OpinieToegespitst
Moderniteit is de levenshouding van het willen beheersen

Landkaarten spelen altijd bepaalde belangen in de kaart. Vaak zijn die bepaald door overwegingen van beheersing. Toch worden ze gepresenteerd als objectieve weergaven van de realiteit. Het komt op onderscheidingsvermogen aan als we ze gebruiken.

Prof. dr. Marc J. de Vries
Wereldkaarten moeten een boloppervlak weergeven op een platte tekening. beeld iStock
Wereldkaarten moeten een boloppervlak weergeven op een platte tekening. beeld iStock

Vorig jaar vond aan de Technische Universiteit Delft een promotie plaats over het maken van landkaarten van de Mekong Delta. De promovendus, Chris Romanos, werkte jaren als ontwerper in dit gebied, dat in Cambodja en Vietnam ligt. In zijn proefschrift laat hij zien hoe bevooroordeeld landkaartenmakers kunnen zijn. Een echt objectieve weergave van de werkelijkheid bevatten landkaarten dikwijls niet. Sterker nog, dat kunnen ze ook niet, want het maken van een landkaart vereist altijd keuzen vooraf. Wat zet je op de kaart en wat niet?

Vaak dient een kaart een technologisch doel. Zo werden kaarten van de Mekong Delta gebruikt om besluiten te nemen over het beheersen van de waterhuishouding in dat gebied. Romanos ontdekte kaarten van hetzelfde gebied uit dezelfde tijd, maar met conflicterende gegevens. Volgens de ene kaart bestond de grond vooral uit zand maar volgens de andere kaart uit klei. Dat had alles te maken met bepaalde belangen die speelden, bijvoorbeeld voor welk gebruik van de grond je financiering kon krijgen. Romanos noemt ook het voorbeeld van een kaart met irrigatiekanalen die door de Rode Khmer waren aangelegd. Als de kanalen werkelijk liepen zoals op de kaart weergegeven, dan zou het systeem nooit gewerkt hebben. De kaart moest dus wel vertekeningen bevatten die een politiek belang van de Rode Khmer dienden. Kaarten zijn dus geen waardenvrije weergave van de werkelijkheid, maar gaan altijd uit van bepaalde voorkeuren. Ze zijn op meer dan één manier ‘gekleurd’.

Moderniteit

Dezelfde boodschap over landkaarten is in beeld gebracht in de expositie ”Moderniteit in kaart”, die nu te zien is in het Design Museum in ’s-Hertogenbosch. Vorig jaar had het Nationaal Archief in Den Haag een dergelijke tentoonstelling, onder de titel ”Op de kaart”.

Moderniteit is de levenshouding van het willen beheersen. Het is de moderniteit die in de vorige eeuw de technologische ontwikkelingen sterk bepaald heeft. De tentoonstelling laat zien hoe kaarten gebruikt werden om een bepaald gebied onder controle te krijgen. Met de cholerakaart uit 1866 kon de uitbreiding van deze ziekte in Amsterdam worden aangepakt. Met een kaart van het grensbewakingsagentschap Frontex werden stromen asielzoekers in kaart gebracht. Door te werken met opvallend brede pijlen werd de suggestie gewekt dat het om enorme aantallen ging, die ingeperkt moesten worden. Keuzen in het maken van de kaart zijn in zo’n geval ingegeven door politieke overtuigingen.

De tentoonstelling in Den Haag had een kaart van het koninkrijk Monomotapa (in wat nu Zimbabwe is) waarop het oppervlak van dat rijk veel groter was afgebeeld dan het in werkelijkheid was. De boodschap was duidelijk: met dit koninkrijk valt niet te spotten. De folder bij de tentoonstelling in ’s-Hertogenbosch haalt de wetenschapssocioloog Bruno Latour aan. Hij spreekt van de drie ”goden” van het modernisme: technische 
efficiëntie, economische winstgevendheid en wetenschappelijke objectiviteit. Kaarten kunnen elk van die goden dienen en zelfs meerdere tegelijk.

