DENK en PvdD zeggen op voorhand vertrouwen in hele kabinet op
In het debat over de regeringsverklaring, dat voor een behoorlijk deel ook over de nieuwe kabinetsploeg zal gaan, staat de Tweede Kamer voor het eerst tegenover de nieuwe premier Dick Schoof. De Kamer zal Schoof vooral vragen naar het coalitieakkoord, dat hij zelf niet heeft uitonderhandeld.
Advertentie
Forum voor Democratie-leider Thierry Baudet beschouwt enkele bewindslieden van het nieuwe kabinet-Schoof als „geestverwanten”, zei hij enthousiast tijdens zijn inbreng. Hij noemde geen ministers of staatssecretarissen bij naam, maar uitte wel zijn genoegen dat het kabinet „in ieder geval ten dele onze politieke kleur heeft”.
Tijdens het debat over de regeringsverklaring was veel verontwaardiging over PVV-ministers Marjolein Faber (Asiel) en Reinette Klever (Buitenlandse Handel), die zich net zoals Baudet eerder hadden uitgelaten over „omvolking”. Baudet zei dat er „goede mensen” in het kabinet zaten, „met name diegenen die nogal kritisch genoemd werden vandaag”, verwijzend naar Faber en Klever.
DENK komt donderdag tijdens de afronding van het debat over de regeringsverklaring met een motie van wantrouwen tegen het gehele nieuwe kabinet, in de woorden van fractieleider Stephan van Baarle het eerste ooit „met extreemrechtse denkbeelden in de gelederen”. PvdD-voorvrouw Esther Ouwehand kondigde direct aan die te zullen steunen.
„Kijk ze nou zitten bij elkaar, de dansers met discriminatie”, schamperde Van Baarle richting vak K, de plek in de vergaderzaal waar de ministers en staatssecretarissen zitten. „Hoe in dit kabinet twintig jaar aan islamofobe en racistische PVV-uitspraken worden beloond met ministersposten is een schande.”
Ouwehand noemde in haar bijdrage het rechtse kabinet-Schoof een „levensgevaarlijk politiek experiment” en sprak van „duistere tijden voor Nederland”. Zij richtte haar pijlen vooral op VVD en NSC. Die partijen maken volgens haar een kabinet mogelijk „dat de aanval op de rechtstaat die onder Rutte al begonnen is, naar een nieuw niveau trekt”.
In een zeer rumoerige Kamer drongen meerdere partijen tevergeefs aan het debat nog voor het zomerreces te voeren. Vanaf september moeten er namelijk maatregelen liggen om een mestprobleem te voorkomen. Dan stopt het uitrijdseizoen, en het jaar erna mag er veel minder mest worden uitgereden omdat een Brusselse vrijstelling wegvalt. Boeren moeten hun extra mest dan afvoeren en laten verwerken, wat hen tienduizenden euro’s kan kosten. Faillissementen dreigen. Maar aangezien het debat erover woensdag niet doorging, is het vooralsnog uitgesteld tot na de zomer.
Het leidde tot harde botsingen met Van der Plas. D66-leider Rob Jetten verweet Van der Plas „Haags” geworden te zijn door het debat nu te blokkeren. Als het debat nu doorgaat, hebben boeren zekerheid over hun financiën, hield Jetten haar voor. Dat de coalitie nu dat debat blokkeert, is volgens Jetten „een klap in het gezicht” van boeren. „Onder leiding van de partij van Jetten hadden boeren al helemaal geen hoop”, riposteerde Van der Plas. Verschillende keren kwam het haar op hoongelach te staan.
Een zwaar geërgerde Van der Plas zegt dat het debat maandag had gekund, maar dat de oppositie dat niet wilde. Oppositiepartijen willen inderdaad volgende week er niet over debatteren, omdat de Kamer dan met reces is. Als de Kamer tijdens het reces debatteert, wordt het voor Kamerleden veel moeilijker om voorstellen in te dienen en daarover te stemmen.
Volgens CDA-leider Henri Bontenbal „overschreeuwde” Van der Plas zich met haar felle toon. „Een half uur van tevoren blokkeert de coalitie het debat, de oppositie wil dit debat gewoon. Het is wel degelijk heel Haags.” „Waar zijn we in vredesnaam in beland?” vroeg SP-leider Jimmy Dijk zich hardop af. Hij vindt dat Van der Plas „ongelooflijk moeilijk” doet „over iets heel simpels”.
In een commissiezaal van de Tweede Kamer, zonder bewindslieden of coalitiepartijen, hebben verschillende oppositiepartijen gedeeld hoe zij een mogelijke mestcrisis willen voorkomen. Er stond een volwaardig debat op de planning, maar coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB zetten daar kort voor aanvang een streep door. Oppositiepartijen zijn woedend, omdat zonder beleid per 2025 een mestcrisis dreigt die boeren tienduizenden euro’s per jaar kan kosten. Faillissementen lijken dan onvermijdelijk.
De SP steunt „zeker” de motie van wantrouwen van GroenLinks-PvdA tegen PVV-ministers Reinette Klever en Marjolein Faber. „Wij kunnen hier namelijk in één zin glashelder over zijn”, legde SP-leider Jimmy Dijk uit in het debat over de regeringsverklaring. „Mensen die dit soort woorden gebruiken, die dit soort ideeën aanhangen, waar, hoe en wanneer dan ook, zijn totaal ongeschikt voor het landsbestuur.” Dijk doelde in zijn spreektijd vooral op de term omvolking.
Na de jongste uitlatingen van PVV-ministers over het dragen van hoofddoeken zegt NSC-voorman Pieter Omtzigt bevestiging te willen „van de regering dat er vrijheid van religie is”. Dat zegt hij op vragen uit de coalitie in het debat over de regeringsverklaring. De woorden van PVV’ers zijn niet die van Omtzigt zelf, aldus de politicus.
„Daarom wil ik van de regering weten hoe zij omgaan met het antidiscriminatieverbod. Hoe zij ervoor zorg dragen dat iedereen die bij de Rijksoverheid werkt zich er veilig en thuis voelt”, zegt hij tegenover DENK-leider Stephan van Baarle.
Van Baarle bevroeg Omtzigt over de uitspraken van PVV-vicepremier Fleur Agema en PVV-minister Marjolein Faber. Tegenover RTL Nieuws zeiden zij desgevraagd kort na hun beëdiging geen voorstander te zijn van het dragen van hoofddoeken door moslima’s. „Ik ben zelf niet van de hoofddoeken”, aldus Faber. Agema noemt het „heel erg jammer, maar het zal mij de samenwerking niet in de weg staan”.
NSC-leider Pieter Omtzigt vraagt minister-president Dick Schoof om in het nog uit te werken regeerprogramma „een idee te geven van het mensbeeld van waaruit de regering zal handelen”. Dat hoeft „geen uitgebreide verhandeling” te zijn, maar moet wel duidelijk maken hoe dat mensbeeld het beleid beïnvloedt.
