-Katholieke Kerk leiden tot afgoderij en vals vertrouwen. Als de Nederlandse geloofsbelijdenis (NGB) spreekt over de „valse kerk” (artikel 29), dan is volstrekt duidelijk dat ze daarmee de Roomse kerk bedoelt. Iets anders beweren is geschiedvervalsing.
Ook de Westminster Confessie is helder. Deze belijdenis van vrijwel alle Engelstalige gereformeerde kerken belijdt in artikel 25.6: „Er is geen ander hoofd van de Kerk dan de Heere Jezus Christus. De paus van Rome kan dus in geen enkel opzicht het hoofd ervan zijn, maar hij is de mens der zonde en de zoon des verderfs die zichzelf in de kerk tegen Christus verheft en tegen al wat God heet.”
We worden dan ook geroepen in alle liefde en bewogenheid, ook voor onze rooms-katholieke medezondaren, te waarschuwen tegen datgene wat alleen maar tot hun eeuwige ondergang leidt.
Verslechtering
Ten opzichte van de tijd van de reformatie is de situatie van de Rooms-Katholieke kerk niet verbeterd, maar verslechterd. Denk aan dogma’s als die van pauselijke onfeilbaarheid (1870) en ”Maria ten hemel opneming” (1950). Ook tendeert de Rooms-Katholieke Kerk naar samenwerking en in zekere mate naar eenheid met de wereldgodsdiensten. Dit is duidelijk uit recente uitspraken van paus Franciscus, die ik las in een artikel in The Free Presbyterian Magazine (juli 2024).
Tijdens een bezoek aan een gevangenis waar veel gevangenen moslim zijn, vermeldde de paus recent: „De figuur van Maria is een figuur die eigen is aan zowel het christendom als de islam. Ze verenigt ons allemaal. God is één. Onze culturen hebben ons geleerd Hem met verschillende namen te noemen en Hem te vinden in verschillende wegen, maar Hij is dezelfde Vader van ons allen. Hij is één, en alle godsdiensten en alle culturen kijken naar de ene God, op verschillende wijze.”
Iets verder terug in de tijd zei Paus Johannes Paulus II in 1981: „Banden van dialoog en vertrouwen zijn gesmeed tussen de Katholieke Kerk en de Islam. Ik bid dat dit wederzijdse begrip en respect tussen christenen en moslims en inderdaad tussen alle godsdiensten zal voortgaan en dieper zal groeien, en dat wij een betere weg zullen vinden van samenwerking en medewerking voor het goede van allen.”
Uiterlijke schijn
Hoewel de paus kennelijk liberaal is in zijn denken, laat hij zich tegelijkertijd zien als een fervent Mariavereerder en noemt hij dat „een vereiste van geloof”. Daarmee ontrooft hij de eer aan de Heere Jezus als onze enige Voorbidder bij de Vader.
Over Maria zei Paus Franciscus het volgende aan het begin van dit nieuwe jaar: „Wij moeten 2024 toevertrouwen aan de moeder van God, die onze noden kent en altijd tussentreedt om genade in onze levensovervloedig te maken. (…) Laten wij ons leven toewijden aan Maria, beseffend dat zij ons naar Jezus zal leiden. Wij allen hebben onze tekortkomingen, onze tijden van eenzaamheid, onze innerlijke leegte die schreeuwt om vervulling. Wie kan dat beter doen dan Maria, de moeder van volheid?”
Paus Franciscus haalde ook een gezegde aan van Paus Paulus VI in 1970: „als wij christenen willen zijn, moeten wij marianen zijn”.
Dat de paus de antichrist is, was in de tijd van de Reformatie onder gereformeerde Bijbelverklaarders vrijwel algemeen aanvaard. Denk aan de kanttekeningen bij de Statenvertaling. Die maken duidelijk dat ze in het tweede beest uit Openbaring 13:11 de antichrist zien die zich „gedraagt in den uiterlijken schijn, en in zijn belijdenis, alsof hij een stadhouder van Christus ware”. Maar ondertussen vervolgt dit beest de ware Kerk van Christus, evenals het eerste beest had gedaan met „zijn inquisities, plakkaten, bannen uit de gemeenschap zijner kerk, en dergelijke”. Men zag in de paus, en in de hele Roomse kerk, in vervulling gaan wat de Heere Jezus aan Johannes op Patmos liet zien.
Verdeeldheid
Sindsdien hebben de ontwikkelingen niet stil gestaan. Zowel de kerk van Rome als de Wereldraad van Kerken tendeert naar respect en samenwerking met alle wereldgodsdiensten. Daarbij speelt ook de leer van de alverzoening een leidende rol. Wat paus Franciscus in het bovenstaande vertolkt, is intussen een vrij algemeen aanvaard gedachtegoed van het liberale protestantisme. Omdat de kerk van Rome verreweg het grootst is en in de paus een duidelijk gezicht heeft, speelt zij een leidende rol in deze ontwikkeling. Het is dan ook niet toevallig dat vrijwel alle wereldleiders hun opwachting maken bij de paus.
Daarom wil ik met alle ernst en klem waarschuwen tegen hen die ons terug willen brengen in de schoot van de Rooms-Katholieke Kerk. Tegelijkertijd wil ik een hartstochtelijk pleidooi voeren voor eenheid onder hen die de Waarheid oprecht belijden. De verdeeldheid onder ons is ten hemel schreiend en roept om bekering. Misschien moet de HEERE harde maatregelen nemen om ons op de goede plaats te brengen. Wellicht is verdrukking en vervolging niet ver meer voor hen die aan Gods Woord wensen vast te kleven. Tegelijk horen we de voetstappen van de komende Zaligmaker. Laten we daarom des te meer met groot verlangen uitzien naar Zijn komst.
De auteur is hervormd emeritus predikant.