Voormalig eiland Schokland
Tijdens een sterke stormvloed balde de Zuiderzee in 1825 z’n vuisten en beukte op het kleine Schokland in. De inwoners van het kleine eiland moesten met lede ogen toezien hoe hun hele leefgebied onder water kwam te staan. Er vielen dertien doden door de stormvloed. Tientallen woningen raakten zwaar beschadigd, net als de twee kerken.
De eilanders hadden hun eigen cultuur, dialect en klederdracht. In de 19e eeuw was Schokland de armste gemeente van Nederland. Om die reden, en omdat de Schokkers de strijd tegen het water dreigden te verliezen, moesten ze in 1859 definitief worden geëvacueerd naar het vasteland. De overheid was van mening dat de Schokkers het daar beter zouden krijgen.
De Zuiderzee werd in 1932 door de voltooiing van de Afsluitdijk omgevormd tot het IJsselmeer. In de jaren 40 werd de Noordoostpolder drooggelegd. Het verdronken Schokland werd toen definitief onderdeel van het polderland, de zee had het nakijken.
Toch zijn de contouren van het voormalige eiland nog goed te herkennen. Het eiland bevat verschillende terpen en is rijk aan archeologische vindplaatsen – er wonen sinds de prehistorie al mensen in het gebied. Sinds 2008 is Schokland een dorp met een eigen postcode. Er wonen vijf mensen.
Het drooggelegde eiland is tegenwoordig een natuurgebied en een voorbeeld van de drooglegging van de voormalige Zuiderzee. Hierom, en omdat het eiland vol is van de prehistorische bewijzen van de eeuwenlange strijd tegen de zee, zette Unesco Schokland in 1995 op de lijst van werelderfgoederen.