Advertentie
In de Tweede Kamer treden donderdag veertien nieuwe leden aan die hun partijgenoten vervangen die dinsdag zijn toegetreden tot het kabinet van Dick Schoof. De vier PVV’ers, vier VVD’ers, vier NSC-leden en twee van de BBB worden officieel geïnstalleerd door Tweede Kamervoorzitter Martin Bosma. Ze moeten daarvoor de eed of belofte afleggen. Met hun toetreding zijn de 150 blauwe zetels weer gevuld en kunnen ze na het debat over de regeringsverklaring meteen meestemmen over ingediende moties.
De dinsdag afgetreden kabinetsleden Christianne van der Wal, Eric van der Burg en Aukje de Vries van de VVD zitten nu ook volledig in het parlement. Zij hadden de afgelopen maanden twee taken, omdat ze ook nog deel uitmaakten van het demissionaire kabinet.
NSC-leider Pieter Omtzigt wil dat bewindslieden van zijn partij zelf aan de slag gaan met de uitwerking van het regeerprogramma, zonder dat hij te veel over hun schouder meekijkt. Omtzigt verwacht „af en toe” weleens een telefoontje over „kromme zinnen” uit het hoofdlijnenakkoord, maar hij gaat zijn bewindslieden niet zelf wekelijks bellen met inbreng.
Het kabinet moet het hoofdlijnenakkoord uitwerken in een zogeheten regeerprogramma. De coalitiepartijen hebben afgesproken afstand te houden tot hun partijgenoten in het kabinet. Toch ontstond er afgelopen week nog verwarring hierover, nadat BBB-leider Caroline van der Plas zich niet duidelijk daarover had willen uitspreken.
NSC-leider Pieter Omtzigt valt Kamervoorzitter Martin Bosma aan op uitspraken die hij eerder deed over omvolking. „Hallo! Omvolking is geen theorie; het is gewoon gebeurd”, zei Bosma vorig jaar in een Kamerdebat in reactie op de stelling van AIVD-baas Erik Akerboom dat dit een complottheorie is. Van die woorden neemt Omtzigt „helder afstand”, zegt hij tijdens het debat over de regeringsverklaring.
CDA-partijleider Henri Bontenbal is flink van leer getrokken tegen de keuze en acceptatie van de twee omstreden PVV-bewindspersonen in het nieuwe kabinet: Marjolein Faber en Reinette Klever. „Met de keuze voor deze bewindspersonen en de acceptatie daarvan door de overige coalitiepartijen, is de geloofwaardigheid van het nieuwe kabinet nu al beschadigd nog voordat het kabinet begonnen is”, zei Bontenbal tijdens het debat over de regeringsverklaring.
Faber en Klever bezigden beiden de omstreden en aan nazi-Duitsland gerelateerde theorie van ‘omvolking’. De twee bewindslieden hebben beloofd dat woord nooit meer in de mond te nemen, maar net zoals eerder in het debat ook Kamerleden van andere oppositiepartijen hun twijfels uitten over de oprechtheid daarvan, deed ook Bontenbal dat.
„Het is volstrekt ontoereikend als een bewindspersoon zegt dat ze het woord als minister niet meer zal gebruiken”, zei de CDA-leider. „Het is belangrijk dat een bewindspersoon democratische waarden in zich draagt.”
„Het CDA heeft zich verbaasd over het stilzwijgen van de partijleiders van VVD, NSC en BBB over de populistische uitlatingen die de nieuwe bewindspersonen van de PVV in het verleden gedaan hebben” zei hij verder. „Partijen die zich in het verleden duidelijk uitspraken over de democratische rechtsstaat, hullen zich nu in stilzwijgen.”
Het verhogen van het btw-tarief op de meeste culturele goederen en diensten was wel degelijk een moeilijke politieke keuze, zegt VVD-leider Dilan Yeşilgöz. De oppositie is kritisch op dit voornemen uit het coalitieakkoord.
„Ik heb geen van mijn collega’s dit principieel horen verdedigen, dat doe ik ook niet”, zegt Yeşilgöz. De coalitiepartijen hebben allemaal terughoudend gereageerd op hun eigen plan om de btw op boeken en voorstellingen te verhogen. D66-leider Rob Jetten wijst erop dat het plan in geen van de verkiezingsprogramma’s stond. Het plan kwam volgens hem „als verrassing uit de toverhoed”.
Maar, voegde Yeşilgöz toe, „ik loop er ook niet voor weg”. Pijnlijke beslissingen zijn een onmisbaar onderdeel van besturen, aldus de partijleider.
SP-leider Jimmy Dijk was niet overtuigd door haar antwoord. De VVD legt volgens de SP’er de rekening van dit kabinet bij ondernemers in cultuur en sport. Het grootbedrijf en mensen met veel vermogen gaan daarbij vrijuit, stelt de socialist. „Dit was een van de makkelijkste keuzes voor u”, hield hij Yeşilgöz voor. Die wierp op haar beurt terug dat de „SP altijd kiest voor belastingverhogingen”.
Op vragen van JA21-leider Joost Eerdmans over de belastingverhoging zei Yeşilgöz dat mensen door ingrepen van dit nieuwe kabinet „op heel veel andere manieren geld in hun portemonnee overhouden”.
Eerdmans wilde ook weten of er ruimte is om alsnog af te zien van de voorgenomen verhoging. Daar ging Yeşilgöz niet op in. Ook Jetten zei ruimte te zien om het kabinet ertoe te bewegen het plan los te laten en het geld op een alternatieve manier op te halen.
Dilan Yeşilgöz (VVD) vindt „met vlagen” dat Geert Wilders (PVV) zijn verantwoordelijkheid als leider van de grootste partij „niet goed invult”, zegt ze in het debat over de regeringsverklaring. Frans Timmermans (GroenLinks-PvdA) ondervroeg haar over haar reacties op omstreden uitspraken van PVV’ers, zoals de recente tweet waarin Wilders de islam een „walgelijke, verwerpelijke, gewelddadige en haatdragende religie” noemt. „Waarom zwijgt u op dat soort momenten”, vraagt Timmermans aan Yeşilgöz.
Dat de VVD-leider in het openbaar zwijgt, hoeft niet te betekenen dat ze geen kritiek uit, reageert ze. „Niet het hele leven speelt zich af op Twitter.” En Yeşilgöz kan kabinetsleden wel houden aan beloftes die ze over hun gedrag maken, maar niet Geert Wilders. „Er is maar één verantwoordelijke, en dat is hijzelf.”
Toch vindt ze dat Wilders als leider van de grootste partij een „verantwoordelijkheid” heeft, implicerend dat het gaat om een voorbeeldrol voor de hele samenleving. „Ik vind dat je je niet de hele tijd moet laten verleiden met teksten op Twitter die ik totaal niet zal steunen. Ik heb daar bepaalde waardeoordelen bij.”
Timmermans heeft er begrip voor dat Yeşilgöz ervoor kiest haar kritiek achter de schermen te uiten, antwoordt hij. „Maar als dingen publiekelijk worden gezegd, moeten ze eigenlijk ook publiekelijk worden gecorrigeerd.”
De leider van GroenLinks-PvdA doet een „hartenkreet” aan Yeşilgöz: „Zwijg nimmer als dingen gedaan of gezegd worden die zich niet verdragen met de principes van onze democratische rechtstaat.”
