GezondheidHoogsensitiviteit
Hoogsensitief: altijd alles voelen

Hoogsensitieve kinderen hebben een grote plek in haar hart. „Ze kunnen zo intens ergens van genieten. Dat zie ik als een gave van God.” Tegelijk merkt Marieke Middel (34) ook hoe zwaar deze kinderen het kunnen hebben als ouders, leerkrachten of hulpverleners niet begrijpen wat er achter hun buikpijn, gepieker en woede schuilgaat. Ze schreef er een boek over.

20 April 2023 13:20Gewijzigd op 20 April 2023 15:17
Marieke Middel, eigen foto
Marieke Middel, eigen foto

In huize Middel in Kampen wordt direct duidelijk dat hier een christelijk gezin woont. Aan de schuifdeur prijken werkjes over Goede Vrijdag. De samenstelling van het gezin blijkt uit de foto’s op de muur ertegenover: vader, moeder en drie kinderen. Op tafel ligt, vers van de pers, het boek ”Schitterend sensitief. Handreiking bij het opvoeden van hoogsensitieve kinderen”.

Als Middel over haar gezin, werk en boek praat, doet ze dat rustig en weloverwogen. Ze geniet van haar werk als orthopedagoog in het basisonderwijs, maar ziet het gezin als haar eerste roeping. Het liefst zou Middel zien dat iedere moeder in Nederland een jaar bevallingsverlof krijgt. Zelf richtte ze zich na de geboorte van ieder kind een jaar lang vooral op het eigen gezin. Nu wisselen Marieke en haar man de werkdagen buitenshuis af.

De rust die er daardoor in het gezin is, is goed voor zowel Marieke als de kinderen van 2, 4 en 8 jaar, van wie er in ieder geval één hoogsensitief is. Middel, die sinds haar achttiende weet dat ze die mooie, maar ook uitdagende eigenschap zelf ook heeft: „De cognitieve uitdaging vind ik in m’n werk meer dan thuis. Thuis kom ik meer tot rust. Hoewel, zelfs met de nodige kennis van zaken is het voor mij soms een uitdaging om in ons gezin met drie kinderen niet overprikkeld te raken.”

In Nederland groeit het aantal boeken over hoogsensitiviteit gestaag. Wat voegt het boek van Middel aan deze rij toe? „Het klopt dat er veel boeken zijn. Ik heb daar dankbaar gebruik van gemaakt bij het schrijven. Ik miste echter een handreiking voor opvoeders waarin het zweverige van new age geen plek heeft, maar het geloof in God juist wel.”

Hersenen

Het onderwerp heeft ook in de wetenschap een serieuze plek gekregen. Prof.dr. Elke van Hoof van de Vrije Universiteit Brussel) heeft door scans het bewijs geleverd dat de hersenen van hoogsensitieve mensen anders werken dan die van anderen. Van Hoof omschrijft hoogsensitiviteit als de gave om heel veel informatie uit de omgeving op te nemen en die diepgaand te verwerken. In Nederland zijn het vooral Esther Bergsma en prof. dr. Corina Greven die zich met dit onderwerp bezighouden.

19239170.JPG
Marieke Middel met haar man en kinderen, eigen foto

Als je een baby krijgt die continu alert is en intense stressreacties laat zien, zul je dat als ouders zeker merken, stelt Middel. „Zelf heb ik heel wat uren naast het bed van een van de kinderen doorgebracht. In slaap vallen is voor veel hoogsensitieve kinderen lastig. Ze moeten nog van alles verwerken voordat ze de rust vinden om zich aan de slaap over te geven. De nabijheid van een ouder kan daarbij helpen.”

Ook buitenshuis reageren hoogsentitieve baby’s soms anders dan andere. Middel: „Een moeder vertelde me hoe het haar verging bij babyzwemmen. Dat vindt iedereen leuk en gezellig, toch? Haar dochter kon er niet van genieten. Ze nam angstig met wijd opengesperde ogen alles in zich op. Een flinke huilbui in de kleedkamer was de toegift.”

Een hoogsensitief kind voelt altijd alles en verwerkt alle prikkels diepgaand.

Als je als ouder van zo’n baby met de handen in het haar zit, krijg je van Middel in haar boek naast uitleg ook praktische tips aangereikt: „Bied veel nabijheid, doseer prikkels, zorg voor rust en regelmaat en zorg zo veel mogelijk voor één of twee vaste verzorgers als basis.”

Zwakte

Uit het hele boek wordt duidelijk dat Middel graag met beide benen op de grond staat. Heel nuchter stelt ze dat elke karaktereigenschap zowel een kracht als een zwakte kent. Middel: „Is je kind bescheiden, dan siert die eigenschap hem. Hij kan er ook in doorschieten en onzichtbaar worden. Is hoogsensitiviteit een van de eigenschappen van je kind, dan is zijn kracht dat hij intens met anderen kan meeleven, omdat hij aanvoelt wat de ander nodig heeft. Als hij daarin doorschiet, neemt hij het gevoel van de ander over en weet hij niet meer wat zijn eigen gevoel is en wat het gevoel van de ander.”

Waar bijna alle ouders van een hoogsensitief kind tegen aanlopen is overprikkeling. Middel: „Om overprikkeling uit te leggen gebruik ik vaak het beeld van een emmer. Alles wat je op een dag ziet, doet of ervaart, komt als een druppel in een emmer. Is die halfvol, dan voelt je kind zich niet fijn. Wordt hij nog voller en gaat hij overlopen, dan noem je dat overprikkeling.”

