NSC, VVD en GL-PvdA gaan in de peilingen nog steeds gezamenlijk aan kop.
De drie zouden elk goed zijn voor 25-27 zetels als er nu verkiezingen zouden worden gehouden. Onderzoeksbureau I&O Research leidt dat af uit een steekproef van ruim 1.500 kiezers. Het betreft de groep die aangeeft op 22 november zeker of waarschijnlijk te gaan stemmen en al een eerste voorkeur heeft bepaald voor een partij.
Geen van de drie kan echter al comfortabel achteroverleunen; ook NSC niet, zo blijkt uit het rapport. De partij van Omtzigt heeft weliswaar de grootste potentie –36 procent van de kiezers zou erop kunnen uitkomen– maar nog maar 2 procent van de kiezers is nu al zeker van een stem op NSC.
Diverse partijen die er nu al niet al te florissant voorstaan in de peilingen, zoals CDA en SP, zouden resp. nog eens 24 en 31 procent van hun aanhang kunnen kwijtraken aan de lijst van Omtzigt. Bij JA21 gaat het om 35 procent, bij BBB zelfs om 54 procent. Ook PVV (25 procent) en PvdA-GL (21) kunnen nog kiezers verliezen aan Omtzigt.
Omgekeerd heeft ook NSC nog te maken met rivalen naar wie de huidige aanhang van voormalig CDA’er Omtzigt nog zou kunnen switchen. Het betreft BBB (34 procent), PVV (19) en VVD (16 procent).
Van de kiezers die nu voor NSC gaan, voert maar liefst 72 procent de persoon van lijsttrekker Omtzigt aan als belangrijkste stemmotief. Voor de VVD zijn dat de standpunten (58 procent) en het imago van stabiele bestuurderspartij (46 procent). GroenLinks-PvdA-kiezers noemen vaak de standpunten (71 procent) en de ideologie (55 procent). Vaker dan andere kiezers noemen zij bovendien strategische overwegingen (36 procent). De redenering die daarachter schuilgaat, is vermoedelijk dat een stem op Timmermans er wellicht toe kan leiden dat de VVD haar plaats eindelijk zal moeten afstaan aan een linkse partij.
Ook voor een aanzienlijk deel van de CDA-kiezers, 46 procent, is de lijsttrekker (in dit geval Henri Bontenbal) een belang stemmotief.