Groen & duurzaamheid

Legalisatie PAS-meldingen niet in alle gevallen gegarandeerd

Vijftien maanden na het afschieten van het stikstofbeleid zitten zo’n 3300 boeren en ruim 300 andere ondernemers nog altijd in onzekerheid over de toekomst van hun bedrijf. Landbouwminister Carola Schouten heeft toegezegd hun situatie te legaliseren. Echter, de twijfel neemt toe of dat voor iedereen gaat lukken.

21 August 2020 22:25Gewijzigd op 16 November 2020 20:09
beeld RD, Anton Dommerholt
beeld RD, Anton Dommerholt

Het gaat om ondernemers met –al dan niet inmiddels gerealiseerde– plannen (bijvoorbeeld de bouw van een nieuwe stal) die weinig extra neerslag van stikstof op kwetsbare natuur opleveren. Onder het Programma Aanpak Stikstof (PAS) hoefden ze daarvan alleen een melding te doen. Sinds de Raad van State op 29 mei 2019 het PAS buiten werking stelde, is een natuurvergunning vereist. Onlangs kregen de ‘PAS-melders’ een brief van hun provinciebestuur en minister Schouten. Het gaat om de eerste stap in het proces om de meldingen legaal te houden. Dat proces „is complex en neemt veel tijd in beslag”, aldus de brief.

Maar het valt agrarisch adviseur Steven van Westreenen uit Barneveld, een van de grotere spelers in zijn branche, op dat de provincies en de minister slagen om de arm houden. Dat maakt hem en zijn klanten er niet geruster op. „We krijgen er veel vragen over.”

Doorrekenen

De bewuste brief is bedoeld om helder te krijgen hoeveel stikstofruimte nodig is om de meldingen te legaliseren. PAS-melders hebben tot 1 oktober de tijd om aan te geven of hun plannen al dan niet gewijzigd zijn. In het vervolg van het proces moeten ze bewijzen dat het project op 29 mei 2019 was gerealiseerd (in het voorbeeld: de stal was gebouwd) of, als dat nog niet het geval was, dat „aantoonbaar onomkeerbare, significante investeringsverplichtingen” waren aangegaan.

Maar met het beantwoorden van de brief zijn de melders er nog niet, zegt Van Westreenen. De boer uit het voorbeeld moet voor zijn stal opnieuw de stikstofneerslag laten bepalen door het rekenprogramma Aerius. Dat programma wordt voortdurend aan nieuwe inzichten aangepast.

Een woordvoerster van minister Schouten meldt dat op 15 oktober een nieuwe versie van Aerius wordt gelanceerd. „Berekeningen worden steeds gemaakt met de meest actuele gegevens”, zegt zij. Dat maakt de erop gebaseerde vergunningen „zo robuust mogelijk.”

Kan dit ertoe leiden dat PAS-meldingen alsnog buiten de boot vallen? De woordvoerster zegt dat dit niet uitgesloten is. Om de natuur te beschermen kunnen sommige meldingen volgens haar misschien niet gelegaliseerd worden. Maar met maatwerk wordt geprobeerd „zoveel mogelijk meldingen legaal te houden”, zegt zij.

Kosten

Vraag is ook waar de stikstofruimte vandaan moet komen om alle meldingen om te zetten in een natuurvergunning. De enige mogelijkheid lijkt extern salderen. Dit betekent dat stikstofruimte van door de overheid uitgekochte boeren (na afroming) naar collega’s gaat.

Van Westreenen: „Ik vind dat de kosten daarvan niet op het bordje van de PAS-melders terecht mogen komen. Zij hebben onder de oude stikstofwetgeving immers legaal en te goeder trouw gehandeld, dat heeft de minister erkend.”

En dan is er nog een groep boeren die helemaal buiten beeld zijn. Het gaat om bedrijven met een zeer lage depositie van minder dan 0,05 mol per hectare per jaar. Onder het PAS hoefde daarvoor zelfs geen melding te worden gedaan, tegenwoordig is een vergunning verplicht. Boerenorganisatie LTO vindt dat hun situatie ook moet worden gelegaliseerd. Hoeveel boeren dit betreft, is onduidelijk. „Wij schatten het op meer dan duizend”, zegt Van Westreenen.

De adviseur vindt dat de rechten van de boeren onverkort in stand moeten blijven. „Het gaat om de betrouwbaarheid van de overheid. Als het niet anders kan, moet rechtszekerheid zwaarder wegen dan natuurbelangen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer