Oude Kamer vertrokken, nieuwe kan aan de slag
„Zo waarlijk helpe mij God almachtig” en “dat verklaar en beloof ik”, klinkt het woensdag tientallen keren bij de beëdiging van de nieuwe Tweede Kamer. Op deze pagina alvast tien portretten van opvallende nieuwkomers.
Het kan soms snel gaan. Twee jaar geleden liep de bestuurstermijn van partijloos wethouder Esmah Lahlah (44) bijna af; nu is ze nummer twee in de pikorde in de Tweede Kamerfractie van GL-PvdA, gesteund door bijna 218.000 voorkeursstemmen.
Lahlah had geen politieke ervaring toen ze in 2018 werd gebeld met de vraag of een partijloos wethouderschap in Tilburg iets voor haar zou zijn. Ze wimpelde het niet af. Kort daarna ging Lahlah aan de slag als wethouder arbeidsparticipatie, bestaanszekerheid en integrale aanpak asiel en integratie.
Wethouder Lahlah viel op in positieve zin. Na gesprekken met meerdere partijen besloot ze eind 2021 in zee te gaan met GroenLinks. Namens deze partij werd ze lijsttrekker voor de gemeenteraadsverkiezingen en na de formatie opnieuw wethouder in Tilburg. Nu volgt de overstap naar Den Haag.
Lahlah heeft een Marokkaanse vader; haar Nederlandse moeder bekeerde zich op jonge leeftijd tot de islam. Ook Lahlah is moslima: „Het geloof biedt mij rust en houvast”, zei ze tegen het Financieele Dagblad. Het dragen van een hoofddoek zou een vrije keuze moeten zijn, vindt ze. Lahlah koos er wel voor, haar oudere zus niet.
Esmah Lahlah, GL/PvdA (nummer 2)
Voor SGP’er Diederik van Dijk (52) is de Tweede Kameromgeving vertrouwd terrein. Van 1996 tot 2015 liep hij al rond in het –weliswaar oude– Kamergebouw als beleidsmedewerker van de SGP-fractie. Hij kent de procedures en heeft een brede dossierkennis, vooral op justitie en zorg.
Van Dijk beheerst de kunst om debatten waarin hij namens de SGP een minderheidsstandpunt moet uitdragen te kruiden met humor. Als Eerste Kamerlid wees hij in 2018 namens zijn partij het van toepassing worden van de dienstplicht op vrouwen af met de woorden: „Het toppunt van emancipatie: vrouwen verplicht de loopgraaf in! Baas in eigen bunker! De SGP is tegen dit wetsvoorstel.”
Stellig zijn en mild tegelijk; die vaardigheid komt hem straks ongetwijfeld van pas in debatten over medisch-ethische kwesties. Bij die thema’s ligt zijn hart. „Stem geven aan het leven dat zelf nog geen stem heeft, misschien vind ik dat wel ons allermooiste standpunt”, zei hij recent in een SGP-filmpje. In die uitzending onthult hij ook een van zijn hobby’s: „Met de motor de weg opgaan, een stukje het gas opendraaien, uiteraard binnen de geldende snelheidslimieten.”
Diederik van Dijk, SGP (nummer 2)
Marjolein Faber (63) is een PVV’er in hart en nieren. De politica verruilt de Eerste Kamer, waar ze 12,5 jaar lid van was, voor de Tweede Kamer. In de Senaat was ze vanaf 2014 fractievoorzitter en ook van de Gelderse PVV is ze dat al jaren. Daar werd een motie van haar aanvaard met het verzoek om altijd een vleesmaaltijd in de kantine van het provinciehuis beschikbaar te hebben. In de Senaat had ze succes met een motie om de Nederlandse driekleur in de zaal te plaatsen.
Vorig jaar werd Faber in de Eerste Kamer het woord ontnomen, nadat zij in een debat vroeg of „de vijfde colonne” achter de regeringstafel zat. Daarmee bekritiseerde ze het in haar ogen te ruimhartige asielbeleid van premier Rutte. Na de omstreden minder-Marokkanenuitspraak van partijleider Wilders in 2014 verlieten meerdere partijgenoten de PVV. In een verklaring van de Gelderse PVV viel te lezen dat Faber „de hele ophef” niet begreep.
In 2019 ontstond reuring rond haar persoon nadat ze commentaar gaf op een steekpartij in Groningen. Faber stelde op basis van een „betrouwbare bron” dat de dader „een Noord-Afrikaans uiterlijk” had. Dat bleek echter niet te kloppen.
