Opinie
Kleinkind kan ziek worden, als oma in contact kwam met gif

We zijn gerustgesteld als we gezond oud worden, ondanks blootstelling aan gif op bijvoorbeeld groente en fruit met hormoonverstorende eigenschappen. Maar de werkelijkheid is dat onze (achter)kleinkinderen mogelijk de tol betalen.

Dr. Gert Schuitemaker
20 December 2019 13:04Gewijzigd op 17 November 2020 07:01
Onder invloed van omgevingsfactoren, zoals landbouwgif, kunnen de genen anders worden ‘geprogrammeerd’ met ziekte als gevolg bij latere generaties. Beeld ANP, Ramon van Flymen
Onder invloed van omgevingsfactoren, zoals landbouwgif, kunnen de genen anders worden ‘geprogrammeerd’ met ziekte als gevolg bij latere generaties. Beeld ANP, Ramon van Flymen

Het is natuurlijk al slecht nieuws genoeg dat nogal wat verse producten bestrijdingsmiddelen met hormoonverstorende eigenschappen bevatten (RD 10-12). Het nieuwsbericht hierover besluit: „De chemische stoffen kunnen de hormoonbalans in het lichaam aantasten en worden in verband gebracht met onvruchtbaarheid, aangeboren afwijkingen, overgewicht, diabetes, ADHD en autisme. Vooral zwangere vrouwen en baby’s zijn kwetsbaar.”

Het gevaar van hormoonbalans verstorend gif blijkt echter veel groter dan risico’s op ziektes bij degene die eraan is blootgesteld. Volgende generaties kunnen het overerven. Deze overerving verloopt niet via de klassieke route van de genen, maar via het principe van de epigenetica (letterlijk ”rondom de genen”). Volgens dit principe kunnen onder invloed van omgevingsfactoren, zoals pesticiden, de genen anders worden ”geprogrammeerd”, met als gevolg ziekte, ook bij latere generaties. Dat ontdekte de Amerikaanse hoogleraar Michael Skinner van Washington State University.

Skinner deed zijn ontdekking bij toeval in 2005. In zijn laboratorium had een medewerker de opdracht zwangere ratten bloot te stellen aan vinclozine, een antischimmelmiddel en hormoonontregelaar. Per ongeluk had de medewerker kleinkinderen gefokt, die in de buik van de moeder zaten toen de moeder eraan werd blootgesteld. Skinner besloot toen om hun nakomelingen ook te onderwerpen aan het routineonderzoek. Daarbij vond hij dat de derde generatie afwijkingen liet zien. Transgenerationele overerving was een feit. Bij nakomelingen waren schadelijke effecten gevonden, terwijl er geen sprake was geweest van directe blootstelling aan het gif. Skinner ontving een belangrijke prijs in 2013 voor zijn onderzoek en daarmee wetenschappelijke erkenning.

Een paar maanden geleden stuitte ik op het werk van Skinner. Zelden heb ik me verdiept in zo’n verontrustend onderzoeksproject. Kwetsbare groepen, zoals baby’s, kunnen door blootstelling aan pesticiden ziekten ontwikkelen. Wat Skinner daaraan toevoegt, is iets nieuws: mensen die ondanks diezelfde blootstelling gezond blijven, maken mogelijk hun nageslacht ziek.

Dit is dus een nieuwe ontstaanswijze van een ziekte, naast andere die al een vaste plaats hebben verworven, zoals infecties en erfelijkheid. Skinner vat zijn onderzoek samen in dit onheilspellende citaat: „De essentie is dat je overgrootmoeder jouw ziekte veroorzaakt en die van je kleinkinderen.” Met andere woorden: we zijn gerustgesteld als we, ondanks (dagelijkse) blootstelling aan pesticiden met hormoonverstorende eigenschappen, gezond oud worden. Maar de werkelijkheid is dat onze (achter)kleinkinderen mogelijk de tol betalen.

Vingerafdruk

Fascinerend is bovendien dat bij zo’n ziekte een bepaalde giftige stof een karakteristieke, moleculaire vingerafdruk laat zien. Daarmee kan worden voorspeld of iemand een verhoogde vatbaarheid heeft voor het krijgen van de ermee verbonden overgeërfde ziekte. Skinner vond in zijn lab dat kleinkinderen van grootouders die aan het bestrijdingsmiddel DDT blootgesteld waren een vergrote kans op obesitas hebben. Bij deze nakomelingen was een voor DDT karakteristieke vingerafdruk aanwezig.

En zo is dat ook mogelijk bij andere ziekten, in het bijzonder bij bepaalde hormonale ziekten. Skinners onderzoek heeft enkele verbanden kunnen opsporen. Ziekten die veroorzaakt of versterkt kunnen worden door blootstelling van de (over)grootouders aan gif, zijn: overgewicht (ongeveer 10 tot 50 procent van de gevallen), angst en stress (meer dan 90 procent), ook nierziekten (ongeveer 30-40 procent). Bij het mannelijk geslacht zijn dat ook stoornissen van de spermaontwikkeling (meer dan 90 procent) en prostaataandoeningen (ongeveer 50 procent). Bij vrouwen gaat het om cysten op de eierstokken (meer dan 90 procent) en zwangerschapsvergiftiging in geval van een late zwangerschap (ongeveer 10 procent).

Roundup

In april van dit jaar publiceerde Skinner de uitkomsten van zijn onderzoek met Roundup, een onkruidverdelger, populair in de land- en tuinbouw. Het Internationaal Agentschap voor Kankeronderzoek (IARC) beoordeelt die als kankerverwekkend, maar de Amerikaanse en Europese overheid niet.

Skinner besloot onderzoek naar overgeërfde schade bij Roundup te doen. Hij vond bij blootgestelde zwangere ratten en de kinderen daarvan, ook blootgesteld in de moederbuik, verwaarloosbare effecten van glyfosaat, de werkzame stof in Roundup. Maar bij de kleinkinderen en achterkleinkinderen van de ratten was er een dramatische toename van vooral hormonale ziekten, zoals prostaatziekte, eierstokaandoeningen en zwangerschapsafwijkingen. Ook de voor glyfosaat karakteristieke vingerafdruk werd aangetroffen. Skinner en zijn team komen met de zorgwekkende conclusie dat de overdracht van schade door giftstoffen in het vervolg moet worden betrokken bij onderzoek naar het ontstaan van ziekten van toekomstige generaties, náást dat van de klassieke ziekteoorzaken. Naast genoemde ziekten blijken dat ook de klassieke welvaartsziekten te kunnen zijn, zoals obesitas, diabetes, hart- en vaatziekten, chronische longaandoeningen en sommige vormen van kanker.

Het Duitse bedrijf Bayer, de nieuwe producent van Roundup (voorheen Monsanto), investeert 5 miljard euro in een duurzaam programma voor onkruidbestrijding. Roundup zit daar ook in. Het kan wereldwijd wel eens een dure gezondheidsrekening opleveren. Beter is het, uit zorg voor onze kleinkinderen, om het gebruik van deze gifstoffen te mijden en alternatieven te ontwikkelen. Vooralsnog lijkt het beter onbespoten groente en fruit te eten of die goed te wassen, liefst met warm water. En stevig afdrogen.

De auteur is hoofdredacteur van ORTHOmagazine. Een langere versie van dit artikel verschijnt binnenkort in dit tijdschrift.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer