Rusland probeert de winter voor de Oekraïense bevolking zo zwaar mogelijk te maken door vitale infrastructuur te bombarderen. Daarvoor waarschuwt secretaris-generaal Jens Stoltenberg van de NAVO tijdens een bezoek aan Den Haag. „Poetins doel is om Oekraïne donker en koud achter te laten deze winter.”
Stoltenberg sprak met de ministers Wopke Hoekstra (Buitenlandse Zaken) en Kajsa Ollongren (Defensie) over onder meer de situatie in Oekraïne. Samen met de twee bewindslieden benadrukte hij na afloop van die ontmoeting hoe belangrijk het is om Oekraïne te blijven steunen, zowel militair als humanitair.
Het kabinet maakte vorige week 110 miljoen euro extra vrij om Oekraïne de winter door te helpen. Dat geld is onder meer bedoeld om kapotgeschoten infrastructuur en huizen te repareren. Nederland heeft tot dusver in totaal 1,5 miljard euro uitgetrokken om Oekraïne te helpen de Russische invasie het hoofd te bieden.
In militair opzicht staat Oekraïne er wel beter voor dan toen de oorlog begon. De herovering van de stad Cherson op de Russen is volgens Ollongren niet alleen een „morele boost”, maar ook van belang voor hoe de oorlog afloopt. „Een sterke positie op het slagveld betekent een sterke positie aan de onderhandelingstafel.”
En de onderhandelingstafel is toch de plek waar de meeste oorlogen worden beëindigd, aldus Stoltenberg. Wat daar voor Oekraïne een aanvaardbare uitkomst is, „is aan Oekraïne zelf om te bepalen”, benadrukt hij. Het enige dat de NAVO kan doen is „koers houden” door alle benodigde hulp te blijven bieden.
De NAVO-chef wijst er ook op dat Rusland ondanks de recente militaire nederlagen nog steeds grote delen van Oekraïne onder controle heeft. Het beschikt ook nog altijd over een grote krijgsmacht, die bovendien „bereidheid heeft getoond om zware verliezen te incasseren”.
Stoltenberg hamert er nog maar eens op dat alleen Rusland de oorlog kan stoppen door te stoppen met vechten. „Als Oekraïne stopt met vechten, is er morgen geen Oekraïne meer”.