Kerk & religieVideo Chris op de post #1 
Op bezoek bij Jelis Verschoof in multicultureel Gent

Fiets in vier dagen langs negen evangelisatieposten, of andere plekken waar geëvangeliseerd wordt, en laat zien wat daar gebeurt. De opdracht klinkt eenvoudig. En de herinnering aan eerdere barre tochten geeft me goede hoop dat de uitvoering ervan ook eenvoudig zal zijn. Maar vertraging in Gent maakt de vooruitzichten al meteen wat minder rooskleurig.

beeld RD
beeld RD

Eigenlijk hoefde het voor mij niet meer, na dat avontuur met een kano, twee jaar terug. Natuurlijk, het was een mooie tocht, die veel abonnees hopelijk uitnodigde om het beeldscherm te verlaten en de wonderschone schepping in Nederland met eigen ogen te aanschouwen. En natuurlijk, het is ook mooi dat er dankzij de sponsorfunctie die de tocht had zo’n 25.000 euro kon worden overhandigd aan een christelijke gemeente in Jordanië. Maar toch. Ik bleef moeite houden met het entertainmentgehalte van de serie. Wat droeg het wezenlijk bij aan mens en maatschappij?

Toen ik deze interne overleggingen vorig jaar met iemand deelde, zei hij: „Kun je niet iets bedenken waarmee je de aandacht die zo’n serie trekt, vestigt op iets wat écht goed is? Ga bijvoorbeeld met een voertuig langs allerlei plekken waar geëvangeliseerd wordt, en laat zien wat daar gebeurt.”

Langzaam rijpte dit idee in mijn hoofd. Het idee werd een plan. En in de laatste week van mei stapte ik op de fiets. In Gent, België.

Verre vriend

Hoe kom je vanuit Apeldoorn met je eigen niet-elektrische stadsfiets bij het startpunt in Gent? Vrij eenvoudig, als je een verre vriend hebt die zijn tijd, hulp en auto ter beschikking wil stellen. En zo’n vriend heb ik. Robert van Manen is zijn naam, Krabbendijke zijn woonplaats.

Op een vroege dinsdagochtend staan Robert en ik in alle vroegte op, laden onze fietsen op de fietsendrager en rijden naar Gent. Om acht uur zouden we op de stoep van Evangelisch Centrum Rehobôth moeten staan. Maar de ochtendspits in de grote stad geeft de zorgvuldig uitgedachte planning meteen meer een wensend dan een voorspellend karakter.

Gevel van Evangelisch Centrum Rehobôth in Gent. beeld RD

Rond halfnegen parkeert Robert zijn auto aan het einde van de straat waarin de post is gevestigd. Met gezwinde spoed lopen we naar nummer 5. De bel zit naast twee witte deuren. Een van beide gaat open. „Welkom in Gent”, klinkt het hartelijk uit de mond van Jelis Verschoof (32). Hij is sinds september 2023 evangelist op de post – die een wijkgemeente van de christelijke gereformeerde kerk in Dordrecht is.

Achter de witte, openslaande deuren is een korte tunnel. Links staan wat stalen steigerelementen tegen de muur. Aan die kant van de gang zit ook een deur, de voordeur van het toekomstige huize Verschoof, dat momenteel onder handen wordt genomen. „We zien ernaar uit dat we hier kunnen wonen, dicht bij de post”, zegt Verschoof, die met zijn vrouw Alieke en hun zoontje Jelis nu nog elders in Gent woont. „Dat we in het centrum zitten, heeft trouwens wel een voordeel. Daardoor leren we de stad echt kennen, en dat is belangrijk voor het werk.”

De tunnel is zo’n 10 meter lang en biedt toegang tot een kleine binnentuin, die weer toegang biedt tot de ingang van de evangelisatiepost. Het pand herbergt onder meer een kerkzaal, een koffieruimte en een kantoor. Sinds 1978 worden hier op zondag samenkomsten gehouden. Henk Bor werd dat jaar benoemd tot evangelist op de nieuwe post.

Moslims

Rabot, de wijk waarin Rehobôth is gevestigd, was in de jaren 70 een typisch Vlaamse arbeiderswijk. Sindsdien is er veel veranderd. „Er zijn veel Turken en Bulgaren gekomen, hoofdzakelijk moslims, maar ook tal van andere bevolkingsgroepen. Er wonen nu mensen van meer dan tachtig verschillende nationaliteiten”, vertelt Verschoof.

De meeste immigranten spreken geen Nederlands. Dat bemoeilijkt het evangelisatiewerk. „Naast de ingang van het hofje zit een inloophuis dat ook bij de post hoort. Daar proberen we voorbijgangers aan te spreken, maar dat lukt vaak niet vanwege de taal”, legt Verschoof uit. Met koffie en koeken komen de vrijwilligers toch in contact met anderstaligen. „Maar als de communicatie ingewikkeld is, gaat een gesprekje vaak alleen over eenvoudige dingen en kom je moeilijk verder. Gelukkig kunnen we ze hier wel iets laten zien, door ze mee te nemen naar de kerkzaal. En dan krijg je weleens de gelegenheid om een Bijbel mee te geven.”

