Voor veel Nederlanders zit de vakantie er inmiddels (bijna) op. Het werk wacht weer. Nog een enkele dag en de hoogtepunten van de vrije periode zijn besproken. Van de rustperiode blijft daarna meestal alleen een globale herinnering over.
Een element uit de achterliggende weken zullen de meesten zich nog wel een tijdlang herinneren. Dat zijn de vaak extreme weersomstandigheden van dit jaar. Velen die in Nederland bleven, sopten wekenlang van attractie naar attractie. De hunkering naar ”mooi weer” drukte vaak de stemming. Wie naar het buitenland ging, werd niet zelden geconfronteerd met grote hitte of juist met felle (hagel)buien. De algemene conclusie is: het weer zat dit jaar niet mee.
De onderliggende toon in gesprekken is dan vaak enigszins verongelijkt. Het lijkt dan of mensen vinden dat ze in vakantietijd min of meer recht hebben op mooi zomerweer. Maar wie de Bijbel leest, weet dat dit een misvatting is. Zaaiing en oogst, hitte en koude, regen en droogte, worden ons geschonken uit de hand van de Schepper en Onderhouder van deze wereld. Van rechten, eisen en menselijke garanties kan dus geen sprake zijn.
Maar daarmee is niet alles gezegd. De extreme weersomstandigheden die zich deze zomer wereldwijd manifesteren, drukken de mensheid met de neus op de feiten: er is sprake van een zorgwekkende verandering van het klimaat.
Jarenlang is door deskundigen gewaarschuwd voor de gevolgen van de opwarming van de aarde. Vooral in politiek rechtse kringen werden die signalen weggewuifd als links gedoe. Daarnaast waren er tal van mensen die onverschillig of onaangedaan deze waarschuwingen van zich af lieten glijden. Als hun leventje maar gewoon door kon gaan. De wereld, en zeker de westerse consumptiemaatschappij, is nu geconfronteerd met de gevolgen van het eigen onmatige gedrag.
In dat opzicht is deze vakantie een wekroep. Er dient iets te veranderen. Het bestedingspatroon van mensen moet versoberen. Dat geldt het hele leven, maar zeker ook de vakantietijd. Wie denkt dat hij in de toekomst op de oude voet kan doorgaan, heeft het mis. Ook het genieten van de vakantietijd kent grenzen. Wie verre vliegreizen wil maken, de natuur gebruiken zonder op het milieu te letten, genieten en veel geld wil uitgeven voor eigen genot, zal in de toekomst merken dat die grenzen zijn bereikt.
De achterliggende weken dwingen tot bezinning, ook wat betreft de invulling van deze vrije dagen. Er valt niet aan te ontkomen dat er wat verandert aan ons gedrag, dat mensen terugkeren tot de essentie van vakantie. Die is er om hardwerkende mensen even tot rust te laten komen. Rusten betekent niet: alles eruit halen wat erin zit. Rusten is vooral onthaasten, tijd hebben voor je dierbaren en naasten, nieuwe energie opdoen en je bezinnen. Het weer van de achterliggende dwingt daar zeker toe. Nadenken hoe het anders kan en moet, is nodig.