Wereldkaarten zijn ook een mooi voorbeeld van noodzakelijk vertekende weergaven van de werkelijkheid. Die moeten namelijk een boloppervlak weergeven op een platte tekening. Er zijn verschillende manieren om de bol ”plat te slaan”, maar ze hebben allemaal hun nadelen. De bekendste projectie van de bol op het platte vlak is die van Mercator, die we in de meeste atlassen vinden. Hij weerspiegelt helemaal de tijd waarin hij gemaakt is, want Europa staat er prominent op en het hele Afrikaanse continent lijkt er even groot op als Europa. Ook lijkt Noord-Amerika er net zo groot op als Zuid-Amerika en ook dat is in werkelijkheid niet zo. Dat Afrika veel groter is dan Europa zie je pas in een andere projectie, zoals die van Gall-Peters, waarop er van Europa en de Verenigde Staten niet veel overblijft. Maar ook deze projectie vertekent de werkelijkheid, want de vorm van de landen is erg verticaal uitgerekt.

Gebruikers van kaarten moeten kritisch bekijken op welke manieren die kaarten ons of anderen ertoe willen bewegen iets te doen of te geloven. Meningsbeïnvloeding valt ook onder het onderliggende doel van kaarten maken. Een mooi voorbeeld daarvan is onlangs door het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) op internet gezet onder de titel ”Misleidende kaartjes: een ontkrachting”. Vier opeenvolgende kaartjes van Israël, gedateerd 1946, 1947, 1967 en 2010, suggereren dat Israël in de loop van de tijd steeds meer land van de Palestijnen ”gestolen” heeft. Op het eerste kaartje staat zelfs ”Palestina” in plaats van Israël, zoals in de volgende drie kaartjes. Het CIDI legt uit dat het verhaal dat de landkaartjes vertellen helemaal niet klopt. Het is ook volstrekt de bedoeling van die kaartjes niet om een objectieve weergave van de werkelijkheid te geven, maar om ons een vooroordeel tegen Israël aan te praten. Slik je die boodschap, dan raak je echt ”van de kaart”.

Utopia

Kortom: landkaarten spelen altijd bepaalde belangen in de kaart. Vaak zijn die belangen bepaald door overwegingen van beheersing. Niettemin worden ze gepresenteerd als objectieve weergaven van de werkelijkheid. Het komt op onderscheidingsvermogen aan wanneer we ze gebruiken. Dan zien we hoezeer de maker zich erdoor ”in de kaart laat kijken”.

In zekere zin is de Bijbel een kaart waarin de Heere God Zich ”in de kaart laat kijken”. Hij openbaart daarin de werkelijkheid zoals Hij die ziet en zoals ze dus in waarheid is: gescheurd en gebarsten door de zonde en de beheersingsdrift van de mens. Maar tegelijk staat er een „land van louter licht” op, waar „heil’gen heersers zijn” (lied 290 van het Liedboek voor de Kerken). Daar heersen wel mensen, maar hun heersen is dienen.

In 1596 maakte cartograaf Abraham Ortelius een kaart van Utopia, naar het bekende werk van Thomas More. Utopia bestond natuurlijk helemaal niet. Maar het land van lied 290 wordt eenmaal realiteit en nu al kan die wetenschap ons helpen om onze beheersingsdrift te laten overweldigen door liefdedienst. Onderweg naar dat land komt het erop aan de vele kaarten die we onder ogen krijgen kritisch te bezien. Welke boodschap dragen ze uit? Is dat een boodschap die past bij Gods Woord of er strijdig mee is? Zet niet al je geloof op één kaart, want het kan doorgestoken kaart zijn.

De auteur is hoogleraar christelijke filosofie aan de Technische Universiteit Delft.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Toegespitst

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer