Aleid Nijhof herschreef lezingen over avondmaal: „Avondmaal ook relevant voor kinderen”
Op gemeenteavonden van ds. P.D. den Haan leerde Aleid Nijhof-Schreuder (41) het avondmaalsformulier beter begrijpen. Ze herschreef zijn lezingen voor kinderen in ”U voor mij?”. „Het avondmaal is toch niet alleen relevant voor belijdende leden?”
Nijhof, lid van de gereformeerde gemeente Rijssen-West en moeder van vier kinderen, vond dat haar predikant ds. Den Haan moeilijke begrippen uit het klassieke avondmaalsformulier tijdens de gemeenteavonden „eenvoudig uitlegde. Ik wilde graag dat het formulier ook voor kinderen begrijpelijker zou worden.”
Dat leidde tot een boek (uitg. De Banier) van 28 hoofdstukjes, aangevuld met een lijst waarin woorden zoals gerechtigheid en gestalte worden uitgelegd. Ds. Den Haan las en dacht mee. Elk hoofdstuk bevat een Bijbelgedeelte, uitleg van een zin uit het formulier en iets „wat je mag vragen”.
Voor welke leeftijd is het boekje bedoeld?
„Vooral voor kinderen in de tweede helft van de basisschoolleeftijd en voor jongeren van het voortgezet onderwijs. Het is luchtig opgezet, zonder grote lappen tekst.
Het is ook mooi om als gezin ons boek te lezen in de week van voorbereiding op het avondmaal. Het kan ouders helpen om dingen te verwoorden. Vaak is het moeilijk woorden te geven aan wat je rondom het avondmaal ervaart.”
In reformatorische kerken mogen kinderen niet deelnemen aan het avondmaal. Waarom een boekje voor hen?
„Het viel me op dat er voor kinderen weinig boekjes zijn rond het heilig avondmaal, terwijl het formulier lang is en moeilijk voor kinderen. Daarom hebben we geprobeerd om dat dichter bij kinderharten te brengen. Het is toch niet zo dat het avondmaal alleen relevant is voor belijdende leden?
De Heere werkt ook in kinderharten. Ook zij kunnen een zegen ervaren onder het avondmaal, in de bank. Het avondmaal is niet alleen belangrijk voor de deelnemers; het wordt in het midden van de héle gemeente afgekondigd en bediend.
Bovendien legt het avondmaalsformulier veel uit over wat we geloven. Ik ontdekte dat er veel meer in staat dan een aantal zinnen die me altijd erg aanspraken.”
De vragen rond de toegang tot het avondmaal zijn best abstract voor kinderen.
„Tijdens het schrijven vroeg ik me af: brengen wij deze grote zaken wel dicht genoeg bij de kinderharten? Maar wij hóeven ze niet in het hart te brengen. Dat doet de Heilige Geest. Als Hij werkt, worden abstracte dingen voor hen concreet. We hopen dat de Heere daarvoor dit boekje wil gebruiken.”
In het formulier staat de vraag of de deelnemer de „gewisse belofte Gods gelooft dat hem al zijn zonden vergeven zijn”. Een moeilijke passage voor sommigen. Hoe legt u die uit aan kinderen?
„We leggen in het boekje de nadruk op wat de Heere belooft: vergeving en gerechtigheid. Het gaat over de gewisse belófte, er staat niet: gewis gelóven. Als je het gedeelte van de zelfbeproeving eerlijk leest, kom je er steeds achter dat je geloof onvolkomen is. In ons is niets gewis. Maar Gods belofte is vast en zeker. En soms mag een kind van God dat ook vast geloven.”
Dit deel gaat over het eerste gedeelte van het formulier, de zelfbeproeving. Er volgen nog meer delen?
„Ja, we zijn nu bezig met een tweede boekje, dat heet: ”U voor mij!”, met een uitroepteken. Het gaat over het tweede gedeelte van het formulier, het doel van het avondmaal: „Doe dat tot Mijn gedachtenis.” Dit deel zal gaan over het werk en de woorden van Christus. Als we op Hém mogen zien, ligt de zaligheid vast, niet als we in onszelf blijven zoeken.”