Bewaar het Pand: Het ‘gebouw’ van de kerken die ons lief zijn is een ruïne geworden
De Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK) behoren „een pilaar en vastigheid der waarheid” te zijn, stelt stichting Bewaar het Pand (BhP) in een reactie op het op 20 april gehouden convent. In plaats daarvan lijken de CGK „een ruïne” te zijn geworden.
In een nabeschouwing op haar website noemt de stichting het convent „een goed geregelde dag waarvoor veel werk is verzet”, maar plaatst zij ook kanttekeningen bij onder meer de op 20 april gehouden „snelle en ongepolijste peilingen”. Dat sommige afgevaardigden direct na het convent de komende generale synode „al opriepen om in lijn met de uitkomsten te handelen”, roept de gedachte op „dat peilingen de waarde zouden hebben van een bindend correctief kerkelijk referendum”, schrijft BhP. „Maar willen we een kerk van de peilingen zijn, of beschouwen we de kerk als een pilaar en vastigheid der waarheid (1 Tim. 3:15)?”
Synoderapporten
De gehouden peilingen onderstrepen volgens de stichting alleen maar „hoe noodzakelijk het is dat de aangenomen synoderapporten en conclusies van studierapporten inzake vrouw en ambt en kerk-zijn duidelijker voor het voetlicht moeten worden gebracht, zodat wij allen onze opvattingen daaraan toetsen en zo nodig bijstellen. En niet andersom.”
Volgens het bestuur van de stichting is „het ‘gebouw’ van de kerken die ons lief zijn, een ruïne geworden”. Het schrijft: „Wie de verschillende bijdragen van de gemeenten wat op zich laat inwerken −Rotterdam-Kralingen, Scheveningen en Eben-Haëzer Urk enerzijds en Dronten, Doesburg en Papendrecht anderzijds−, kan niet om de trieste conclusie heen dat de wederzijdse inzet en inbreng fundamenteel tegengesteld is.” Het bestuur van BhP verwijst in dit verband naar Matth. 12:25: „Een ieder koninkrijk dat tegen zichzelf verdeeld is, wordt verwoest; en een iedere stad of huis dat tegen zichzelf verdeeld is, zal niet bestaan.”
Ook staat in de reactie dat „een kerk waarin de postmoderne allergie voor een waarheidsclaim het belang van de leer, de confessie en gezamenlijke afspraken wegdrukt, ten dode is opgeschreven”.
Fnuikend
Wat de stichting betreft is het „in de huidige kerkelijke crisis een verleiding en een gevaar om als lokale gemeente of als ambtsdrager een eigen en onafhankelijke koers te gaan varen”. Maar dat is „fnuikend voor de broederband. Daarin zijn de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt voor ons een baken in zee: de bezwaarden binnen deze kerken kwamen hun onderlinge verdeeldheid niet te boven en hebben zo hun krachten versnipperd.”