Cognitieve gedragstherapie lijkt effectief bij Long Covid
Veel mensen kampen na een corona-infectie met ernstige vermoeidheidsklachten. Tot nu toe leek daar geen kruid tegen gewassen. Onderzoekers hebben nu echter een therapie gevonden waar zo’n 60 procent van de patiënten baat bij heeft.
De behandeling die hoge ogen gooit, heet cognitieve gedragstherapie. Hierbij leren patiënten, onder begeleiding van een psycholoog, de vermoeidheid aan te pakken door er anders mee om te gaan. Zo dienen ze in de benen te komen of te stoppen met middagdutjes.
De therapie is opvallend effectief bij patiënten die nog lang na een coronabesmetting tobben met hevige vermoeidheidsklachten, zo blijkt uit internationaal onderzoek gecoördineerd door Amsterdam UMC. Maandag verscheen de publicatie in vakblad Clinical Infectious Diseases.
Na zo’n tien behandelsessies, verspreid over vier maanden, is 60 procent van de patiënten niet meer ernstig moe. Ook verbetert hun concentratievermogen en nemen lichamelijke klachten gedurende de behandeling af. Mensen geven bovendien aan beter te functioneren. Het effect houdt minstens zes maanden aan. Misschien veel langer, maar dat is niet onderzocht.
Zuurstoftherapie
Tanja Kuut, klinisch psycholoog bij Amsterdam UMC en betrokken bij het onderzoek, is laaiend enthousiast over de resultaten. „Dit betreft een van de eerste behandelingen die positieve effecten bij Long Covid laten zien.”
Voor andere therapieën bestaat volgens haar nog weinig bewijs voor effectiviteit. Zo levert een kleine studie aanwijzingen dat fysiotherapie helpt bij Long Covid. En hyperbare zuurstoftherapie, een veelgenoemde behandeling tegen de langdurige klachten, wordt voor zover bekend gestaafd door slechts één studie uit Israël.
Helemaal verrast door de positieve resultaten is Kuut niet. „We hebben vrij veel ervaring met het aanpakken van vermoeidheid bij andere infectieziektes en bij lichamelijke ziektes zoals diabetes en kanker. We merken steeds dat cognitieve gedragstherapie bij een deel van deze patiënten goed aanslaat. Nu blijkt de therapie ook effectief te zijn bij moeheid na Covid.”
Tijdens de behandeling onderzoekt een psycholoog samen met de patiënt welke factoren mogelijk bijdragen aan de klachten, legt Kuut uit. Zo kan een verstoord slaap-waakritme ervoor zorgen dat de vermoeidheid in stand blijft. De patiënt slaapt bijvoorbeeld elke middag een paar uur om nieuwe energie op te doen. „Dat kan je door de dag heen helpen, maar keert zich op de lange termijn tegen je.”
De behandeling heeft raakvlakken met fysiotherapie of ergotherapie, maar is breder, verklaart de Amsterdamse onderzoeker. „Ergotherapie is gericht op hoe je je energie over de dag moet verdelen; fysiotherapie gaat over hoeveel je beweegt. Cognitieve gedragstherapie neemt al die aspecten mee.”
Tussen de oren
Vermoeidheidsklachten behandelen met gedragstherapie; dat kan de suggestie wekken dat Long Covid bij mensen tussen de oren zit. „Dat is absoluut niet waar”, stelt Kuut resoluut. „We zien mensen die voordat ze corona kregen volop in het leven stonden, maar sinds de ziekte niet meer kunnen werken en de hele dag moe zijn. De oorzaak van hun klachten is onbekend. Desondanks zien we dat gedragstherapie hun herstel kan bevorderen.”
Bij zo’n 40 procent van de patiënten slaat de behandeling niet aan. Vooralsnog is het volgens Kuut niet mogelijk te voorspellen wie er wel of niet baat bij heeft.
De therapie wordt nog niet grootschalig toegepast voor Long Covid, maar daar kan snel verandering in komen, denkt Kuut. „We hebben een trainingsprogramma klaarliggen en kunnen therapeuten opleiden.”
Aan mensen die tobben met Long Covid zou ze willen meegeven dat het de moeite waard is hulp te zoeken. „Het is mogelijk aan je herstel te werken. Trek aan de bel als je denkt dat cognitieve gedragstherapie iets voor je kan zijn.”