Een kind kan op twee manieren reageren op overprikkeling: imploderen of exploderen. „Als hij implodeert, trekt hij zich terug in zichzelf. Hij kan dan hoofdpijn, buikpijn of zelfs depressieve gevoelens krijgen. Een kind dat explodeert, gooit alles eruit door heel druk te doen, een huilbui of een woedeaanval te krijgen.”

19239149.JPG
Marieke Middel, eigen foto

Van haar werk op scholen kent Middel de verhalen van ouders van wie het kind zich op school voorbeeldig gedraagt, maar eenmaal thuis alle opgebouwde spanning eruit gooit. Van haar mag een ouder dat als een compliment beschouwen. „Blijkbaar kan hij thuis zichzelf zijn. De spanning moet eruit. Zo’n explosie lucht op. Maar dit is intensief voor zowel ouder als kind. Zie maar eens rustig te blijven als je kind overstuur en onbereikbaar is.”

Ouders kunnen hun kind leren hoe ze overprikkeling voorkomen. De gesprekstips en werkbladen uit Middels boek zijn hiervoor handige hulpmiddelen. „Het is goed om samen te ontdekken welke druppels zijn emmer vol maken. En je kunt uitzoeken hoe de emmer leger wordt. Als je op een rustig moment samen een lijstje met ontspanningsmogelijkheden maakt, hoef je daar later alleen maar naar te verwijzen.”

Kerkgang

Middel besteedt in haar boek ook aandacht aan de kerkgang, omdat die prikkelrijk is. Zowel de dienst op zich als het sociale gebeuren eromheen. De orthopedagoog spreekt van een spagaat. „Je wilt je kind met het geloof opvoeden en deel zijn van een gemeente, maar na de kerkdienst heb jij te maken met een overprikkeld kind.”

Omdat Middel ervan overtuigd is dat het goed is om naar de kerk te gaan, geeft ze een paar tips: „Probeer na te gaan welke prikkels je kind het meest hinderen. Zijn dat fysieke prikkels, zoals geluid, licht en temperatuur? Of sociale, zoals verwachtingen en emoties? Of nieuwe situaties, zoals wisselende leiding op de zondagsschool of een bijzondere dienst? Zoek vervolgens een oplossing of alternatief voor die prikkels. Neem oordopjes mee als de muziek overweldigt. Of een zonnebril als het licht te fel is. Pas de kleding aan en neem een flesje water mee. Oefen je kind om in een denkbeeldige zeepbel te gaan zitten waarin de sociale prikkels minder hard binnenkomen. Je kind mag zelf kiezen welke prikkels hij laat binnenkomen. Laat hem een eigen boekje meenemen waar hij zijn aandacht op kan richten.Deel je worstelingen met mensen uit de kerk. Je bent zeker niet de enige die hiermee zit, want een op de vijf mensen is hoogsensitief.”

Faalangst

Een ouder die hulp zoekt voor z’n kind vanwege de hoogsensitiviteit krijgt niet altijd de hulp die hij nodig heeft. Vaak komt dit door onbekendheid met deze eigenschap. Zelfs voor Middel, die hier zowel privé als op haar werk mee te maken heeft, is het een uitdaging. „Er kwam een jongen met faalangst bij me. Hij maakte de toetsen steeds slechter. Het advies voor het vervolgonderwijs lag onder het niveau dat de ouders hadden verwacht. Met een IQ-test probeerde ik zicht te krijgen op wat hij kon. Na een paar vragen zag ik hem dichtklappen. Hij kon geen goed antwoord meer geven. Daar ben ik direct met hem over in gesprek gegaan. Wat gebeurt er nu? Wat maakt dit spannend? Hij nam vervolgens even afstand door een rondje over het plein te lopen. Daarna maakte hij de toets probleemloos.

Sinds die gebeurtenis ga ik voor de test kennismaken met een kind, als ik vermoed dat hij hoogsensitief is. Dat kan de spanning voor een deel wegnemen. Hierdoor krijg ik een eerlijker beeld van wat hij in zich heeft.”

Het kan ook gebeuren dat je kind een diagnose krijgt terwijl er van een stoornis geen sprake is, stelt Middel. De Belgische hoogleraar Van Hoof is hier ook van overtuigd. Middel: „Hoogsensitiviteit en autisme zijn niet altijd even makkelijk te onderscheiden, omdat het gedrag veel overeenkomsten laat zien. Zelf zoek ik daarom altijd naar de onderliggende oorzaak. Het grote verschil tussen een stoornis in het autistisch spectrum en de eigenschap hoogsensitiviteit zit hem in het inlevingsvermogen. Een kind met autisme kan zich niet goed inleven in anderen, een kind dat hoogsensitief is juist wel.”

Middel was achttien jaar toen de rijinstructeur haar attent maakte op haar hoogsensitiviteit. Het onderwerp laat haar sinds die tijd niet meer los. In haar eigen gezin herkende Middel de eigenschap al in het eerste levensjaar. Dat gunt ze ieder kind. „Als je je kind begrijpt, helpt dat om het schitterende van de sensitiviteit te zien.”

19246085.JPG
Cover boek

Schitterend sensitief. Handreiking bij het opvoeden van hoogsensitieve kinderen, Marieke Middel; uitg. Ark Media; 126 blz.; € 13,99
Ga naar hoogsensitief.nl voor een test

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer