Op bezoek bij pioniersplek Het Anker van Bolnes: „Binnenkort hebben we zelfs onze eerste doopdienst”
Deze woensdag heb ik al twee interviews afgenomen. Er wachten er nog twee. Maar voordat ik pionier Peter Huijser in Ridderkerk kan spreken, moet ik eerst ruim 50 kilometer fietsen. De eerste helft van de tocht is de wind een grote tegenstander; de tweede helft heb ik met onwillige benen te kampen.
Na een uitgebreide lunch in Oosterhout stap ik zo rond halftwee weer op de fiets. Tijdens het interview met evangelist Corné de Geus zagen we het vanuit het inloophuis af en toe hard regenen. Maar inmiddels is het weer droog. De wind is wel in kracht toegenomen en waait stevig vanuit het westen, precies de richting waarin ik voorlopig moet fietsen.
Vanuit Oosterhout gaat de route richting Ridderkerk namelijk eerst naar de Moerdijkbrug, over het Hollands Diep. De wegen daarnaartoe liggen vooral tussen weilanden, waar de wind vrij spel heeft. Af en toe doorkruis ik een dorpje, buurtschap of gehucht: Den Hout, Stuivezand, Helkant, Hooge Zwaluwe, Gaete, Lage Zwaluwe.
Vooral in Lage Zwaluwe is het fietsen niet zo gemakkelijk. De lange dorpsstraat bestaat uit klinkers, waarvan er niet een strak tegen de ander ligt. De hobbelige wegen vormen een uitdaging voor het zitvlak.
Als ik het dorp uit ben, begint een kilometerslange worsteling met de wind. De Zwaluwsedijk loopt in één streep westwaarts, richting de Moerdijkbrug. De windturbines in de weilanden naast me maken duidelijk dat de luchtstroom echt frontaal tegen me aan botst, en dat die stroom een behoorlijke vaart heeft. Terwijl ik me zo ver mogelijk over mijn stuur buig –teneinde de luchtweerstand te verminderen– trap ik in een lage versnelling verder.
Stagiair Marwim staat vlak voor de brug op me te wachten. Ik heb er dan alweer zo’n 21 kilometer op zitten en ben toe aan de inname van wat energierijk voedsel. Een stevige slok water verkwikt eveneens.
Snel weer door. Na 3,7 kilometer Zwaluwsedijk draai ik linksaf het fietspad op dat over de Moerdijkbrug loopt. Gemiddeld rijd ik eens per maand met de auto over deze brug. Daardoor vind ik het des te leuker om er eens per fiets over te gaan.
Ter rechterzijde razen auto’s en vrachtverkeer op enkele meters afstand langs me. Hinder ondervind ik er niet van, want de wind blaast heel hard van de andere kant. Eventuele windvlagen of opvliegend zand bereiken me dus niet.
Als het Hollands Diep achter me ligt, buigt het fietspad iets in noordelijke richting, waardoor ik de wind enigszins in de rug krijg. Daardoor gaat het tempo omhoog. In de hoogste versnelling trap ik via de Julianahaven en ander industriegebied richting het centrum van Dordrecht.
Bij de Stadsbrug over de Oude Maas weet ik het even niet meer. De navigatie zegt simpelweg dat ik de brug over moet, dus zoek ik een fietspad dat me daar kan brengen. Maar zo makkelijk gaat dat hier niet. Al snel zie ik een fietser onderaan een trap afstappen en naar boven lopen, onderwijl zijn rijwiel in een daarvoor bedoelde richel omhoogduwend. Ik volg dit voorbeeld.
Aan de overkant van de brug ligt Zwijndrecht. Na twee kilometer fiets ik onder de A16 door, en vanaf daar moet ik tot aan Bolnes de paden volgen die parallel aan deze snelweg liggen.
In Zwijndrecht begin ik mijn benen te voelen. Die willen rust, maar die kan ik ze niet geven. Nu de wind ook weer schuin van voren waait, krijgen ze het de laatste 14 kilometer zelfs nog zwaarder te verduren dan in de 14 kilometer hiervoor. Mueslireep na mueslireep verdwijnt achter m’n kiezen, maar het lijkt alsof er niet tegen het energietekort op te eten is.
Na knooppunt Ridderkerk moet ik nog een enkele kilometer door Rotterdam fietsen. Op m’n tandvlees arriveer ik tegen halfvijf bij het wijkvoorzieningencentrum in Bolnes. Daar staat op de stoep Peter Huijser me op te wachten. Hij is namens de hervormde gemeente Ridderkerk sinds 3,5 jaar pionier in de wijk Bolnes.
De 52-jarige Huijser werd in het najaar van 2020 benoemd tot wijkpastor van de Boezemkerk in Bolnes. „Het kerkbezoek in die gemeente liep sterk terug. De algemene kerkenraad van de hervormde gemeente Ridderkerk wilde voorkomen dat er een kerkplek zou verdwijnen en zocht daarom naar mogelijkheden voor een nieuwe toekomst. Er kwam een vacature voor een voorganger die tegelijk iets nieuws zou opzetten om weer de verbinding met de wijk te krijgen.”