VVD-leider Dilan Yesilgöz voelt zich er niet voor verantwoordelijk dat namens de PVV twee ministers in het nieuwe kabinet zitten die omstreden zijn om uitlatingen in het verleden. „De kiezer heeft gesproken”, antwoordt zij in het debat over de regeringsverklaring op kritische vragen van D66-voorman Rob Jetten.
Minister Reinette Klever (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp) is afkomstig van omroep Ongehoord Nederland, waar zij onder meer te zien was in het omstreden Zwarte Pietenjournaal. Jetten vindt het onbestaanbaar dat zij straks namens Nederland op handelsmissies naar het buitenland gaat. Hij vreest dat door haar verleden deuren voor haar gesloten blijven, wat niet in het belang van Nederland is.
Over minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie), die sprak over de aan de nazi’s ontleende omvolkingstheorie, zei Yesilgöz zelf al dat zij „niet onomstreden” is. „Ze zit hier toch in vak K”, werpt Jetten haar voor de voeten. Net als Klever is zij volgens hem „erdoorheen geglipt”, ondanks harde afspraken tussen de coalitiepartijen over de rechtstaat. Yesilgöz zegt daarop dat het niet aan haar was om door de PVV voorgedragen bewindslieden te blokkeren.
Jetten concludeert dat de VVD-leider zich heeft „laten ringeloren” door PVV-leider Geert Wilders en dat zij lijdt aan „een politiek Stockholmsyndroom”. Zo wordt het genoemd als in een gijzelingssituatie de gegijzelde sympathie ontwikkelt voor de gijzelnemer.
D66 en Volt hebben in het debat over de regeringsverklaring harde kritiek op de VVD om de bezuiniging van 12,6 miljard euro op onderwijs en innovatie. Volgens de twee liberale oppositiepartijen schaadt de bezuiniging het concurrentievermogen van Nederlandse bedrijven, zoals chipmachinefabrikant ASML. Zij willen dat de bezuiniging van tafel gaat.
D66-leider Rob Jetten verwijst naar de Rabobank, die becijferde dat de bezuinigingen op onderwijs en innovatie tot en met 2040 27 miljard euro gaan kosten. „Dat zijn gewoon heel harde centen die onze ondernemers mislopen.” Ook kan het enkele duizenden banen in de Nederlandse wetenschap kosten. Laurens Dassen (Volt) denkt dat het nu moeilijker wordt voor bedrijven om talent uit het buitenland aan te trekken, terwijl zij daarop moeten concurreren met China en de Verenigde Staten. „Ik kan me niet voorstellen dat de VVD dat wil bereiken.”
Jetten noemt het dan ook een „holle belofte” van de coalitie dat de economie weer gaat groeien onder dit kabinet. „Er is een klein plusje, maar dat had veel groter kunnen zijn.” D66 en Volt drongen er bij de VVD op aan om de bezuiniging van tafel te vegen.
VVD-leider Dilan Yeşilgöz wilde daar nog niet aan. „Geld is niet het enige wat verschil maakt”, denkt de VVD-leider. Volgens haar gaat het ook om meer ruimte geven aan leraren en wetenschappers. Bovendien gaat er nog steeds geld naar het investeringsfonds Invest-NL, benadrukt ze.
Waar wil de nieuwe premier Dick Schoof heen met Nederland? Dat wil D66-leider Rob Jetten weten. „Het voelt toch een beetje gek dat een ongekozen ambtenaar vanuit het niets premier is geworden”, zegt Jetten in het debat over de regeringsverklaring. „Een premier die niet op het stembiljet stond. En waarvan niemand weet waar hij voor staat, en wat zijn idealen en opvattingen zijn.”
Dus vraagt Jetten het zelf: „Waar wil hij met Nederland naartoe?” Tot nu toe ziet hij weinig idealen van de nieuwe minister-president, de afgelopen jaren actief als topambtenaar bij verschillende organisaties van het Rijk. De regeringsverklaring voelde volgens de D66-voorman als een „lijst met maatregelen waarin samenhang en visie ontbreekt”. Het is het resultaat van kwartetten in de formatie tussen PVV, VVD, NSC en BBB, vindt hij.
De oppositiepoliticus wil weten wat de belofte van Dick Schoof aan de kiezer is. Want „belofte maakt schuld”, houdt hij de nieuwe premier voor. „De kersverse coalitiepartijen deden de kiezer grote beloftes. Goed bestuur, stabiliteit, een vuist op tafel in Brussel. En zelfs de zon zou weer gaan schijnen”, aldus Jetten. Maar belofte maakt schuld, benadrukt de D66’er. Vertrouwen in de politiek „valt of staat” daarbij. „Anders voelen de kiezers zich belazerd.”
Schoof moet wat Jetten betreft ook bestand zijn tegen „gesputter en getwitter” uit de Kamerbankjes. De D66-leider wil zekerheid dat Schoof en niet PVV-leider Geert Wilders de „koers bepaalt in tijden van crisis”. Jetten: „Ik verwacht van de premier daadkracht, ook als het tegenzit.”
Jetten noemt het nieuwe kabinet schamperend ‘Wilders-I’, waarmee hij suggereert dat Wilders wel degelijk aan het stuur zit. Dit komt hem op kritiek te staan van BBB-leider Caroline van der Plas. Ze vindt die opmerking „schofferend”.
De D66-leider was het niet eens met die kwalificatie van Van der Plas. „Het is aan Schoof om te bewijzen dat hij zelfstandig opereert en niet aan de leiband van Wilders loopt.”
De PVV-fractie gaat in de Tweede Kamer „scherp aan de wind varen, zich dualistisch opstellen en de resultaten kritisch beoordelen”, zei Geert Wilders aan het slot van zijn inbreng in het Kamerdebat over de regeringsverklaring. Over onderwerpen waarover in het hoofdlijnenakkoord van PVV, VVD, NSC en BBB niets is afgesproken, zullen wij „het onversneden PVV-geluid met veel plezier laten horen”.
De PVV, met 37 zetels de grootste fractie in de Tweede Kamer, zal zich houden aan alle afspraken uit het hoofdlijnenakkoord, zegde Wilders toe. „Wij zijn goed voor onze handtekening en we zijn 100 procent te vertrouwen.” Als het gaat om de uitwerking ervan „zullen we klappen als het goed is, maar ook boos worden als het ons niet bevalt.”
Dat gaat de fractie doen ten aanzien van alle bewindslieden, ook die van de PVV, zei Wilders. „Dat is geen dreigement, maar dat is een dualistische belofte die hoort bij een extraparlementair kabinet.”
Esther Ouwehand (PVDD) hoonde die uitspraken min of meer weg. Ze greep terug op het stemgedrag van de PVV, waardoor een wetsvoorstel dat dieren moest beschermen, is gesneuveld. Aanvankelijk was het wetsvoorstel met hulp van de PVV aangescherpt, maar omdat BBB de wet niet wilde, heeft de PVV tegengestemd, sneerde Ouwehand. Volgens haar had Wilders alle ruimte om bij het oorspronkelijke standpunt te blijven, „maar om te kunnen gaan regeren met de BBB is dat zo weggegeven”.
