Ineens draaide het voor Roselien niet meer om de zwangerschap, maar om haar eigen leven
Roselien van der Wielen hoort als ze 22 weken zwanger is dat ze een agressieve vorm van borstkanker heeft. De namenlijstjes gaan aan de kant, de babykamer is niet meer belangrijk. Chemokuren eisen ineens alle aandacht op.
Bas, Roselien, Bhodi en Vinte, staat er op het naambordje. Ogenschijnlijk een gelukkig gezinnetje met twee meisjes. Toen Roselien (37) zwanger was van Vinte, in 2020, zag het er echter van de ene op de andere dag niet meer zo rooskleurig uit. Met de twintigwekenecho was alles nog goed, vertelt ze aan de keukentafel in het Gelderse Wijchen. Wel voelt ze iets raars in haar rechterborst. „Een soort schijf.” In eerste instantie denkt ze aan een verstopte melkklier. Die had ze ook toen ze borstvoeding gaf aan haar dochter Bhodi, en voelde destijds eveneens als een harde plek in de borst.
Aan de verloskundige vertelt ze over de schijf die ze voelt . „Het klinkt wel als borstkanker, maar ik denk niet dat dat het is. Vertrouw je het niet, ga dan even langs de huisarts”, raadt de verloskundige aan. Van der Wielen denkt zelf aan een huidontsteking en gaat langs bij de dokter. „Die zei direct dat ze me hoe dan ook door zou sturen naar het ziekenhuis. En dat ze wel snapte dat ik me zorgen maakte. Terwijl ik op dat moment totaal nog niet dacht aan borstkanker, maar aan een onschuldig kwaaltje als een ontsteking.”
Medische mallemolen
Het bezoekje aan de dokter blijkt het begin van een medische mallemolen die zo’n twee jaar zal duren. Een paar dagen later al zit Van der Wielen in het ziekenhuis. Een mammografie van de borst maken gaat niet omdat dit schadelijk kan zijn voor de baby, dus worden er echo’s gemaakt. „De arts zei: We zien van alles, maar we weten niet waar we naar kijken. Het is geen borstkanker, vertelde hij me nog letterlijk.” Om meer duidelijkheid te krijgen, nemen de artsen meerdere biopten, stukjes weefsel. Twee uur later blijkt: het is toch borstkanker, en ook nog eens een agressieve vorm.
In één klap staat het leven van Van der Wielen en haar man Bas (37) op de kop. „We gingen naar huis met het idee van: ik ben ziek en wie weet hoelang ik nog heb. Want dat is het eerste wat je denkt bij kanker. En we vroegen ons natuurlijk af hoe het nu moest met de kleine.” Met de gebruikelijke voorbereidingen tijdens een zwangerschap stoppen ze direct. „Het lijstje met namen hebben we in een hoek gegooid, over de babykamer maakten we ons niet meer druk.”
„Het lijstje met namen hebben we in een hoek gegooid, over de babykamer maakten we ons niet meer druk” - Roselien van der Wielen, borstkankerpatiënt tijdens haar zwangerschap
Een week na de diagnose begint Van der Wielen met chemokuren. Ze is dan ongeveer 23 weken zwanger. „De artsen wilden graag vaart maken met de behandeling, omdat je je gedurende de zwangerschap vaak steeds slechter gaat voelen.” De Adviesgroep Kanker in de Zwangerschap (zie ”Vrouw met kanker krijgt minder vaak advies zwangerschap af te breken”) stuurt een advies voor de behandeling van zes kantjes die Van der Wielen helemaal doorspit. „In die groep kijken 36 experts mee. Dat gaf me vertrouwen.”
Coronamaatregelen
De behandeling start in april 2020 met een serie van vier zware chemokuren, die Van der Wielen elke twee weken krijgt toegediend. De eerste keer mag haar man mee ter ondersteuning, daarna moet ze vanwege de coronamaatregelen alleen het ziekenhuis in. De medicijnen die de tumor moeten bestrijden, slopen tegelijkertijd het lichaam van Van der Wielen. „De eerste kuur ging nog wel. Bij de tweede vielen mijn haren uit. De derde en vierde kuur waren echt verschrikkelijk. Ik kon niets dan op de bank liggen. Mijn slijmvliezen waren kapot, waardoor ik nauwelijks kon praten, eten en drinken.”
„De derde en vierde kuur waren echt verschrikkelijk; ik kon niets dan op de bank liggen” - Roselien van der Wielen, borstkankerpatiënt tijdens haar zwangerschap
Wel krijgt de zwangere vrouw in juni, zo’n twee maanden na de start van de behandeling, een goede boodschap: op de eerste tussentijdse echo is de tumor niet meer te zien, meldt de oncoloog. Dat moment was een omslagpunt, herinnert Van der Wielen zich. „Toen deze behandeling aansloeg, wist ik dat dit heel goed nieuws was. Ik hoefde nu namelijk geen andere behandeling te beginnen, die wél schadelijk zou kunnen zijn voor ons ongeboren kind.”
Persen
En zo kunnen Van der Wielen en haar man zich weer een beetje focussen op de komst van hun kind. Als ze 35 weken zwanger is, stopt Van der Wielen met de chemokuren, zodat haar lichaam kracht kan opdoen voor de bevalling. Met 38 weken wordt ze ingeleid, waarna een spannende bevalling volgt. „Een natuurlijke bevalling had sterk de voorkeur van de artsen, omdat het na een keizersnede waarschijnlijk een stuk langer zou duren voor de behandeling verder zou kunnen gaan. Maar toen ik moest persen, voelde ik dat ik daar echt helemaal geen energie voor had. De operatiekamer werd al in orde gemaakt voor een keizersnede toen Vinte uiteindelijk met behulp van een vacuümpomp toch op de natuurlijke manier kon worden geboren.”
Na de geboorte komen alle emoties bij de kersverse moeder naar buiten. „Ik knakte helemaal. Toen heb ik tegen Vinte gezegd: Dankjewel dat je mij hebt geholpen. Want zij was er, in de buik weliswaar, altijd bij. Op het moment dat ik dat zei, keek ze me aan, deed ze haar oogjes open en lachte ze. Het was een heel bijzonder moment. Alsof ze wilde zeggen: graag gedaan, mam.”
Roze wolk
Doordat de chemokuren gepauzeerd zijn, voelt Van der Wielen zich na de geboorte beter dan ze in tijden heeft gedaan. „Ik heb echt kunnen genieten van de roze wolk.” Maar als Vinte zo’n twee weken oud is, begint de behandeling weer. Vreselijk, vindt Van der Wielen het. „Ik heb toen zo hard gehuild. Je wilt je kind niet achterlaten, en je weet ook dat je je weer ellendig gaat voelen. Maar ja, het moest.”
„Ik heb echt kunnen genieten van de roze wolk” - Roselien van der Wielen, borstkankerpatiënt tijdens haar zwangerschap
Uiteindelijk duurt het hele behandeltraject zo’n twee jaar. „Ik zeg weleens dat ik de hele coronacrisis niet heb meegemaakt”, zegt Van der Wielen met een lach. Is de diagnose kanker heftiger voor iemand die ook nog eens zwanger is? Zo wil Van der Wielen het niet zeggen, hoewel ze van andere kankerpatiënten vaak medelijdende blikken en woorden kreeg tijdens haar behandeling. „Terwijl ik dacht: voor jullie is het net zo erg.” Wel is de diagnose volgens haar extra tegenstrijdig in een zwangerschap. „Je bent eigenlijk door de kanker aan het sterven, terwijl er in je nieuw leven groeit. Dat is heel gek.”
„Je bent eigenlijk door de kanker aan het sterven, terwijl er in je nieuw leven groeit; dat is heel gek” - Roselien van der Wielen, borstkankerpatiënt tijdens haar zwangerschap