De IZB –de vereniging voor zending in Nederland, uitgaande van de PKN– plaatst een vacature voor pionier in Bolnes. Huijser krijgt de oproep onder ogen, maar legt die een halfjaar naast zich neer. „Op dat moment was ik al acht jaar pionier in Zwijndrecht. Toch groeide het verlangen om dat werk in mijn geboorteplaats te doen. Het werd een zaak van gebed. Uiteindelijk heb ik gesolliciteerd en ben ik aangenomen.”
„We willen een plek creëren waar mensen gehoord en gezien worden; het praatje aan de toonbank is heel belangrijk” - Peter Huijser, pionier
Kort daarna wordt de stichting Het Anker van Bolnes opgericht. In september 2021 opent een gelijknamige kringloopwinkel, in het wijkvoorzieningencentrum in Bolnes. „We hadden geen eigen ruimte voor die winkel, dus moesten we op zoek naar een locatie. Het mooie aan deze plek is dat mensen er al bekend mee zijn. De bibliotheek is hier bijvoorbeeld ook gevestigd.”
Ontmoetingsplaats
De kringloopwinkel is vooral een plaats van ontmoeting, zegt Huijser. „We wilden een plek creëren waar mensen gehoord en gezien worden. Het praatje aan de toonbank is daarin heel belangrijk.”
In het gebouw waar de kringloopwinkel zit, wordt ook wekelijks een diner voor wijkbewoners geserveerd. Daarnaast is er een kinderbijbelclub en wordt er een Alphacursus gegeven.
De activiteiten worden met de hulp van zo’n zestig vrijwilligers gerund. „Drieënhalf jaar geleden zijn er binnen de wijkgemeenten vrijwilligers geworven. Er was veel animo voor”, vertelt Huijser. „En sindsdien melden ook buurtbewoners zich aan om mee te helpen. Inmiddels is een derde van de vrijwilligers niet-christelijk”, merkt Huijser op. Is christen-zijn niet een randvoorwaarde voor evangelisatiewerk? „Nee. Een deel van onze activiteiten is maatschappelijk van aard. Door dienstbaar te zijn, maken we met de daad het evangelie zichtbaar. Daarin kunnen niet-christelijke wijkbewoners prima samen met ons optrekken, bijvoorbeeld in de kringloopwinkel. Het gaat erom dat mensen zich daar gezien, gehoord en geliefd voelen. En we hopen dat mensen daardoorheen de liefde van God ervaren.”
„Het gaat er allereerst om of we bereid zijn met mensen op te trekken. Ik hoop dat mensen bij ons denken: zij geloven, maar wij hoeven dat niet. Dat geeft ruimte voor wederzijds respect” - Peter Huijser, pionier
Evangeliseren in het wijkcentrum mag niet, vertelt Huijser, omdat het gebouw van de burgerlijke gemeente is, en de activiteiten dus neutraal moeten zijn. Bij het wijkdiner mag daarom ook niet uit de Bijbel gelezen worden. Hoe breng je mensen dan in aanraking met Gods Woord? „Ik geloof niet dat het per se je houding moet zijn om mensen in de Bijbel te krijgen. Het gaat meer om wat erachter zit: de mensen zien met ogen vol ontferming, zoals Jezus deed.”
De pioniersplek is daarom vooral ingestoken op relatie, zegt Huijser. „En het aangaan van een relatie werkt niet als je constant jouw verborgen agenda onder tafel hebt, zo van: wanneer krijgen we die mensen in de Bijbel?”
Dit klinkt anders dan wat ik op de andere posten hoorde. Daar was het doel van alle activiteiten om mensen bij Gods Woord te krijgen. „Is mensen in aanraking met de Bijbel brengen een verborgen agenda”, vraag ik Huijser. „Dat zou het zomaar kunnen worden. Het gaat er allereerst om of we bereid zijn met mensen op te trekken. Ik hoop dat mensen bij ons denken: zij geloven, maar wij hoeven dat niet. Dat geeft ruimte voor wederzijds respect, waardoor ze bereid zijn om te luisteren als we wél een keer wat delen. Want natuurlijk is het ook mijn verlangen dat iedereen hier in Bolnes de Heere Jezus leert kennen als zijn of haar Verlosser. Maar wij kunnen de mensen niet overtuigen, dat is Gods werk.”
Sinds een jaar worden er door Huijser ook zondagse samenkomsten gehouden in buurthuis De Klinker. „Dit zijn laagdrempelige kerkdiensten voor zoekers voor wie de gewone kerkdienst nog een te grote stap is” legt Huijser uit. „Eerst was dat om de week, maar de bezoekers vroegen zelf of we niet wekelijks konden samenkomen”, vertelt hij verwonderd. „En binnenkort hebben we zelfs onze eerste doopdienst.”
Bekijk de video:
Rotterdam-Zuid
Als om halfzes het interview is afgelopen, had ik al een kwartier bij de volgende post, Seinpost Slinge in Rotterdam, moeten zijn. Daar mag ik aanschuiven bij een maaltijd voor buurtbewoners. Om te voorkomen dat ik de hond in de pot vind, bel ik snel even met Weia Ros, maatschappelijk werker bij de post. Ze stelt me gerust: „Ik denk niet dat wij binnen een halfuur aan het eten zijn, hoor. Zo werkt dat in Rotterdam-Zuid: tijden zijn hier niet echt tijden.” Dat lucht op.