PVV zal in het nieuwe kabinet weinig bereiken voor dieren, verwacht Esther Ouwehand van de Partij voor de Dieren. Voorheen konden de partijen elkaar vaak vinden op dit punt. Bij de PVV maakte Dion Graus zich hier herhaaldelijk hard voor. Ouwehand vindt dat de partij van Geert Wilders die principes heeft laten varen door de leiding van het ministerie van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur (LVVN) over te laten aan bewindslieden van de BoerBurgerBeweging.
De PVV gooit „als het erop aankomt de dieren voor de bus”, concludeert Ouwehand. Ze verwijt Wilders dat hij om de BBB te bekoren niet meer meestemt met moties die zijn bedoeld om dieren te beschermen. Bovendien vreest ze dat de BBB-ministers de aangenomen moties niet uitvoeren. Dan heeft ze het bijvoorbeeld over plannen om de omstandigheden van diervervoer te verbeteren.
Wilders vindt dat Ouwehand „een karikatuur van de BBB” als „anti-dierenpartij” maakt. De partij van Caroline van der Plas „heeft zeker ook een groot hart voor dieren”, zegt de PVV-leider, waarna gelach klinkt in de zaal. „Er is geen boer in Nederland, excessen daargelaten, die niet graag en goed met zijn dieren omgaat.” Hij zegt bovendien dat in het hoofdlijnenakkoord ook maatregelen voor dieren staan, bijvoorbeeld waar het gaat om dierenvervoer. Wilders geeft wel toe dat de coalitiepartijen daarin niet zo ver gaan als PvdD zou willen.
Een theorie over plannen tot omvolking is „abject” en „deugt allemaal voor geen meter”, zegt Geert Wilders op felle kritiek uit de oppositie over PVV-bewindspersonen. Maar het is volgens hem niet racistisch om zorgen te uiten over hoe Nederland verandert doordat er meer mensen met een migratieachtergrond wonen. „Je bent geen racist als je zegt dat mensen zich soms niet meer in hun eigen wijk en straat herkennen.”
Wilders heeft in het debat over de regeringsverklaring twintig minuten spreektijd, maar staat bijna twee uur achter het spreekgestoelte door de vele vragen en opmerkingen uit de oppositie. Dat PVV-minister Marjolein Faber het recent nog had over een „agenda” van „omvolking”, vraagt volgens oppositiepartijen een beter antwoord dan Wilders tot nu toe gaf. Er zit bij haar geen enkel racistisch idee achter, houdt Wilders vol. Als dat wel het geval was „dan had ik haar er zelf persoonlijk uit gemieterd”.
Volgens de PVV-leider blijft het wel belangrijk om de zorgen van mensen serieus te nemen die zich een „vreemde voelen in hun eigen straat”. „Dat zijn gewoon mensen die zich zorgen maken.” Wilders voegt toe: „Daar is niets engs aan. Half Nederland vindt dit.”
Hij heeft het dan zelf vooral over asielmigratie, die volgens hem „de spuigaten uitloopt”. Maar D66, ChristenUnie en Volt wijzen erop dat hij het ook heeft over mensen met een ouder of grootouder uit het buitenland.
Volgens DENK-leider Stephan van Baarle slaan de teksten van Wilders over „hele wijken die zijn getransformeerd” juist op „omvolking pur sang”.
Racisme en discriminatie zijn „geïntegreerd in het kabinet” door de deelname van de PVV, zegt DENK-leider Stephan van Baarle in het debat over de regeringsverklaring. Hij vindt het een „schande en een historische fout” dat Pieter Omtzigt (NSC) en Dilan Yeşilgöz (VVD) hieraan meewerken. Wilders heeft zijn taal misschien afgezwakt, zegt Van Baarle, maar vindt nog steeds hetzelfde.
De voorman van DENK maakt zich zorgen om moslima’s die werken op de ministeries van PVV’ers Marjolein Faber (Asiel en Migratie) en Reinette Klever (Ontwikkelingshulp). De nieuwe ministers hebben zich namelijk kritisch uitgelaten over hoofddoekjes. Van Baarle neemt er geen genoegen mee dat Wilders zegt dat het ze nog steeds vrij staat om dit religieuze kledingstuk te dragen. Met hun kritiek zeggen de bewindsvrouwen tegen hun hoofddoekdragende ambtenaren „wat jij draagt, daar kijken wij op neer”, vindt Van Baarle.
„De heer Wilders blijft iemand die de meest verwerpelijke denkbeelden de wereld in blijft slingeren”, zegt de oppositiepoliticus. Als Wilders hier geen afstand van neemt, dan zal hij blijven horen dat hij een „racist” is en „iemand die moslims haat”.
„Ik haat helemaal niemand, ook niet moslims”, vuurt Wilders terug. „Ik heb wel een probleem met de islam. Dat is religiekritiek, dat mag.” Van Baarle vindt dat verhullend taalgebruik. Wilders heeft het eigenlijk over ‘moslimhaat’ als hij over ‘religiekritiek’ spreekt, stelt de DENK-leider. Waar een ‘zorgelijke demografische ontwikkeling’ wordt gezegd, spreekt Wilders volgens de oppositiepoliticus over de omstreden omvolkingstheorie.
De oppositie blijft in het debat over de regeringsverklaring wijzen op de opmerkingen van migratieminister Marjolein Faber, die enkele jaren geleden onder meer de term ‘omvolking’ bezigde. Dat is een verwijzing naar een extreemrechtse complottheorie, waar ook veiligheidsdiensten voor hebben gewaarschuwd.
Faber, andere kabinetsleden en PVV-leider Geert Wilders hebben afstand van de term genomen en beloofd andere woorden te gebruiken, maar sommige Kamerleden uit de oppositie willen dat de PVV de opmerkingen ook terugneemt of excuses aanbiedt. Dat weigert Wilders. „Dat zegt alles over het leiderschap van Wilders”, vindt Rob Jetten (D66).
Jetten en Mirjam Bikker (ChristenUnie) brengen het woord ‘omvolking’ in verband met antisemitisme, in navolging van antiterrorismecoördinator NCTV. Bikker vraagt zich af of Wilders niet twee jaar geleden, op het moment van die waarschuwing, de term uit zijn partij had moeten weren. Wilders was ervan overtuigd dat Faber haar opmerking niet antisemitisch bedoelde, zegt hij. „Ze heeft achteraf gezegd dat ze dat woord niet had moeten gebruiken, en daar sluit ik me bij aan.”
Wilders: „Mevrouw Faber deugt 100 - wat zeg ik, 200 procent.”
SP-leider Jimmy Dijk en PVV-voorman Geert Wilders staan in het debat over de regeringsverklaring lijnrecht tegenover elkaar als het gaat om bezuinigen op de zorg. Toen de beide partijen nog samen in de oppositie zaten, was geld voor de zorg nog een gezamenlijk doel.