Marjolein Faber, PVV (nummer 7)
Ondanks dat het zetelaantal van de PvdD halveert, mag toch een nieuw Kamerlid haar opwachting maken: Ines Kostić (39). Zij was de afgelopen jaren actief als Statenlid in Noord-Holland en bestuurslid van de internationale tak van de partij. Als ex-vluchteling uit Bosnië-Herzegovina heeft ze „een sterke motivatie om zich in te zetten tegen alle vormen van onrecht”, zo valt te lezen op de partijwebsite.
Kostić wordt het eerste openlijk non-binaire Kamerlid. Non-binaire mensen voelen zich een beetje man of vrouw, of geen van beide. Kostić wil dat over haar wordt gesproken met voornaamwoorden die genderneutraal (die/diens) of vrouwelijk (zij/haar) zijn.
De PvdD’er weigerde op een formulier in de Provinciale Staten voor man of vrouw te kiezen, vertelde ze eerder dit jaar tegen het Leidsch Dagblad. „Inmiddels is het formulier aangepast: er is een derde optie bijgekomen. Geen man of vrouw, maar Statenlid.” Kostić zou van collega’s veel navolging hebben gekregen. „Allemaal door dat ene momentje dat ik dacht: ik ga dit niet invullen. Het is een kleine stap, maar daar begint het wel mee. Door lef te tonen, kun je de politiek een stuk mooier en inclusiever maken.”
Ines Kostić, PvdD (nummer 2)
„De afgelopen jaren, en vooral tijdens de covidcrisis, ben ik erachter gekomen dat Den Haag veel zaken beslist. Toen is het bij mij gaan kriebelen en dacht ik: ik wil het zelf doen.”
De VVD doet met Claire Martens-America (36) geen sprong in het diepe. Ze leidt sinds vorig jaar de VVD-fractie in de gemeenteraad van Amsterdam. Ooit liep ze stage bij toenmalig raadslid Dilan Yeşilgöz-Zegerius, momenteel politiek leider van de VVD.
De wieg van Claire stond in Maarssen. Ze volgde het voortgezet onderwijs op het Christelijk Lyceum in Zeist. Ze werkte in haar jonge jaren in de zomermaanden als stewardess. Daarna specialiseerde ze zich in personeelszaken. Momenteel is ze lid van de directie en hoofd personeelszaken van creatief bureau Ace te Amsterdam.
Martens groeide op in een mkb-gezin. Ze ging de politiek in uit ongenoegen over de vele belemmeringen die ondernemers volgens haar ondervinden. De groothandel in hout van haar ouders ging failliet in 2008.
Martens keert zich op haar X-account geregeld tegen geweld tegen vrouwen, joden en homo’s. Het aanstaande liberale Kamerlid is gehuwd en heeft een kind.
Claire Martens, VVD (nummer 20)
D66 krijgt met de jurist Mpanzu Bamenga (36) een stevige persoonlijkheid binnen haar gelederen. Het bekendst is hij bij het publiek omdat hij (met Amnesty International) een rechtszaak tegen de staat won vanwege etnisch profileren. De Koninklijke Marechaussee haalde Bamenga meerdere keren uit een rij wachtenden op het vliegveld. Daarom spande hij een rechtszaak aan. In februari dit jaar besloot het Gerechtshof dat etnisch profileren niet meer mag.
Bamenga was acht jaar toen hij met zijn moeder en broer uit Zaïre naar Nederland vluchtte. Drie jaar later hoorde hij dat hij het land moest verlaten, een aantal maanden later kreeg hij toch een verblijfsvergunning.
Hij volgde in Eindhoven de mavo. Toen hij daar vertelde dat hij grote ambities had en advocaat wilde worden, lachten zijn klasgenoten hem uit. Maar Mpanzu zette door; hij studeerde af als mensenrechtenjurist.
Bamenga denkt geregeld aan de lessen van zijn moeder. Die leerde hem altijd trots te zijn en te streven naar het beste: „Mijn moeder grapte altijd dat ik behoor tot een koninklijke bloedlijn en dat ik daarom leiderschap in mij draag.”
Mpanzu Bamenga, D66 (nummer 9)
Het schip van BBB in de Tweede Kamer heeft straks medeoprichter Henk Vermeer (57) aan boord. Hij is een belangrijke factor in de partij.
Na de Kamerverkiezingen van 2021 zei Vermeer zijn baan op. BBB had een zetel gehaald en Vermeer vertrok met Van der Plas naar Den Haag om leiding te gaan geven aan een klein groepje beleidsmedewerkers.
Trek in een Kamerzetel had Vermeer begin 2021 kennelijk nog niet. De medeoprichter stond op plek 25 van de kandidatenlijst. Begin 2023 leidde Vermeer zijn partij als campagneleider naar een klinkende overwinning in de Provinciale Staten.
