Oorlogsleed komt opnieuw dichtbij na aanval op Majdal Shams
Het is sjabbat namiddag, 27 juli 2024, als onze telefoons melding maken van tientallen inkomende raketten vanuit Libanon. In de verte horen we de afweersystemen hun werk doen. Als de portofoons beginnen te kraken, begrijpen we dat er meer aan de hand is. De veiligheidsteams worden op stand-by gezet; alle burgers in de noordelijke Golan moeten zich in de onmiddellijke omgeving van de schuilkelders ophouden. Straten gaan dicht.
Waarom die paniek? Al snel wordt duidelijk dat het afweersysteem een inkomende raket heeft gemist. Een Falaqraket van Iraanse makelij kwam tot ontploffing direct naast een voetbalveld in Majdal Shams, de grootste stad van de Golanhoogten. De stad wordt overwegend door druzen bewoond, een etnisch-religieuze minderheid in het Midden Oosten die een mystieke vorm van de islam praktiseert.
Flarden van nieuws beginnen binnen te sijpelen. We maken ons zorgen. Majdal Shams mag dan bijna een uur rijden vanaf Afik zijn, we hebben er veel kennissen. De bouw van ons nieuwe huis wordt namelijk vrijwel volledig door druzen uit Majdal gedaan: de aannemer, de loodgieter, de tegellegger, de elektricien, de projectleider – allen afkomstig uit Majdal.
Zodra de zon onder is, wordt de omvang van de ramp duidelijk. Een groep schoolgenoten speelde een wedstrijdje op het voetbalveld toen de raket daar ontplofte. Kort ging het alarm, tijd om beschutting te zoeken had men niet. Naast vele tientallen gewonden zijn er twaalf doden gevallen, allen tussen de 10 en de 16 jaar oud.
De jongste van de twaalf, Milad Muadad Saar, is de zoon van onze aannemer. Een levendig, vrolijk joch. Lievelingetje, nakomertje. Naamdrager van zijn vader. Het leed is niet te vatten en opnieuw komt het dichtbij.
Naast verdriet is er ook erg veel boosheid. “Het meest ingrijpende incident na 7 oktober”, koppen de media. Hoe heeft het zover kunnen komen? Tien maanden oorlog en in het noorden voelt het alsof we nog geen meter zijn opgeschoten. Eén dode in Tel Aviv en een haven in Jemen brandt. Waar blijft ingrijpen van betekenis in Libanon als het noorden geraakt wordt? Terwijl Iran en Hezbollah doen alsof hun neus bloedt, kookt het bloed van de inwoners van Noord-Israël en in het bijzonder dat van de druzen in de regio; zowel binnen Israël als daarbuiten in Syrië en Libanon.
We treuren met onze druzische buren en vrienden. In Afik wappert de druzische vlag naast de Israëlische. Onze bouwplaats zal voorlopig stilliggen, maar aan de noordgrens is het tegenovergestelde de verwachting.