Het nieuwe kabinet bezuinigt flink om de overheidsfinanciën op orde te brengen. Dijk had liever gezien dat er geld werd opgehaald bij grote bedrijven en mensen met veel vermogen. Hij wil van Wilders weten waarom hij instemt met bezuinigingen op de zorg. Volgens Wilders zijn er „geweldige maatregelen” afgesproken in het coalitieakkoord, maar ook dingen die pijn doen. Hij wijst op de lastenverlichting die de coalitiepartijen willen regelen. „En u zit daar maar wat in de oppositie en u doet helemaal niets voor de mensen”, houdt hij Dijk voor.
„Dit noem ik zuur rechts”, reageert Dijk. „En ik zal u zeggen waarom: u ontwijkt mijn vraag.” De PVV voert VVD-beleid uit, meent hij. De SP-politicus wijst erop dat er nog veel meer gaten gedicht moeten worden: de verkoop van het Duitse deel van staatsbedrijf TenneT is in het water gevallen, er moet geld komen voor het toeslagenschandaal en de herziening van het arbeidsongeschiktheidsstelsel. De vermogensbelasting is bovendien „kapot”, en ook die reparatie zal flink in de papieren lopen.
Dijk ziet een gat in de begroting ontstaan van 8 miljard euro of nog veel meer. Volgens de afgesproken systematiek zal dan ook de zorg veel inleveren. De SP’er wil er samen met Wilders voor zorgen dat er „geen enkele euro” extra wordt bezuinigd op de zorg en het geld „daar gaat halen waar het zit: bij de grote vermogens”.
Daarop zei Wilders dat het kabinet deze zomer gaat kijken hoe de begroting eruit ziet. Hij wil daar niet op vooruitlopen. In de zorg is bovendien te „herprioriteren”, denkt hij, waardoor bezuinigingen minder pijn doen. Dijk verwijt Wilders op zijn beurt weer „Haagse, verhullende taal” uit te slaan.
Oppositiepartijen als D66 en Volt vrezen dat het dinsdag aangetreden kabinet van premier Dick Schoof een instabiele basis heeft met de PVV in de coalitie. Rob Jetten (D66) vindt dat PVV-leider Geert Wilders tijdens de formatie „een bende” maakte van zijn personeelsbeleid. Meerdere mensen die hij naar voren schoof voor functies bij de formatie en later in het kabinet, moesten zich na ophef terugtrekken. Daarbij ging Wilders niet staan voor zijn mensen en vernederde ze, vindt Jetten, die vreest dat Schoof op dezelfde manier zal worden behandeld.
De manier waarop bijvoorbeeld PVV-Kamerlid Gidi Markuszower twitterend „opzij is gezet” toen de naslag door de veiligheidsdienst AIVD verkeerd uitpakte, vind Jetten bijvoorbeeld niet netjes. Het verdiende soms niet de schoonheidsprijs hoe mensen terug werden getrokken, geeft Wilders toe tijdens het debat over de regeringsverklaring. Maar Schoof hoeft zich volgens de PVV-leider nergens zorgen om te maken. „Ik verheug me op een goede, misschien soms stevige, maar altijd vertrouwenwekkende relatie met de nieuwe minister-president”, zegt Wilders.
De PVV heeft volgens Laurens Dassen van Volt „niet bepaald de mensen met de hoogste integriteitsnormen voorgedragen” als bewindspersoon. Hij heeft het dan bijvoorbeeld over minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie), die de afgelopen weken flink is bekritiseerd omdat ze in het verleden heeft gesproken over omvolking, een term die wordt gebruikt in een extreemrechtse complottheorie.
Zijn coalitiepartners VVD en NSC zullen het niet volhouden om met de PVV samen te werken, verwacht Dassen. De Volt-leider heeft het bijvoorbeeld over recente uitspraken van Wilders over het slavernijverleden en de islam. „Als je zo’n spoor van vernieling de hele tijd voortzet, dan ben je toch niet bereid om een stabiele coalitie te hebben?”
Partijleider Mirjam Bikker (ChristenUnie) heeft in het Kamerdebat over de regeringsverklaring hard uitgehaald naar PVV-leider Geert Wilders. Hij werd de afgelopen maanden in de politieke wandelgangen ‘Milders’ genoemd omdat hij zijn doorgaans scherpe toon wat leek te matigen. Volgens Bikker is van een mildere PVV-partijleider niets meer te zien.
Als fractievoorzitter in de Tweede Kamer „zal ik mijn partij smoel moeten geven”, reageerde Wilders. „Mensen gaan nog spijt krijgen dat ik geen minister-president ben geworden.”
Er zit volgens Bikker echter een groot verschil tussen een partij kleur op de wangen geven „of polarisatie en haat aanwakkeren.” Het wringt, vindt Bikker, onder meer met de keuze voor Marjolein Faber als PVV-minister van Asiel en Migratie.
Bikker kan er niet bij dat Faber „de ene dag raadsleden in Hoevelaken als verraders bestempelt omdat ze een asielzoekerscentrum willen en de andere dag zegt ‘ik zal gewoon die rol uitvoeren als minister’. Je kunt niet van tafel verschuiven, een compleet nieuwe jurk aandoen en daarmee zijn je opvattingen veranderd. Dat bestaat niet”, vindt Bikker.
Frans Timmermans (GroenLinks-PvdA) en Caroline van der Plas (BBB) twisten over feiten in een discussie over landbouw en natuur, tijdens het debat over de regeringsverklaring. Timmermans stelt dat Nederland het „slechtste oppervlaktewater van heel Europa” heeft door te veel mest en pesticiden. „Als we daar niets aan doen, krijgen we grote problemen met onze drinkwatervoorziening.”
Van der Plas reageert: „Te veel mest in de natuur? Lozen boeren dan gewoon mest in sloten, is dat wat Timmermans bedoelt?” Daarop klinkt gelach uit het vak van de GroenLinks-PvdA-fractie. „Die hoek heeft helemaal geen verstand van de materie”, vindt Van der Plas. Volgens haar brengen juist natuurbeheerders Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer mest in de natuur. „Omdat die compleet aan het verschralen zijn op sommige plekken, dat kunt u opzoeken.”
De Inspectie Leefomgeving en Transport meldde vorige maand nog dat er te veel schadelijke stoffen zitten in het grondwater en in bijvoorbeeld rivieren, beken en meren. Die stoffen komen onder meer uit mest, resten van medicijnen en bestrijdingsmiddelen. Volgens onderzoek van de Ecologische Autoriteit is niet een tekort, maar een overmaat aan stikstof een van de belangrijkste bedreigingen voor de natuur.
„Ik raad Van der Plas aan zich op de hoogte te stellen van de waterkwaliteit in Nederland”, zegt Timmermans. „Dat heeft alles met nitraat te maken, en nitraat komt in de natuur via onder andere mest.”
Volgens Geert Wilders is de angst onterecht dat hij als leider van de grootse coalitiepartij de nieuwe premier Dick Schoof zal aansturen. „Deze minister-president is niet de marionet van de heer Wilders”, aldus de PVV-leider op vragen van Rob Jetten (D66). „En ik ga ook niet over wat de minister-president mag doen. Daar gaat hij zelf over.” Wilders mag zich op zijn beurt weer uiten zoals hij wil op sociale media. „Als ik wil twitteren, dan twitter ik.”