Voor de oprichting van de partij in 2019 was Vermeer werkzaam als partner bij het communicatiebureau ReMarkable van Wim Groot Koerkamp. Een bedrijf dat zijn omzet voornamelijk uit de agro- en foodsector haalt. Groot Koerkamp had naast Van der Plas en Vermeer ook een aandeel in de oprichting van BBB.
Vermeers politieke loopbaan begon in 2017. Hij werd lid van de lokale partij Harderwijk Anders (HA). Als fractievoorzitter behaalde Vermeer in 2022 met die partij een monsterzege. HA werd met tien zetels de grootste.
Henk Vermeer, BBB (nummer 4)
Bestuurservaring is iets waar de Tweede Kamerfractie van DENK de afgelopen jaren een gebrek aan had. Met de komst van Dogukan Ergin (31) wordt dat probleem voor een deel opgelost.
Ergin, nummer twee op de kandidatenlijst, haalde veel minder stemmen binnen dan zijn partijgenoot Ismail El Abassi. Geheel verwonderlijk is dat overigens niet; Abassi was namelijk voorheen profvoetballer bij FC Utrecht.
Ergins carrière ziet er heel anders uit. Sinds 2022 is hij wethouder in zijn geboortestad Schiedam. Ergin neemt daar de portefeuilles buitenruimte, onderwijs, samenleven en jeugdbeleid voor zijn rekening.
Voor 2022 was hij beleidsmedewerker voor DENK-Kamerlid Tunuhan Kuzu en voorzitter van de lokale DENK-fractie in Schiedam. Voor zijn politieke carrière werkte Ergin in de consultancy.
In 2018 deed DENK in Schiedam onder leiding van Ergin voor het eerst mee met de gemeenteraadsverkiezingen. Met succes: DENK haalde meteen 4 zetels. De partij kwam daarmee op een gedeelde tweede plek samen met D66 en de lokale partij AOV. Voor een plek in het stadsbestuur moest de partij echter nog vier jaar wachten.
Doğukan Erkin, DENK (nummer 2)
Strafrechter Judith Uitermark (52) is een van de topkandidaten van Nieuw Sociaal Contract. Ze solliciteerde deze zomer en kreeg aanvankelijk plek twee op de kandidatenlijst toegewezen. Dat overweldigde haar zodanig dat ze na goed overleg op plek drie is beland.
Net als een heel aantal andere NSC-kandidaten is Uitermark oud-CDA’er. Tot deze zomer was ze nog lid van de partij. „Ik was slapend lid”, zei ze daarover tegen De Telegraaf. „Ik vind dat het CDA niet meer aansluit bij de behoeften van mensen. De partij is niet meer het oude CDA zoals ik dat ken.” Van 1998 tot 2001 zat Uitermark in de Haarlemse gemeenteraad voor de christendemocraten.
Uitermark heeft binnen de rechtspraak haar sporen verdiend. Mediation −bemiddeling− in strafzaken loopt als een rode draad door haar carrière. Ze studeerde af op dit onderwerp toen het in Nederland nog niet bestond; als strafrechter was ze tot vorig jaar landelijk coördinator mediation.
Volgens Uitermark kan mediation in uiteenlopende zaken worden ingezet. „We begonnen met lichte geschillen, maar ook bij zedenzaken, ernstige verkeersongelukken en zelfs poging tot doodslag is het toepassen ervan soms heel waardevol.”
Judith Uitermark, NSC (nummer 3)
Als columniste voor NRC nam Rosanne Hertzberger (39) geregeld tegendraadse standpunten in. „Alleen maar vrouw zijn, een beperking hebben, een hoofddoek dragen, een donkere huidskleur of liefst een combinatie hiervan is genoeg om op het schild gehesen te worden”, fulmineerde ze in juni; na de onthulling van een kunstwerk in de vorm van een vier meter hoog bronzen beeld van een zwarte vrouw voor station Rotterdam Centraal.
Als columniste droeg ze bij aan het maatschappelijk debat, maar uiteindelijk wilde ze meer. „Ik had steeds vaker de behoefte om mijn column als Kamervraag in te dienen. Ik wilde antwoord, gevolg, actie”, schreef ze in haar laatste NRC-bijdrage. Dat betekent overigens niet dat ze straks alleen maar wil provoceren, integendeel. „We kijken bij NSC niet hoe vaak je in de media bent geweest, maar wat je nou daadwerkelijk inhoudelijk voor kwaliteitswetgeving hebt gemaakt om Nederland beter te maken”, zei ze onlangs bij de lokale omroep Open Rotterdam.
Hoe de balans tussen op de voorgrond treden en op de achtergrond blijven straks bij Hertzberger uitvalt, is dus nog even afwachten. Maar dat ze popelt om aan de slag te gaan, is duidelijk.
Rosanne Hertzberger, NSC (nummer 17)