Kerk & religieSerie onderzoek leespreek

Roelof Bisschop en Jan van Koeveringe over leespreek; „Laat alle kerken twee keer per jaar dezelfde oudvader lezen”

Oudvaders en puriteinen klinken veel minder in leesdiensten. Die conclusie uit een RD-onderzoek vraagt om grondige bezinning, daarover zijn Roelof Bisschop en Jan van Koeveringe het eens. Minder over de oplossing: drastisch hertalen of toch niet?

19 April 2025 09:05Gewijzigd op 19 April 2025 09:18Leestijd 9 minuten
beeld RD, Daan van Oostenbrugge
beeld RD, Daan van Oostenbrugge

„Als ik het zou mogen beslissen, zouden alle reformatorische kerken twee keer per jaar dezelfde hertaalde preek van een oudvader lezen”, schetst Roelof Bisschop (68) zijn ideaalbeeld. „Dat versterkt de binding met de traditie en het relativeert de kerkmuren die mensen hebben gemaakt.”

Roelof Bisschop: „Het is een verschraling als je niet meer de breedte en de katholiciteit van je eigen traditie zoekt.” beeld Niek Stam

De historicus kent de leesdienst. Hij groeide op onder de leespreken van zijn grootvader in de oud gereformeerde gemeente in Nederland (oggiN) te Rouveen. Later was Bisschop lid van de oggiN te Leersum. En onlangs las hij als ouderling in de hersteld hervormde gemeente (hhg) te Veenendaal een preek voor van zijn favoriete Bijbeluitlegger, Abraham Hellenbroek.

Ronduit jammer vindt Bisschop het dat er, met name in de Gereformeerde Gemeenten (in Nederland), veel minder oudvaders worden gelezen dan enkele tientallen jaren geleden. „Het is een verschraling als je niet meer de breedte en de katholiciteit van je eigen traditie zoekt. Oudvaders zijn onbevangen. Ik kan me voorstellen dat mensen soms zeggen liever een leesdienst te hebben van een oude schrijver dan van een predikant.”

Juweel

Ook Jan van Koeveringe (63), inmiddels 23 jaar ouderling in de gereformeerde gemeente (gg) te Elspeet, vindt het jammer dat oudvaders minder klinken. „We moeten het oude goud niet verliezen.”

Hij trekt een boek uit de kast en leest een stukje voor uit een preek van Hellenbroek over Jesaja 33:17. „Een juweel. Ik zou dit graag aan de gemeente voorlezen.” Ook een boek van oefenaar Hendrik van Lis komt op tafel te liggen. „Prachtig. Ik lees thuis meer oudvaders dan hedendaagse preken.”

J.M. van Koeveringe als afgevaardigde op de generale synode van de Gereformeerde Gemeenten in 2023. beeld RD, Anton Dommerholt

„Bij de oude schrijvers komt de Christus der Schriften bijzonder naar voren”, constateert Van Koeveringe. „Dat vind ik belangrijk als ik een preek voorlees. Gods bekommerde volk moet naar Christus worden gewezen.”

Maar een goede preek voldoet wat hem betreft ook aan andere kenmerken: de jeugd moet jaloers gemaakt worden en de thema’s welbehagen, bevinding, appel en levensernst komen aan de orde. „In de voorrede van de ”Keurstoffen” van Bernardus Smijtegelt schrijft J. van Diesbach hier heel mooie dingen over.”

Ook moet een preek „evenwichtig” zijn, vindt Van Koeveringe. „Bij de puriteinen moet ik daar soms wel naar zoeken.”

„Er zitten kinderen in de kerk en jongelui die dreigen af te haken; daar moet je rekening mee houden”

Jan van Koeveringe, ouderling gg Elspeet

Zinsbouw

Ondanks zijn voorliefde voor oudvaders begrijpt de Elspeetse ambtsdrager dat ze minder klinken. Zelf leest hij graag Wulfert Floor en Smijtegelt voor in de kerk, maar vaker een preek van hedendaagse schrijvers zoals ds. A. Hoogerland en ds. J. van Haaren.

Van Koeveringe: „Door de zinsbouw en moeilijke woorden gaan oude schrijvers over de hoofden heen. Er zitten ook kinderen in de kerk en jongelui die dreigen af te haken. Daar moet je rekening mee houden. Je merkt tijdens het voorlezen of de preek aankomt bij de gemeente. Ik begrijp dat men vaker voor een hedendaagse auteur kiest.”

Ook Bisschop wijt de teloorgang van oude schrijvers aan de taal. „In de negentiende en twintigste eeuw kwamen er regelmatig hertaalde oudvaders op de markt, bijvoorbeeld bij de uitgevers J.P. van den Tol en Den Hertog. Op een gegeven moment werden die gedateerd. Intussen nam het aanbod hedendaagse preken toe en die worden veel gebruikt.”

Bisschop ziet ook een keer ten goede. „De laatste twintig, dertig jaar is er een beweging op gang gekomen waarbij zowel Hollandse oudvaders als puriteinen niet meer klakkeloos worden herdrukt, maar in een frisse vertaling uitgegeven.”

Buikspreken

De voorzichtigheid van Van Koeveringe met betrekking tot puriteinen kan Bisschop wel plaatsen. „De Engelsen zijn geworteld in de Westminster Confessie, maar zijn opvallend onbevangen in de verkondiging van het Woord.”

Het kan voorkomen dat uitgevers dergelijke schrijvers „laten buikspreken”, aldus de historicus. „Je moet ervoor waken dat je je theologische voorkeur laat doorschemeren in de vertaling of in de selectie van wat je uitgeeft. Maar dat kun je borgen door mensen uit verschillende kerkverbanden mee te laten lezen.”

„Als je wilt staan in de kerkelijke traditie van de Nadere Reformatie, maak dat dan zichtbaar in de leesdienst”

Roelof Bisschop, historicus en ouderling hhg Veenendaal

Voor de taalkloof bij met name de Hollandse oude schrijvers heeft Bisschop een duidelijke oplossing voor ogen: grondig hertalen. „Of eigenlijk: vertalen. Je bent er niet met het vervangen van naamvallen en wat oude woorden. Als je wilt dat hun tekst nu net zo overkomt als toen, dan moet je woorden en zinnen vrijmoedig veranderen naar de 21e-eeuwse taal. Dan sprankelt de preek weer. Dat effect heb je ook als je een Engelse preek van Andrew Gray rechtstreeks naar het Nederlands van nu vertaalt.”

„Je moet de tekst van oudvaders niet bewaren als museumstuk, maar het goud omsmelten in een pasmunt voor deze tijd”, vindt de Veenendaalse ouderling. „Het ging de schrijvers om de boodschap. Mensen realiseren zich te weinig dat ze nu iets anders kunnen lezen dan wat de predikant toen bedoelde.”

Schilderij

Op dit punt is Van Koeveringe duidelijk voorzichtiger. „Een taal is in beweging. Verouderde woorden vervangen is geen enkel probleem. Maar je kunt een preek niet zomaar inkorten of grondig hertalen door zinnen opnieuw te formuleren. Dan gaat het karakter, de pit en het merg, van de preek verloren en is Smijtegelt Smijtegelt niet meer. We gaan een oud schilderij of een oud gedicht ook niet aanpassen om het begrijpelijker te maken voor de jeugd.”

Hij bedoelt het „niet wantrouwend” richting hertalers, maar de Elspeetse ouderling aarzelt om een bewerking „van wie dan ook” op de preekstoel te brengen. „Als je hertaalde preken voorleest, laat die dan geautoriseerd zijn door een kerkelijk orgaan, zoals de synode. Je kunt de oude schrijvers zelf niet meer om akkoord vragen. Daarom moet je ambtelijk gezag groen licht laten geven voor dergelijke hertalingen. Daarin zie ik wel een oplossingsrichting.”

Wat Bisschop betreft wachten preeklezers niet op een synode. „We denken toch presbyteriaal? Elke kerkenraad kan hier zelf besluiten over nemen. Als je wilt staan in de kerkelijke traditie van de Nadere Reformatie, zet dan ook stappen en maak dat zichtbaar in de leesdienst. Draag eraan bij dat er markt is voor uitgevers.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Vond je dit artikel nuttig?

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer