Het raadslid van de VVD heeft schriftelijke vragen gesteld over de Zondagswet aan het college van burgemeester en wethouders van de Maasstad. Daarbij doet ze de oproep om in Den Haag te lobbyen voor afschaffing of vrijstelling van de wet. „De Zondagswet kan in dorpen als Urk nog van toegevoegde waarde zijn, maar in steden als Rotterdam is deze totaal achterhaald.” Ze memoreert daarbij de marathon van Rotterdam, die altijd op zondagochtend start. „De stad is zeven dagen per week, 24 uur per dag, in beweging. Oók op zondag.”

De Zondagswet stamt uit 1953 en is een landelijke wet. De bepaling heeft tot doel om de openbare rust op de eerste dag van de week te waarborgen. In de wet zijn diverse regels opgenomen, waaraan gemeentes zich dienen te houden. Zo mag er officieel op zondag geen geluid worden gemaakt dat binnen 200 meter hoorbaar is bij een kerkdienst. Ook is het verboden om zonder goede reden de openbare rust te verstoren door bedrijfsmatige werkzaamheden.

Abrahamse vindt al die regels voor een wereldstad als Rotterdam niet meer van deze tijd. Wat haar betreft komt er een einde aan „de betutteling door een wet uit 1953”. Daarnaast is ze van mening dat de wet Rotterdamse christenen onterecht een uitzonderingspositie oplevert. „Zo’n uitzonderingspositie is niet uit te leggen. Wat ons betreft bepalen we als gehele stad hoe we fatsoenlijk met elkaar omgaan.”

De Rotterdamse VVD stelt de schriftelijke vragen naar aanleiding van eerdere vragen van de ChristenUnie over het onderwerp. Die partij wil juist van de raad weten wat de gemeente doet om de Zondagswet strenger te handhaven. Aanleiding daarvoor was een klacht van de hervormde Laurenskerkgemeente in Rotterdam. Die kerk ervaart op zondagochtend in toenemende mate geluidsoverlast van evenementen en activiteiten die in de binnenstad plaatsvinden.