Volgens Jetten somde Schoof in zijn regeringsverklaring een „simpel boodschappenlijstje” op, waarbij de visie ontbreekt. Schoof is als partijloos premier naar voren geschoven omdat NSC niet wilde dat Wilders premier werd. Als onderdeel van het ‘extraparlementaire karakter’ van het kabinet is ook afgesproken dat alle partijleiders in de Tweede Kamer blijven. Jetten denkt dat Schoof alsnog wordt aangestuurd door Wilders, die immers de grootste partij leidt.
Dat noemde de PVV-leider op zijn beurt een „belachelijke vraag”. Het kabinet krijgt bijvoorbeeld de vrijheid om het coalitieakkoord uit te werken tot een regeerprogramma, hoewel Schoof wel erkende dat sommige afspraken al in detail zijn uitgewerkt. „In die uitwerking zullen wij de vinger aan de pols houden”, zegt Wilders. Maar hij stelt gepaste afstand te houden. Als Kamerlid zal Wilders controleren wat Schoof doet, belooft hij.
Mocht Schoof in strijd opereren met afspraken die tussen de coalitiepartijen zijn gemaakt, „dan zullen we het kabinet ter verantwoording roepen”. Als Wilders zelf over de schreef gaat, kunnen zijn coalitiepartners hem „tot de orde roepen”, hield hij Jetten voor. Maar voorlopig blijft hij zich op sociale media uiten zoals hij wil. „Daar gaat niemand over behalve ik zelf.”
Het recent „spuien” van Wilders op X, voorheen Twitter, is volgens Jetten een signaal dat hij alsnog de dienst uitmaakt in het kabinet. Met een beroep op de basisafspraken die zijn gemaakt, noemde Wilders de islam vorige week op X een „walgelijke, verwerpelijke, gewelddadige en haatdragende religie”. Over het weren van PVV’er en Kamervoorzitter Martin Bosma bij de slavernijherdenking wegens diens uitspraken in het verleden, stuurde Wilders ook een bericht: „Ik wil anders maandag wel naar Amsterdam gaan en daar speechen hoor. Ze zullen gaan hunkeren naar onze Voorzitter.” Coalitiepartner Caroline van der Plas (BBB) noemde dat „niet zo oké”.
GroenLinks-PvdA-leider Frans Timmermans kwam in het debat over de regeringsverklaring in een felle aanvaring met PVV-leider Geert Wilders door te spreken van „extreemrechtse ideeën” en „racistische complottheorieën” van PVV’ers die nu in het kabinet zitten. Wilders verhief in reactie op Timmermans’ uitlatingen zijn stem aan de interruptiemicrofoon: „Hoe haalt Timmermans het in zijn hoofd, waar haalt hij het lef vandaan om onze mensen tot racist te bestempelen. Dat is nogal wat, en daar klopt helemaal niks van.”
Wilders verwees naar de hoorzittingen met kandidaat-bewindslieden, die daarin zeiden dat „geen omvolkingstheorieën bedoelden zoals in het nazisme zijn gebezigd”.
Timmermans wees op zijn beurt weer op de vroegere uitspraken van PVV-bewindslieden en van Wilders zelf, zoals over de „culturele verdunning” van de samenleving door migratie. Ook na hun beëdiging gingen bewindslieden door over hoofddoeken en zwarte piet, zegt Timmermans. „U kunt staan gillen wat u wilt, ik vind dit racisme en zal dat blijven onderstrepen.”
„U duwt half Nederland in de racistische hoek”, reageert Wilders. „Degene die dan niet deugt, die vuile vieze politiek speelt, ben niet ik, maar u.” Timmermans vindt op zijn beurt dat PVV’ers „bewust mensen pijn doen” als ze uitspraken doen waarvan ze weten dat die anderen krenken.
In het ministersvak zitten volgens Frans Timmermans nu „mensen die racistische complottheorieën propageren en journalisten, rechters, wetenschappers aanvallen”. Hij vraagt aan de nieuwe premier Dick Schoof „waarom hij heeft ingestemd met de voordracht van deze bewindspersonen”. Kon hij daar überhaupt wel mee instemmen, wil Timmermans weten. „Daar ben ik ook benieuwd naar.”
Hij heeft het over PVV-bewindslieden die spraken over de omvolkingstheorie. Deze theorie stelt dat de westerse samenleving langzaam en bewust wordt vervangen door immigranten met een niet-westerse achtergrond. Antiterreurcoördinator NCTV noemde de normalisering van deze theorie eerder een „zorgelijke ontwikkeling”.
Schoof en veel andere kabinetsleden hebben ervoor gekozen om toe te treden tot het kabinet „vanuit de ambitie het goede te doen”, meent Timmermans. Maar zij hadden PVV’ers die volgens hem over de schreef gaan, moeten weren. Ze verschuilen zich te veel achter de vorm van het kabinet, wat volgens de GroenLinks-PvdA-voorman onterecht een „extraparlementair programkabinet” wordt genoemd. „Ze verbergen niet eens meer dat hier een ouderwets coalitiekabinet zit. Met nauwelijks mensen van buiten. Aangestuurd door de partijleiders. Nieuw is dat bewindspersonen geen verantwoording meer afleggen over uitspraken in het verleden.”
Timmermans kondigde eveneens een motie van wantrouwen aan tegen PVV-ministers Reinette Klever en Marjolein Faber vanwege onder meer uitspraken over de omvolkingstheorie.
De VVD en NSC rijden met de PVV een „Trojaans paard” de democratische rechtstaat in, zegt Frans Timmermans, de partijleider van GroenLinks-PvdA, in het debat over de regeringsverklaring. „Wilders verwoordde het zo: Nederland wordt weer van ons. En daarmee zegt hij ook impliciet: Nederland is niet van ons allemaal.” Hij ziet hierin „afrekenpolitiek” richting mensen die de visie van Geert Wilders niet delen en wat de PVV-leider betreft niet in Nederland horen.
Wilders zingt volgens de linkse oppositieleider al „ruim twintig jaar hetzelfde valse lied”. Het is Timmermans opgevallen dat de PVV-leider sinds de verkiezingen afstand heeft genomen van eerder verkondigde radicale standpunten, maar is daar niet van overtuigd. „Regelmatig wordt zijn ware aard hem te machtig en zingt hij dezelfde valse tonen.”
De rechtstaatverklaring die de coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB hebben afgesproken, stelt Timmermans evenmin gerust. Tijdens de informatiefase had Pieter Omtzigt nog ondanks deze verklaring onvoldoende vertrouwen in een samenwerking met de PVV, memoreert de linkse politicus. Tegenwoordig gebruikt de NSC-leider de verklaring om uitlatingen van PVV-ministers Marjolein Faber (Asiel en Migratie) en Reinette Klever (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp) „wit te wassen”, vindt de leider van GroenLinks-PvdA.
