De vermaarde Haarlemse organist en componist Piet Kee, die vrijdag 25 mei op 90-jarige leeftijd overleed, voelde zich allereerst kunstenaar.
„Muziek is een kunst”, stelde Kee in 2007 in een interview met het Reformatorisch Dagblad. „Door mijn afkomst en ontwikkeling is vooral het orgel het medium geworden waardoor ik mij uitdruk, maar ten diepste ben ik allround musicus en voel ik mij een kunstenaar en vrijbuiter.”
Met die afkomst bedoelde hij het ouderlijk huis in Zaandam en zijn vader Cor Kee, eveneens een bekende organist en componist en leerling van Jan Zwart. Muziek was bij Kee thuis een vanzelfsprekendheid. „Het zit gewoon in mijn bloed. Ik was altijd met muziek bezig. In de volle breedte: piano, viool, klarinet. En dat is zo gebleven”, vertelde hij.
Aan het Amsterdams conservatorium was het met name Anthon van der Horst die hem als orgelleerling vormde. Kee’s studie werd bekroond met de Prix d’Excellence.
Daarna rees zijn ster snel. Op 25-jarige leeftijd werd hij benoemd tot organist van de Grote Kerk in Alkmaar – een functie die hij tot 1987 vervulde. In 1953, 1954 en 1955 won hij driemaal op rij het internationaal improvisatieconcours in Haarlem – waarmee zijn naam als improvisator was gevestigd. Een jaar later, in 1956, werd hij benoemd tot stadsorganist van Haarlem, samen met Albert de Klerk. In die functie, die hij tot 1989 bekleedde, was Kee de ambassadeur van het beroemde Müllerorgel in de Bavo in Haarlem.
Op tal van opnames in Alkmaar en Haarlem werd zijn spel vastgelegd – veelal barokmuziek van componisten als Sweelinck, Buxtehude en Bach, maar ook muziek van Reger en Hindemith.
Inmiddels was Kee in 1954 benoemd tot docent aan wat later het Amsterdams conservatorium zou gaan heten. In die hoedanigheid –hij bleef er tot 1988– leidde hij een groot aantal organisten op. Bekende namen als Masaaki Suzuki, Ewald Kooiman, Jan Jongepier, Jos van der Kooy, Bas de Vroome en Cor Ardesch: ze studeerden allen bij Kee.
Nadat hij eind jaren 80 zijn functies in Alkmaar, Amsterdam en Haarlem had neergelegd, richtte Kee zich vooral op het componeren. De ene na de andere compositie met Engelse of Griekse naam vloeide uit zijn pen: ”Network”, ”Bios”, ”The World”, ”The Organ”, ”Winds”, ”Festival Spirit”, ”Heaven”, ”Bios II”. Elk stuk had iets speciaals. Zo is ”The Organ” gebaseerd op een schilderij van Pieter Saenredam en ”Bios II” (voor orgel, viool en slagwerk) op vogelzang.
Kee experimenteerde er lustig op los. „Mijn doel is steeds geweest om het kerkorgel meer reliëf te geven. En daarbij ga ik soms bewust provocerend te werk, waardoor luisteraars gechoqueerd worden”, zei hij in 2007.
Vorig jaar augustus, toen er in Haarlem een verjaardagsconcert voor Kee werd georganiseerd, klonk er nog een nieuwe compositie van zijn hand, ”Lachrimae”.