Kerk en staat mogen best een hartig woordje met elkaar spreken
Mag een burgemeester de dominee aanspreken op een kritische preek? Past het de overheid de kerk te kapittelen om wat er vanaf de kansel klinkt? Uiteraard niet. Toch kan het geen kwaad eens een hartig woordje met elkaar te spreken.
De verhouding tussen kerk en staat is al eeuwen onderwerp van discussie. Ook deze week in Nunspeet, waar burgemeesters van Biblebeltgemeenten een rapport bespraken over vaccinatiemijding. Tijdens de coronacrisis verdubbelde het percentage vaccinatieweigeraars, verzuchtte de een. De woorden van een predikant doen er toe, stelde een ander.
Ga in gesprek met de dominee, adviseerden de onderzoekers van het Dutch Bible Belt Network. Zij signaleerden dat nieuwe argumenten een rol spelen bij gewetensbezwaarden: verzet tegen het coronabeleid van de overheid.
„Kerk moet de overheid blijven vermanen, maar niet om wantrouwen aan te wakkeren”
Het rapport legt terecht de vinger bij de campagnes waarin de overheid vaccinatie presenteerde als dé oplossing, met slogans als ”Samen krijgen we corona onder controle”. Deze en veel andere uitspraken in die campagnes riepen veel weerstand op, niet het minst bij christenen die vaccinatie beschouwen als ongeoorloofd ingrijpen in Gods voorzienig bestuur.
Het is waar dat dit motief voor een deel van de gereformeerde gezindte niet zo zwaar meer weegt als enkele decennia geleden. Desondanks hebben gewetensbezwaarden zulke campagnes als erg pijnlijk ervaren. Bovendien versterkt het hun afkeer van die overheid die ook op andere terreinen –lhbti-agenda, abortus– christelijke waarden en normen afbreekt, zo constateren de onderzoekers. Een gesprek tussen kerk en staat vraagt dus om een heel andere toonhoogte.
Daarnaast klonk het advies om te werken aan onderling vertrouwen, bijvoorbeeld door het gesprek aan te gaan met predikanten die in hun preken het wantrouwen in de overheid aanwakkeren. Hierbij is niet alleen een andere toonhoogte nodig, maar ook grote terughoudendheid.
Een gereformeerd christen zal direct erkennen dat de overheid zich mag bemoeien met de kerk. Lees er de belijdenisgeschriften maar op na: artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Maar er is op dit vlak in het verleden veel fout gegaan. Denk aan de tijd toen de overheid een vinger in de pap had bij het beroepen van predikanten. Of toen predikanten werden gevangengezet omdat ze weigerden uit de gezangenbundel te laten zingen. De discussie over de anderhalvemetermaatregel tijdens corona ligt nog vers in het geheugen.
De overheid moet zijn plaats weten . Dat zij eisen stelt aan een bouwvergunning of aan de brandveiligheid, dat spreekt vanzelf – maar laat ze zich vooral niet bemoeien met de inhoud van de preek, de kerkdienst of de kerkbode. Wel ” circa sacra ”, niet ”in sacra”, heet dat.
Goede onderlinge gesprekken zijn waardevol, noodzakelijk zelfs, maar kerk en staat hebben onderscheiden verantwoordelijkheden. Daarom moet de kerk de overheid blijven vermanen. Niet om wantrouwen aan te wakkeren, maar om de voorbede te stimuleren.