GroenLinks-PvdA-leider Frans Timmermans heeft aan het begin van het debat over de regeringsverklaring van het kabinet-Schoof een motie van wantrouwen aangekondigd tegen de PVV-ministers Reinette Klever en Marjolein Faber. De reden is de uitspraken van deze PVV’ers die wat hem betreft een grens overgaan.
Later gaat Timmermans deze motie indienen. Het is anders dan aan het begin van de regeringsperiode het vertrouwen opzeggen in het volledige kabinet, meent hij. Als alle Kamerleden hun „geweten laten spreken”, zou zijn motie zelfs een meerderheid halen, denkt Timmermans.
Volgens Timmermans hebben Klever en Faber weliswaar gezegd dat ze niet meer over ’omvolking” zullen spreken, „maar ze zeggen niet: we hebben spijt”, betoogde Timmermans. In zijn ogen nemen ze er dan inhoudelijk geen afstand van. „Er is niets veranderd.” Met de uit nazi-Duitsland afkomstige term ‘omvolking’ wordt de verandering van de bevolkingssamenstelling aangeduid.
PVV-leider Geert Wilders diende als oppositiepartij bijna traditioneel moties van wantrouwen in tijdens Kamerdebatten over nieuwe regeringsverklaringen. Die haalden het nooit.
Premier Dick Schoof heeft de „bezorgde geluiden” over de rechtstaat in de formatie gehoord, en zegt daar in zijn regeringsverklaring duidelijk over te willen zijn: „Dit kabinet staat voor de rechtstaat.”
„Ik heb mijn werkzame leven grotendeels in dienst gesteld van het beschermen van de rechtstaat”, zegt Schoof, die de coalitie-afspraken over de rechtstaat onderschrijft. „Dat betekent dat de rechtstaat voor ons een gegeven is, met als belangrijkste ankers de democratische vrijheden en grondrechten die in onze grondwet zijn vastgelegd. Daar staan we voor, die garanderen we.”
Meer wil Schoof hier niet over kwijt. „Alles wat ik daar nu meer over zou zeggen, doet afbreuk aan de volstrekte duidelijkheid die ik vandaag wil bieden aan iedereen.”
„Ik vraag vandaag simpelweg aan u, en alle inwoners van het land: beoordeel ons op wat we gaan doen. Beoordeel ons op onze daden.” Daarmee lijkt hij zich aan te sluiten bij opmerkingen van met name PVV-bewindslieden, die de afgelopen dagen steeds aangaven vooruit te willen kijken en niet te veel te willen terugblikken op controversiële uitspraken uit het verleden.
Het nieuwe kabinet onder leiding van premier Dick Schoof biedt in de eerste plannen vooral valse hoop, vindt GroenLinks-PvdA-leider Frans Timmermans. Alleen al de asielplannen zijn „juridisch niet haalbaar”. Het kabinet zou de verleiding moeten weerstaan het „hier en nu” de voorrang te geven, aldus de linkse oppositiepoliticus.
Als je hoop predikt, laat het dan geen valse hoop zijn, zei Timmermans. „Als je lef wil, heb dan ook het lef om een eerlijk verhaal te vertellen. Als je trots wil zijn, wees dan trots op wat je voor een ander kan doen.” Hij verwijst naar de titel van het coalitieakkoord: Hoop, lef en trots. Alleen als dat op de juiste manier wordt ingevuld „dan is geen uitdaging zo groot, of we kunnen haar aan”.
Het is aan de politiek om niet „onvrede bij de mensen op te stoken”, maar onmin te kanaliseren, aldus Timmermans met een verwijzing naar PvdA-icoon Joop den Uyl. Het kabinet doet te weinig aan de grote uitdagingen. Hij wil „dat komende generaties met trots terugkijken hoe wij het land en de planeet achterlaten”. Het kabinet praat als het naar de toekomst kijkt volgens Timmermans alleen maar naar financiële degelijkheid. Dat is niet genoeg, vindt hij. „De klimaatcrisis zorgt voor steeds ergere problemen”, waardoor „dralen” op klimaatbeleid niet genoeg is.
„Ik ben ervan overtuigd dat ik namens heel veel mensen spreek als ik zeg dat Nederland Rutte dank is verschuldigd”, zegt de nieuwe premier Dick Schoof over zijn dinsdag gestopte voorganger Mark Rutte. „Met zijn talent om mensen te verbinden, oplossingen te zien waar anderen die niet meer zagen en door zijn scherpe politiek-bestuurlijke inzicht heeft hij binnen en buiten ons land groot gezag opgebouwd”, zegt Schoof als hij de regeringsverklaring van zijn kabinet voorleest.
Rutte zou zelf „de eerste” zijn om toe te geven dat niet alles goed is gegaan onder zijn leiding, zegt Schoof. „Maar laat ik dan vandaag benadrukken dat zijn grote verdiensten voor het land moeilijk overschat kunnen worden”, zegt hij. De premier wenst Rutte veel succes toe met zijn nieuwe baan als hoogste baas van het militaire bondgenootschap NAVO.
Rutte was veertien jaar lang premier en leidde vier kabinetten.
De kiezer heeft de politiek bij de verkiezingen in november een „glasheldere opdracht” gegeven, zegt de nieuwe premier Dick Schoof in zijn regeringsverklaring. „Ze zeiden: luister naar ons. Luister naar onze zorgen over asiel en migratie.” Zorgen over de komst van asielzoekers zijn volgens hem het grootste pijnpunt. „Dat is hoe je het ook wendt of keert het springende punt.”
„Want asiel- en migratiecijfers zíjn hoog, en de druk die het legt op onze samenleving ook”, benadrukt Schoof. „Elke oplossing, elke aanpak” begint wat hem betreft „met de erkenning van die realiteit”. Schoof geeft daarmee aan dat migratie niet alleen voor de coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB een belangrijk onderwerp is, maar ook voor hem persoonlijk als premier.
De zorgen van de kiezers gingen volgens Schoof ook „over het grote tekort aan huizen. Over de prijs van boodschappen, energie en maandelijkse huur. „Luister en dóé er wat aan”, was volgens Schoof de boodschap. „Die opdracht neemt het kabinet dat zich vandaag in deze Kamer presenteert uitermate serieus.”
Premier Dick Schoof bedankt in zijn regeringsverklaring de vier partijleiders die hun vertrouwen in hem hebben uitgesproken, maar in het bijzonder PVV-leider Geert Wilders. „Als overtuigend winnaar van de verkiezingen en voorman van de grootste fractie heeft hij er alles aan gedaan om deze samenwerking te laten slagen”, aldus Schoof in zijn regeringsverklaring.
Wilders zag af van het premierschap, waar de leider van de grootste partij normaal gesproken vaak een beroep op kan doen. Ook zette hij ongrondwettelijke voorstellen in de ‘ijskast’, zoals vaak is besproken in de formatie.
„Ik weet met welke beperkingen in de privésfeer hij al vele jaren moet leven”, voegde Schoof toe over de extreme beveiliging van Wilders. Daar heeft de premier „groot respect” voor.
Dat het kabinet er staat, moet volgens Schoof ook voor Wilders „een mijlpaal zijn”. Hierop klonk geklop op de Kamerbankjes, het parlementaire alternatief voor applaus.
Premier Dick Schoof legt de regeringsverklaring in de Tweede Kamer af met een vergelijkbaar gevoel als marathonloper Sifan Hassan, zegt hij. Hij vertelt over de opmerkingen die een van zijn „allergrootste sporthelden” maakte voordat ze haar debuutmarathon liep. Hassan vroeg zich af waar ze aan was begonnen, herinnert Schoof zich, maar ze zei ook dat ze de reis wilde maken.
„Ik sta hier een beetje met hetzelfde gevoel, dezelfde adrenaline”, zegt Schoof. Hij spreekt van een „start van iets nieuws”, niet alleen voor zichzelf maar ook voor de politiek. „Een kabinet zonder politiek leiders erin, voor het eerst in ruim vijftig jaar.” Dat de ploeg aan de slag gaat op basis van een hoofdlijnenakkoord, vindt hij „spannend”.
„Tegelijkertijd zien we ernaar uit om te beginnen”, vervolgt Schoof. „We hebben er ook gewoon zin in.”
Hassan won haar eerste marathon. „Daar trek ik me graag aan op”, zegt Schoof. „In de hoop en verwachting dat het zal lukken iets goeds te doen in Nederland.”
NSC-leider Pieter Omtzigt vindt dat het tijd wordt om „volwassen te zijn en gewoon aan de slag te gaan”, zei hij voor het begin van het debat over de regeringsverklaring van het kabinet-Schoof. Hij heeft geen zin om op elk bericht van bijvoorbeeld PVV-leider Geert Wilders te reageren.
Als het politieke debat zich verengt tot reageren op elkaars tweets, „denkt u echt dat we dan de woningcrisis oplossen? Denkt u dan echt dat we aan bestaanszekerheid werken? En denkt u dan echt dat de mensen thuis denken, nou ja, daar zijn ze bezig met de problemen van het land”, zei Omtzigt.
Op de vraag van journalisten of Omtzigt zich gaat inhouden in het debat, vooral als het gaat om PVV, VVD en BBB waarmee zijn partij een kabinet vormt, zei Omtzigt: „Ik hou me nooit in als het over de rechtstaat gaat.”
Dick Schoof heeft vertrouwen in zijn eerste optreden in de plenaire zaal van de Tweede Kamer als premier. „We hebben allerlei situaties met interviewsessies gedaan”, zegt hij voorafgaand. Het gaat „uitstekend” met de zenuwen.
Daags na de beëdiging van zijn kabinet, staat Schoof tegenover een waarschijnlijk uiterst kritische oppositie. Hij legt eerst een regeringsverklaring af, daarna is het woord aan de Tweede Kamerfracties.
Gisteren stond de nieuwe regering op het bordes. Premier Schoof gaat officieel de geschiedenisboeken in als eerste partijloze minister-president sinds 1918. Wie zijn de nieuwe ministers?
In het nieuwe kabinet-Schoof zijn dertien nieuwe staatssecretarissen. Van een voormalig muskusrattenvanger tot managing partner op de Zuidas, wie zijn ze?
Een grote groep organisaties uit de sport, cultuur, media, horeca, evenementen en boekenwereld vraagt het kabinet een verhoging van het btw-tarief van 9 procent naar 21 procent te „heroverwegen”. Ze doen hierover „een dringend beroep” op „de politieke partijen in de Tweede Kamer en het kabinet”, schrijven ze in een verklaring.
De oproep komt op de dag dat de Tweede Kamer met het nieuwe kabinet debatteert over de regeringsverklaring onder het motto: Geen hogere btw, je belast er heel Nederland mee. Volgens de organisaties, waaronder de KNVB, Koninklijke Horeca Nederland, de Nederlandse Vereniging van Journalisten en de Vereniging van Evenementenmakers, heeft de btw-verhoging grote gevolgen.
Zo zou uit analyse blijken dat een half miljoen mensen dreigen te stoppen met sporten, er 1,5 miljoen minder festivalbezoeken zullen zijn en 900.000 minder bezoeken aan podiumkunsten. De maatregel zou Nederland ook minder aantrekkelijk maken als vakantiebestemming.
„Het is van essentieel belang dat we de toegankelijkheid van cultuur, sport, horeca, boeken, evenementen en nieuws voor alle Nederlanders waarborgen”, aldus de 39 organisaties in de verklaring. Vorige maand uitten partijen uit cultuur, sport, horeca en media vergelijkbare zorgen via een paginagrote advertentie in landelijke en regionale kranten.
In het debat over de regeringsverklaring, dat voor een behoorlijk deel ook over de nieuwe kabinetsploeg zal gaan, staat de Tweede Kamer voor het eerst tegenover de nieuwe premier Dick Schoof. De Kamer zal Schoof vooral vragen naar het coalitieakkoord, dat hij zelf niet heeft uitonderhandeld.
Veel oppositiepartijen vrezen dat Schoof vooral naar het regeerprogramma wijst. Daarin werkt de nieuwe kabinetsploeg het coalitieakkoord de komende maanden in meer detail uit. Maar de oppositie wil wel dat Schoof kleur bekent, bijvoorbeeld op de strenge asielparagraaf en de plannen om te bezuinigen. Het is voor het eerst dat zij hem het vuur aan de schenen kunnen leggen.
Partijen willen daarnaast van Schoof weten hoe zijn regering om zal gaan met onvoorziene situaties. Het vorige kabinet bijvoorbeeld kreeg binnen twee maanden te maken met de Russische inval in Oekraïne, waardoor grote delen van het coalitieakkoord in één klap achterhaald waren.
De oppositie wil ook terugkomen op opmerkingen van PVV-bewindslieden over de in extreemrechtse kringen gebezigde omvolkingstheorie. Minister Marjolein Faber (Asiel en Migratie) nam in een hoorzitting in de Tweede Kamer afstand van het woord ‘omvolking’ om de veranderende bevolkingssamenstelling aan te duiden. Maar omdat zij tegelijkertijd bleef spreken van „zeer zorgelijke demografische ontwikkelingen”, bleef voor sommige partijen toch een zweem van racisme rond haar hangen.
Door de ruime spreektijden hebben oppositiepartijen de ruimte om hun kritiek uit te leggen én er een eigen verhaal tegenover te zetten. Tegelijkertijd kunnen ze de leiders van de coalitiepartijen PVV, VVD, NSC en BBB nog meer vragen stellen. Die zullen bijvoorbeeld gaan over in hoeverre daadwerkelijk sprake is van een extraparlementair kabinet, zoals was toegezegd. Veruit de meeste bewindslieden komen immers gewoon uit de politiek. VVD en NSC kunnen ook vragen verwachten over hun samenwerking met de PVV als radicaalrechtse partij.
Schoof zelf begint het debat met het afleggen van de regeringsverklaring. Hij zal enkele voor de coalitie belangrijke dossiers toelichten en zal de plannen van de regering uiteenzetten. Mogelijk blikt hij kort nog terug op de bijzondere formatie en zijn eigen positie als partijloze premier. Pas donderdag reageert hij op de kritiek en vragen vanuit de Kamer.
Advertentie