En Thomas antwoordde en zeide tot Hem: Mijn Heere en mijn God!
Uitleg
Drie keer lezen we in de Bijbel (het Evangelie van Johannes) over de latere apostel Thomas. Zijn Aramese naam wordt in het Grieks vertaald met Didymus en betekent ‘tweeling’. Over de andere helft van de tweeling weten we niets. Maar … over Thomas horen we wel meer. Zoals gezegd lezen we drie keer over hem, in Johannes 11, 14 en 20.
De eerste keer is het moment dat Jezus op weg gaat naar Bethanië. Lazarus is gestorven. Zodra Thomas dat hoort wekt hij de andere discipelen op om mee te gaan met Jezus. Hij heeft zijn conclusie getrokken: het meegaan met Jezus zou zeker op sterven uitlopen. Nu zouden we kunnen denken dat bij Thomas iedere gedachte aan de opstanding ontbreekt en dat hij daarom deze woorden gebruikt. Jezus had toch gezegd: ‘opdat gij gelooft’.
De tweede keer is in Johannes 14. Direct na de voetwassing spreekt Jezus over het Vaderhuis met zijn vele woningen. Hij zal heengaan om plaats voor hen te bereiden. Thomas is verlegen met de weg. Hoe zal hij daar heen gaan? Jezus vertelt hem dat Híj de Weg, de Waarheid en het Leven is. Dat Thomas dat hier nog niet begrepen heeft, laat de Schrift in Johannes 20 duidelijk horen.
De eerste keer na de opstanding is hij er niet bij. Waar hij wel was, weten we niet. Wel dat Jezus na acht dagen opnieuw verschijnt en nu ook aan Thomas. Wat zat er dwars bij deze discipel? Wel, is het niet dat Jezus een Gekruisigde was en dat Hij als een Gekruisigde, als een Vervloekte gestorven was? Lazarus kon opstaan, maar een Gekruisigde …? Thomas was vastgelopen. Zeker zijn liefde voor Jezus was er … maar … Tot het moment van de woorden van Christus: Vrede zij ulieden! En even daarna toonde Hij aan Thomas Zijn wonden! Dat Thomas … betekent dat Ik dé Weg, dé Waarheid en hét Leven ben.
Nu vallen alle puzzelstukjes in elkaar. Hij kan gaan verkondigen. Hij hoeft de wonden niet meer te tasten, hij heeft ze gezien. De Gekruisigde is de Opgestane: ‘Mijn Heere en mijn God!’ Hij is de Weg .. en wie Hem heeft gezien, die heeft de Vader gezien. Amen.
Zingen: Psalm 16:1
Vraag: Belijden we met Thomas mee ´Mijn Heere en mijn God´.
Twee namen, daar zet de schrijver van Hebreeën het bekende hoofdstuk over de geloofsgetuigen mee in. Twee broers. Die beide een offer brachten. Zeker, het waren twee verschillende offers. De één bracht een spijsoffer (Kaïn) en de ander een dierenoffer (Abel). Ik denk niet dat dit het verschil uitmaakte.
Hier is sprake van een bekende tweeling: Jakob en Ezau. Op het moment dat deze woorden klinken is er heel veel gebeurd. We kunnen woorden noemen als ‘bedrog, haat, verbittering, vlucht’. Hier is het moment dat Ezau en Jakob elkaar weer ontmoeten. Jakob had een geschenk aan Ezau gegeven. Hij was er niet helemaal gerust op hoe ...
Broer en zus. Beiden kinderen van Bethuel. Familie van Abraham. Wonderlijk was de weg voor de knecht van Abraham verlopen. We weten met welke opdracht hij richting Mesopotamië was gegaan: een vrouw voor Izak. Zo kwam hij daar aan bij de fontein en daar ontmoette hij voor de eerste keer Rebekka. Toen hij besefte wie zij was, wist ...
Jakobus en Johannes. Twee apostelen en twee broers. Het is niet voor de eerste keer dat Markus over hen schrijft. Na de roeping van Simon en Andreas volgt de roeping van Jakobus en Johannes. Twee vissers. Net als hun vader Zebedeüs. Toen de Heere Jezus hen riep waren ze bezig in het schip: het herstellen van de ...
Een profetes en een hogepriester. Twee kinderen van Amran en Jochebed. En uit de Bijbel weten we dat ook Mozes een zoon was van deze twee godvrezende mensen. Alle drie hebben ze een belangrijke plaats gehad onder het verbondsvolk Israël op weg naar het beloofde land. Mirjam en Aäron, twee mensen die de HEERE vreesden. ...
Deze woorden lezen we in de enige gelijkenis waarin iemand een naam draagt: Lazarus. Dat zal niet zonder reden zijn! Zijn naam betekent: God helpt. De rijke man draagt geen naam en de bedelaar wel. Aangrijpend om te lezen wat er met Lazarus gebeurt. Hij lag voor de poort, zo denken wij vaak en dat is waar, maar dan ...
Drie keer lezen we in de Bijbel (het Evangelie van Johannes) over de latere apostel Thomas. Zijn Aramese naam wordt in het Grieks vertaald met Didymus en betekent ‘tweeling’. Over de andere helft van de tweeling weten we niets. Maar … over Thomas horen we wel meer. Zoals gezegd lezen we drie keer over hem, in Johannes 11, 14 ...
Maandag: Didymus en...?
Johannes 20:28
Uitleg
Drie keer lezen we in de Bijbel (het Evangelie van Johannes) over de latere apostel Thomas. Zijn Aramese naam wordt in het Grieks vertaald met Didymus en betekent ‘tweeling’. Over de andere helft van de tweeling weten we niets. Maar … over Thomas horen we wel meer. Zoals gezegd lezen we drie keer over hem, in Johannes 11, 14 en 20.
De eerste keer is het moment dat Jezus op weg gaat naar Bethanië. Lazarus is gestorven. Zodra Thomas dat hoort wekt hij de andere discipelen op om mee te gaan met Jezus. Hij heeft zijn conclusie getrokken: het meegaan met Jezus zou zeker op sterven uitlopen. Nu zouden we kunnen denken dat bij Thomas iedere gedachte aan de opstanding ontbreekt en dat hij daarom deze woorden gebruikt. Jezus had toch gezegd: ‘opdat gij gelooft’.
De tweede keer is in Johannes 14. Direct na de voetwassing spreekt Jezus over het Vaderhuis met zijn vele woningen. Hij zal heengaan om plaats voor hen te bereiden. Thomas is verlegen met de weg. Hoe zal hij daar heen gaan? Jezus vertelt hem dat Híj de Weg, de Waarheid en het Leven is. Dat Thomas dat hier nog niet begrepen heeft, laat de Schrift in Johannes 20 duidelijk horen.
De eerste keer na de opstanding is hij er niet bij. Waar hij wel was, weten we niet. Wel dat Jezus na acht dagen opnieuw verschijnt en nu ook aan Thomas. Wat zat er dwars bij deze discipel? Wel, is het niet dat Jezus een Gekruisigde was en dat Hij als een Gekruisigde, als een Vervloekte gestorven was? Lazarus kon opstaan, maar een Gekruisigde …? Thomas was vastgelopen. Zeker zijn liefde voor Jezus was er … maar … Tot het moment van de woorden van Christus: Vrede zij ulieden! En even daarna toonde Hij aan Thomas Zijn wonden! Dat Thomas … betekent dat Ik dé Weg, dé Waarheid en hét Leven ben.
Nu vallen alle puzzelstukjes in elkaar. Hij kan gaan verkondigen. Hij hoeft de wonden niet meer te tasten, hij heeft ze gezien. De Gekruisigde is de Opgestane: ‘Mijn Heere en mijn God!’ Hij is de Weg .. en wie Hem heeft gezien, die heeft de Vader gezien. Amen.
Zingen: Psalm 16:1
Vraag: Belijden we met Thomas mee ´Mijn Heere en mijn God´.
Terug naar Bijbel & leesplannen
Deze Bijbelstudie maakt deel uit van een groter Bijbelrooster.
Download het Leesplan als PDF
Alle Leesplan dagen
-Dinsdag: Dinsdag: Ka�n en Abel
Twee namen, daar zet de schrijver van Hebreeën het bekende hoofdstuk over de geloofsgetuigen mee in. Twee broers. Die beide een offer brachten. Zeker, het waren twee verschillende offers. De één bracht een spijsoffer (Kaïn) en de ander een dierenoffer (Abel). Ik denk niet dat dit het verschil uitmaakte.
Het zal ...
-Woensdag: Woensdag: Jakob en Ezau
Hier is sprake van een bekende tweeling: Jakob en Ezau. Op het moment dat deze woorden klinken is er heel veel gebeurd. We kunnen woorden noemen als ‘bedrog, haat, verbittering, vlucht’. Hier is het moment dat Ezau en Jakob elkaar weer ontmoeten. Jakob had een geschenk aan Ezau gegeven. Hij was er niet helemaal gerust op hoe ...
-Donderdag: Donderdag: Laban en Rebekka
Broer en zus. Beiden kinderen van Bethuel. Familie van Abraham. Wonderlijk was de weg voor de knecht van Abraham verlopen. We weten met welke opdracht hij richting Mesopotamië was gegaan: een vrouw voor Izak. Zo kwam hij daar aan bij de fontein en daar ontmoette hij voor de eerste keer Rebekka. Toen hij besefte wie zij was, wist ...
-Vrijdag: Vrijdag: Jakobus en Johannes
Jakobus en Johannes. Twee apostelen en twee broers. Het is niet voor de eerste keer dat Markus over hen schrijft. Na de roeping van Simon en Andreas volgt de roeping van Jakobus en Johannes. Twee vissers. Net als hun vader Zebedeüs. Toen de Heere Jezus hen riep waren ze bezig in het schip: het herstellen van de ...
-Zaterdag: Zaterdag: Mirjam en A�ron
Een profetes en een hogepriester. Twee kinderen van Amran en Jochebed. En uit de Bijbel weten we dat ook Mozes een zoon was van deze twee godvrezende mensen. Alle drie hebben ze een belangrijke plaats gehad onder het verbondsvolk Israël op weg naar het beloofde land. Mirjam en Aäron, twee mensen die de HEERE vreesden. ...
-Zondag: Zondag: Wie is mijn broeder?
Deze woorden lezen we in de enige gelijkenis waarin iemand een naam draagt: Lazarus. Dat zal niet zonder reden zijn! Zijn naam betekent: God helpt. De rijke man draagt geen naam en de bedelaar wel. Aangrijpend om te lezen wat er met Lazarus gebeurt. Hij lag voor de poort, zo denken wij vaak en dat is waar, maar dan ...
-Maandag: Maandag: Didymus en...?
Drie keer lezen we in de Bijbel (het Evangelie van Johannes) over de latere apostel Thomas. Zijn Aramese naam wordt in het Grieks vertaald met Didymus en betekent ‘tweeling’. Over de andere helft van de tweeling weten we niets. Maar … over Thomas horen we wel meer. Zoals gezegd lezen we drie keer over hem, in Johannes 11, 14 ...