Omega-3 vetzuren kunnen het effect van antidepressiva versterken. Dat stelt onderzoeker en psychiater in opleiding dr. Roel Mocking op grond van een analyse van studies waarop hij vrijdag promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam.
Het drooggewicht van het brein bestaat voor 60 procent uit vet. Vooral omega 3-vetzuren vormen een belangrijk onderdeel van de hersenen. Het gehalte aan omega 3-vetzuren in het lichaam is afhankelijk van de voedingsgewoonten, want het lichaam kan ze niet zelf aanmaken. Belangrijke bronnen in de voeding zijn vette vissoorten zoals zalm, haring en forel en in mindere mate walnoten en plantaardige oliën, zoals lijnzaad-, raapzaad-, en sojaolie. Veel mensen eten echter nauwelijks vis of noten, wat de vaak voorkomende lage gehaltes aan omega 3-vetzuren in de westerse bevolking kan verklaren, licht Mocking toe. Het tekort aan omega 3-vetzuren, het belang van deze vetzuren voor het brein in combinatie met de toename van hersenziekten zoals depressie leidde tot de vraag of er mogelijk een samenhang is. In zijn onderzoek zag Mocking inderdaad verlaagde concentraties van omega 3-vetzuren bij depressieve patiënten. Bovendien zag hij dat deze vetzuren gerelateerd waren aan veranderingen in het hormonale stress-systeem, de activiteit van ontstekingsfactoren en hersenactiviteit.
Mocking heeft hierop een meta-analyse uitgevoerd naar de effecten van het gebruik van omega 3-vetzuren in capsules door depressieve patiënten. Daaruit bleek een gunstig effect ten opzichte van neppreparaten (placebo’s). Het effect van omega 3-vetzuren bleek even sterk als van standaard antidepressiva. De effecten waren groter bij patiënten die naast omega 3-vetzuren ook antidepressiva gebruikten.
Daarbij maakte het niet uit of er sprake was van milde, matige of ernstige klachten. De resultaten van zijn studie suggereren volgens Mocking dat meer aandacht voor voeding de behandeling van een depressie ten goede kan komen. Dit wordt opgenomen in een nieuwe behandelrichtlijn voor depressie.
De promovendus noemt het lastig om harde uitspraken te doen over de benodigde doseringen. „Wel kan ik zeggen dat gunstige effecten bij patiënten met een depressie vooral werden gezien van het omega 3-vetzuur eicosapentaeenzuur (EPA) en niet zozeer van docosahexaeenzuur (DHA). De doseringen EPA lagen tussen de 1 en zelfs 4 gram per dag.”
Er is volgens Mocking onvoldoende bewijs voor het nut van het wijdverbreide gebruik van omega 3-vetzuren door mensen zonder een depressie. „Mogelijk heeft dit ook schadelijke effecten. We zagen dat het slikken van supplementen met omega 3-vetzuren door gezonde mensen leidt tot meer oxidatieve stress in hun lichaam. Daarbij ontstaan vrije zuurstofradicalen die weefsels en cellen kunnen beschadigen. Combineren van deze supplementen met anti-oxidanten zoals vitamine C en E hoeft niet per definitie een oplossing te zijn. Die anti-oxidanten kunnen in het lichaam ook in hun tegendeel veranderen. En je weet ook niet of die vitamines net zo goed de hersenen bereiken als de omega 3-vetzuren.”
Toch maar beter wekelijks een visje pakken dan? „Inderdaad. Vis bevat omega 3-vetzuren in de juiste natuurlijke verhoudingen samen met nog andere goede stoffen.”