Bijbels zijn er daarom in tal van talen: Urdu, Farsi, Arabisch, Turks, Sloveens, Chinees. „Ik bestel van alles bij, dus dat is mooi”, glimlacht Verschoof. Het uitdelen gebeurt onder andere via de Bijbelkar, waarmee hij op straat staat. „We mogen hier niet op mensen afstappen, maar we hebben wel vergunningen om op twee plekken met die kar te staan. Op die manier kunnen we toch veel Bijbels uitdelen.”

Wat ziet de evangelist terug van die uitgedeelde Bijbels? Dat vraagt hij zichzelf ook weleens af. „Soms denk je: waar belanden ze, wat is de vrucht van het werk? Eens zat ik daar op de fiets over na te denken. Toen ik voor het stoplicht moest wachten, stopte er een bus naast me. Onwillekeurig keek ik de bus in. Toen zag ik daar een man in een Bijbel lezen. Geen idee of die bij ons vandaan kwam, maar op dat moment ervoer ik het als een bevestiging van boven. De Heere staat voor de vrucht in.”

Solliciteren

Een jaar geleden verhuisde Verschoof van Lisse naar Gent. Hoe kwam hij daar terecht? „Ik studeerde theologie aan de TUA. Als student met preekbevoegdheid kwam ik overal. Ook vanuit Gent kreeg ik een uitnodiging om te preken. De eerste keer dat ik er kwam, werd het werk hier me al op het hart gebonden. Dat er in deze grote stad een plek is waar mensen rondom het Woord samenkomen, dat bleef me bezighouden. Ik liet mijn vrouw niets weten. De volgende preekbeurt in Gent nam ik haar mee, en de keer erna weer. Ik zei nog steeds niets, maar toen ik eens voorzichtig polste wat ze van Gent vond, merkte ik bij haar ook die betrokkenheid op het werk hier. Het werd een gebedszaak voor ons.”

Dat een evangelisatiepost je niet kan beroepen, vond Verschoof lastig. „Je moet solliciteren. En ja, dan is het gevaar groot dat je zélf de weg gaat uitstippelen, in plaats van dat je de weg van de Heere volgt. Ik dacht: hoe zou dat ooit moeten?”

Een moeilijke boodschap baande voor Verschoof de weg. „Toen ik klaar was met de studie, werd ik niet beroepbaar gesteld. Ze zeiden: Kom over een jaar nog eens terug. Dat was een teleurstelling, want ik had het verlangen om te dienen in Gods wijngaard. Maar precies op het moment dat de studie echt was afgerond, kwam de vacature voor de functie van evangelist in Gent. En er waren ook wat andere zaken in mijn leven, die mij de weg naar Gent wezen. Uiteindelijk ben ik aangenomen, en per 1 september benoemd.”

Naast de koffieruimte waar Verschoof zijn verhaal doet, bevindt zich de kerkzaal. Daar preekt de evangelist ’s zondags twee keer. ’s Ochtends en ’s avonds. Voor gemiddeld zo’n 15 tot 25 mensen.

„„Een roomse man uit Gent vindt het fijn dat we hier vasthouden aan de héle Bijbel”” - Jelis Verschoof, evangelist

Volgens Verschoof wordt er tijdens de diensten goed geluisterd, „je merkt dat er honger naar het Woord is”. De reformatorische leer wordt ook gewaardeerd door een roomse man uit Gent, vertelt hij. „Hij komt hier eens per maand. Hij vindt het fijn dat we hier vasthouden aan de héle Bijbel. De roomse kerk is hier heel liberaal, daar hoor je bijvoorbeeld niet meer over het bestaan van de hel en van de satan. Hier wel. Ook andere bezoekers met een rooms-katholieke achtergrond waarderen dat.”

Achterban

Tijdens het interview loopt er een man uit Zaamslag de post binnen. Hij komt vandaag klussen in de ambtswoning. „Door die verbouwing hebben we veel contact met de achterban”, vertelt Verschoof. Die achterban bestaat formeel uit zes plaatselijke christelijke gereformeerde kerken, waaronder die in Zaamslag.

De betrokkenheid is groot, merkt Verschoof. „Er komen tal van vrijwilligers hierheen om de inloop te bemannen of de kinderclub te leiden. Voor die kinderclub zijn we trouwens nog wel op zoek naar een extra vrijwilliger, en ook voor de Bijbelkar.” Maar het werk in Gent heeft vooral het gebed van de achterban nodig, benadrukt de jonge evangelist. „Er is in deze stad veel geestelijke duisternis. Daarom kan het gebed om de werking van Gods Geest niet gemist worden.”

Na deze behartigenswaardige oproep is het hoog tijd om het bezoek aan de post in Gent af te ronden en op de fiets te stappen. Volgens de planning had ik namelijk al een uur geleden onderweg moeten zijn naar Antwerpen. Gelukkig fietst Robert de eerste etappe mee. Dat verzacht het leed.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer