Hellenbroek opnieuw bij de tijd
Het vragenboekje van Hellenbroek is oud, het dateert uit 1706. Maar deze catechisatiemethode is nog steeds actueel. De commissie catechese van de Gereformeerde Gemeenten werkte de afgelopen zes jaar aan een vernieuwde methode. De klus is geklaard.
De generale synode van de Gereformeerde Gemeenten boog zich in 2010 over twee instructies over de catechese. De particuliere synode Zuidwest wilde graag meer toerustingsmogelijkheden voor catecheten. De particuliere synode Oost vroeg aandacht voor de bruikbaarheid van het vragenboekje van Hellenbroek. Geen enkele afgevaardigde bleek Hellenbroek kwijt te willen. Maar de vraag klemde wel meer en meer: hoe bereiken we de catechisant van vandaag met Hellenbroek (1658-1731)?
Uniformiteit
In de loop van de jaren waren meerdere versies van het vragenboekje in omloop gekomen, maar kennelijk voldeden die onvoldoende. Verschillende kerkenraden hadden Hellenbroek ingeruild voor andere methoden. De generale synode wilde echter meer uniformiteit, wilde terug naar Abraham Hellenbroek.
De synode stelde een commissie catechese in, die de opdracht kreeg om „een methode samen te stellen die inhoudelijk en didactisch-pedagogisch verantwoord” zou zijn. De basis daarvoor moest het vragenboekje ”Voorbeeld der Goddelijke Waarheden” van Hellenbroek blijven.
De commissie catechese stelde inmiddels twee methoden samen, één op basis van Hellenbroek en één op basis van de Heidelbergse Catechismus. De eerste twee delen van beide methoden zijn intussen in gebruik. Het derde en laatste deel komt per 1 september beschikbaar. Daarmee is aan de synodale opdracht voldaan.
Ds. A. Schot, predikant in Nunspeet, is voorzitter van de commissie catechese. Terugziend noemt hij het een groot karwei en een verantwoordelijk werk. „Toen we begonnen, waren er mensen die geen punt of komma aan het vragenboekje veranderd wilden zien. Voor anderen ging geen enkele verandering ver genoeg.”
In de nieuwe Hellenbroek-methode is een aantal elementen toegevoegd, zoals een leestekst (waarin leerstellingen worden toegelicht), een rubriek waarin kernbegrippen worden uitgelegd en een hoofdstuk met ankerplaatsen bij iedere les.
Ds. Schot: „Deze ankerplaatsen kunnen leerstellig of juist meer actueel zijn. Hier wordt de les ook toegepast op het persoonlijk leven van de catechisant. Wat hééft hij er nu aan dat hij dit verstandelijk allemaal weet? En hoe leert de Heere dit bevindelijk aan Zijn kinderen? In de ankerplaatsen wordt de verbinding gelegd tussen leer en leven, wordt de stap gemaakt van hoofd naar hart. Dát is natuurlijk ook de bedoeling van catechese. In de gezinnen kan aan de hand van de ankerplaatsen over de lesstof worden doorgepraat. Ouders hebben hiermee handvatten gekregen om in praktijk te brengen wat ze bij de doop beloofden, om „deze kinderen in de voorzeide leer naar uw vermogen te onderwijzen.””
Het vragenboekje dateert uit 1706. „Maar het voldoet nog steeds. Het verveelt ook nooit. Je kunt tienmaal de catechismus hebben bepreekt, toch word je dat nooit moe. Je kunt honderdmaal Psalm 25:2 hebben gezongen, toch word je die psalm niet zat. Zo is het ook met ”Voorbeeld der Goddelijke Waarheden”. Het is tijdloos en nog steeds actueel.”
Breed gedragen
Ds. Schot is blij dat de nieuwe Hellenbroekmethode breed gedragen wordt. „Gemeenten die al afscheid van het vragenboekje hadden genomen, keren weer terug naar Hellenbroek. Catechisanten voelen zich met het nieuwe boekje serieus genomen. Hellenbroek is nog steeds Hellenbroek, maar is geplaatst in de leefwereld van de jongeren nu.”
Inmiddels heeft de commissie catechese samen met de Gereformeerde Bijbelstichting ook gezorgd voor een taalkundige herziening van het vragenboekje. Lange zinnen zijn korter gemaakt en moeilijke woorden aangepast. De gereviseerde tekst is met ingang van september beschikbaar.
Gaandeweg het proces om te komen tot een nieuwe catechesemethode op basis van Hellenbroek deden de Gereformeerde Gemeenten in Nederland (GGiN) het verzoek of ze met de commissie mochten meelezen en eventueel voorstellen tot aanvulling mochten doen. Ds. Schot: „We zijn al sinds 2001 met de GGiN in gesprek over kerkelijke eenheid en verscheidenheid. Dit was een aangelegen moment om ons samen over Hellenbroek te buigen. We hebben daar graag positief op gereageerd.”
Vervolgopdracht
Nu de commissie catechese aan haar opdracht heeft voldaan, ligt er een volgende te wachten. Ook de Dordtse Leerregels en de Nederlandse Geloofsbelijdenis worden geactualiseerd. Er verschijnt een boekje met twintig lessen over de Dordtse Leerregels en één met twintig lessen over de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Beide worden aangeboden aan de generale synode in 2019.
Presentatie bij GBS
De Gereformeerde Bijbelstichting (GBS) presenteert op 9 september in Leerdam de nieuwe editie van ”Voorbeeld der Goddelijke Waarheden” van Hellenbroek. Daarin zijn bepaalde verouderde woorden vervangen door hedendaagse uitdrukkingen en onnodig lange zinnen ingekort. Ook is de lay-out van het catechisatieboekje nog eens onder de loep genomen en verbeterd. Ds. J. Schipper, lid van de tekstcommissie van de GBS, spreekt over ”Ds. A. Hellenbroek, schrijver van het ”Voorbeeld der Goddelijke Waarheden””. R. A. van der Garde, medewerker van het Ds. G. H. Kerstencentrum, houdt een inleiding over ”Het gebruik van het ”Voorbeeld der Goddelijke Waarheden” in de catechisatiepraktijk”.
Eerlijk, actueel en geestelijk
Eerlijk. Actueel. En geestelijk. Zo typeert H. den Hartog, ouderling van de gereformeerde gemeente in Nederland te Breukelen, het vragenboekje van Hellenbroek. „De leer wordt zo zuiver weergegeven en Hellenbroek kan als geen ander geestelijk verklaren hoe de Heere werkt in het hart van de zondaar. Daar gaat het op catechisatie toch over: Wie de Heere wil zijn voor de grootste der zondaren. En ook dat de grootste der zondaren zalig kan worden.”
Natuurlijk bevat Hellenbroek voor jongeren uit de 21e eeuw ouderwetse uitdrukkingen, zegt Den Hartog. „We hebben het over geloofstaal, over gewijde taal. Dat is anders dan de taal van vandaag de dag. Maar dan zeg ik weleens tegen de catechisanten: „Jullie kunnen zo veel leren tegenwoordig. Doe hier nu ook wat moeite voor. We zullen toch samen moeten weten Wie God is, hoe Hij Zich bekendmaakt.”
Als catecheet kan Den Hartog begrijpen dat jongeren de geloofsleer moeilijk vinden. „Als er geen geestelijk leven gekend mag worden, is er in ons hart geen plaats voor de geloofstaal van Hellenbroek. Toch moeten catechisanten met hun verstand weten hoe de Heere werkt. We zingen toch niet voor niets: „Geef mij verstand, met Godd’lijk licht bestraald.””
Den Hartog is blij met de nieuwe methode van Hellenbroek. „Het nieuwe boekje neemt mij veel werk uit handen. Als ik mij op een catechisatieles voorbereidde, zocht ik naar informatie in de Bijbel, in de kanttekeningen, in onze belijdenisgeschriften, bij de oudvaders. Het nieuwe boekje reikt veel van die informatie zelf al aan.”
Ook zijn catechisanten zijn ingenomen met het nieuwe boekje, zegt Den Hartog. „De leesteksten, de kernbegrippen en de ankerplaatsen zijn verrijkend voor hen. In het oude boekje zaten ze nooit te lezen. Nu zie je dat opeens gebeuren.”
Voor een catecheet is het onmisbaar, zegt Den Hartog, dat hijzelf bevindelijk weet waar het op catechisatie over gaat. „Als je Gods alomtegenwoordigheid alleen met je verstand moet uitleggen, dan is dat zwaar werk. Maar als je zelf in je leven hebt mogen ervaren wat het zeggen wil dat Hij overal is, dat Zijn toezicht over alle dingen gaat, dat Hij niet aan een plaats gebonden is en dat God wereldwijd regeert, dan geeft dat tijdens catechisatie geest en leven. Als je zelf hebt ervaren dat God in Zijn voorzienigheid middellijk onderhoudt, zorgt en bestuurt, dan kun je aan je catechisanten ook wel uitleggen wat Zijn voorzienigheid inhoudt.”
Den Hartog noemt zichzelf „een ouderwetse catecheet.” Een catechisatieles is voor hem geen jv-avond, ook geen discussieavond. „Er moet geloofskennis worden overgedragen. Een catechisatieles heeft dus algauw het karakter van een monoloog. Om de catechisanten toch voldoende gelegenheid te geven om met hun vragen te komen, hield ik voorheen eens per maand een aparte gespreksavond. Dan mochten ze alles vragen. Maar met het nieuwe vragenboekje ontstaat nu vaak toch al een gesprek. Die maandelijkse avond heb ik maar afgeschaft.”
Dat de Gereformeerde Gemeenten in Nederland ervoor gekozen hebben om de nieuwe Hellenbroekmethode (een initiatief van de Gereformeerde Gemeenten) te gebruiken, vindt bij Den Hartog bijval. „Het is mooi als we samen iets kunnen doen. Ik weet goed waarom ik lid ben van de Gereformeerde Gemeenten in Nederland, maar dat betekent niet dat ik het goede bij een ander niet wil zien.”
Den Hartog heeft nog geen kennis kunnen nemen van de taalkundige herziening van het vragenboekje die nu gereed is. „Ik vertrouw erop dat de waarheid geen geweld wordt aangedaan. Zolang er niet anders wordt gesproken over het werk van Gods Geest in het hart van de zondaar, is het mij goed.”
„Hellenbroek is Hellenbroek gebleven”
Ouderling M. Rodrigo is catecheet in de gereformeerde gemeente van Krimpen aan den IJssel. Hij catechiseerde eerst aan de hand van de oude methode van Hellenbroek, en inmiddels drie jaar met de nieuwe.
Rodrigo is enthousiast over de ‘nieuwe’ Hellenbroek, vooral om de volgende reden: „Hellenbroek is Hellenbroek gebleven. Hij begint waar God begint, bij de kennis van God: „Waaruit weet men dat er een God is?” Vervolgens staat hij stil bij de Heilige Schrift: „Wat verstaat u onder de Heilige Schrift?” Dan volgt een les over Gods Namen, Zijn eigenschappen en de drie Personen. En in elke les kom je tegen wat er gebeurt als God in je leven komt. Dat legt Hellenbroek allemaal zo mooi Schriftuurlijk-bevindelijk uit.”
Toen de commissie catechese van de Gereformeerde Gemeenten in 2010 aan het werk ging om te zorgen voor een nieuwe variant van deze oude catechesemethode hoorde Rodrigo op huisbezoeken nog weleens de ongeruste vraag: „Gaan ze nu in Hellenbroek aan het knoeien?” Maar die vrees was geheel onterecht, zegt hij. „De opdracht van de synode was om aan de hand van het oude vragenboekje een nieuwe methode te creëren, waarbij het accent bleef liggen op het uit het hoofd leren van vragen en antwoorden. Dat is nodig in deze tijd, want mensen hebben toch al zo weinig kennis van de leer die naar de godzaligheid is.”
Rodrigo noemt de nieuwe Hellenbroek „een zeer bevindelijk vragenboekje.” „Misschien is de taal hier en daar nog wat vierkant, maar in de gereviseerde versie zijn moeilijke woorden vermeden en lange zinnen zijn verkort. Zo catechiseer ik zelf ook. Als de zinnen soms wat duister zijn, zeg ik tegen de catechisanten: „Pak je pen en schrijf het maar anders op in je boekje. Dít wordt hier bedoeld.” Ik heb graag dat ze snappen wat ze leren. En als de formulering van Hellenbroek misschien eens wat ondoorgrondelijk is, doen we het gewoon anders. Als de waarheid maar geen geweld wordt aangedaan.”
Als moeilijke woorden noemt Rodrigo: Gods soevereiniteit, heimelijke zonden, inwendige verdorvenheid. „Jongeren weten daar geen raad meer mee. Dat sacramenten „tekenen en zegelen van Gods genade” zijn, is voor veel catechisanten ook duister. Een teken, dat gaat nog wel. Maar wat is vandaag de dag een zegel? Dat kennen ze niet meer.” Gods onmededeelbare eigenschappen vinden ze ook moeilijk. Dan zeg ik weleens: „Ik begrijp dat je dit moeilijk vindt, maar als God het in je hart verklaart, dan weet je het opeens.”
De nieuwe Hellenbroekmethode vat dogmatische begrippen samen in een apart kader en biedt een leestekst met een samenvatting van het onderwerp aan de hand van een passende Bijbeltekst. „Zo worden verouderde begrippen dichterbij gebracht. Elk hoofdstuk wordt afgesloten met ankerplaatsen, om de les te verankeren in de bronnen en de catechisant te binden aan het Woord en de belijdenisgeschriften. In de ankerplaatsen staan letterlijke citaten van oudvaders. En dan blijkt opeens dat oudvaders helemaal niet van die ingewikkelde dingen zeiden.”
Wat deze methode ook zo waardevol maakt, is dat er voortdurend een verbinding wordt gemaakt met de leefwereld van de catechisant, zegt Rodrigo. „In de lessen wordt steeds gevraagd: Wat betekent deze leerstof nu voor jou? Wat héb je eraan dat je dit weet? Zo worden de catechisanten weerbaar gemaakt in de moderne tijd. Op deze manier ziet de catechisant dat de geloofsleer precies leert hoe God een mens bekeert en hoe Hij hem verder leidt op de weg ten leven.”
En de illustraties? „Die zijn aantrekkelijk en verhelderend. Het kan nu eenmaal niet meer zonder plaatjes. Het blijft gelukkig wel allemaal ingetogen, want het gaat tenslotte om Bijbels onderwijs.”
Lees ook:
Catechese: ‘het Woord laten proeven en smaken’ (De Saambinder, 10-09-2015)
GBS neemt initiatief tot aanpassing ”Hellenbroek” (Reformatorisch Dagblad, 04-09-2015)
Catechisanten de smaak te pakken laten krijgen van „Goddelijke waarheden” (RD.nl, 02-09-2015)
GGiN doen mee met GG-methode voor catechisatie (Reformatorisch Dagblad, 11-06-2015)
GG ronden deel methodes voor catechese af (Reformatorisch Dagblad, 21-07-2015)
Altijd eigentijds catechiseren (Reformatorisch Dagblad, 13-09-2014)
GG laten methode catechese testen (Reformatorisch Dagblad, 13-09-2014)