Wie met de auto op vakantie gaat, weet dat het kan gebeuren: pech onderweg. Gelukkig is er de ANWB; de redder in nood voor iedere gestrande vakantieganger. De praktijk blijkt echter weerbarstig. Volledig onbezorgd de reis vervolgen, zit er na het onheil vaak niet meer in.
De Koninklijke Nederlandse Toeristenbond ANWB heeft het drukker dan ooit. De alarmcentrale kreeg de eerste vier weken na de start van het hoogseizoen begin juli al ruim 280.000 telefoontjes met hulpvragen uit binnen- en buitenland. Het aantal buitenlandse voertuighulpverleningen, zoals het wegslepen van een auto of het regelen van vervangend vervoer, steeg met 34 procent ten opzichte van de pre-coronazomer van 2019.
De organisatie waarschuwde een maand geleden al voor een extreem drukke zomer. Waar een paar jaar geleden alleen augustus nog de maand van eindeloze files en zwarte zaterdagen was, is het tegenwoordig de hele zomer druk op Europa’s wegennetwerk. Door toenemend verkeer zou ook het aantal pechgevallen stijgen. Wie stil komt te staan met een kapotte auto, moet dan ook op langere wachttijden rekenen, zo was de boodschap van de ANWB begin juli. Die voorspellingen blijken nu uit te komen.
Volgens Sanne Over, woordvoerder van de ANWB, heeft de drukte bij de alarmcentrale verschillende oorzaken. „Bijna alle coronabeperkingen zijn opgeheven in de vakantielanden, dus mensen kunnen weer vrij reizen. Daarnaast is de situatie op verschillende luchthavens onzeker. Mensen kiezen deze zomer daarom vaker voor een autovakantie.”
De toeristenbond is vanwege de verwachte drukte in oktober vorig jaar al begonnen met het nemen van voorzorgsmaatregelen. Over: „Rond die tijd zijn we gestart met het werven van personeel voor de alarmcentrale. Daarnaast hebben we de vloot met huurauto’s uitgebreid en die voertuigen verdeeld over een flink aantal vakantiegebieden.”
Volgens de woordvoerder was die uitbreiding hard nodig. „Door de coronacrisis zijn veel buitenlandse autoverhuurbedrijven noodgedwongen gekrompen. De ANWB is deels afhankelijk van die lokale ondernemingen voor vervangend vervoer ter plaatse. Om de verwachte krapte te beperken, hebben we onze eigen vloot uitgebreid met 20 procent.”
Desondanks is het volgens Over niet altijd vanzelfsprekend dat er direct vervangend vervoer beschikbaar is bij een pechgeval in het buitenland. „De ANWB heeft tijd nodig om de auto weg te slepen en een diagnose te stellen om te bepalen welke reparatie nodig is. Mocht de auto binnen 48 uur niet gerepareerd kunnen worden, dan heeft de gebruiker recht op vervangend vervoer. Door het tekort aan huurauto’s moeten we echter soms op zoek naar alternatieven. Dan kan het gebeuren dat iemand met de trein naar huis moet en we de auto op een later tijdstip naar Nederland laten vervoeren.”
Daarnaast werkt de ANWB samen met zusterclubs in het buitenland, zoals de Duitse ADAC of het Zwitserse TCS. En die werken soms net wat anders dan het ANWB-lid van de Nederlandse bond gewend is. Iets wat ook duidelijk terug te zien is in reviews op internet: de binnenlandse pechhulp van de ANWB wordt hoog gewaardeerd, de buitenlandse scoort regelmatig slechts één ster.
Volgens Over doet de ANWB er echter alles aan om de gestrande vakantieganger een verdere onbezorgde vakantie te geven. „Wij zijn 24/7 bereikbaar en draaien op volle toeren, maar kampen ook met personeelstekorten. Daardoor loopt de wachttijd voor de hulpverlening al snel op.
Daarnaast verblijven sommige vakantiegangers in afgelegen gebieden, met soms maar één garage in de wijde omgeving. Dan is het logisch dat de auto niet direct gerepareerd kan worden. Ook zit er vaak levertijd op onderdelen.” In zulke gevallen kan het zijn dat vastgelopen reizigers moeten overnachten in de buurt van de autogarage, wachtend op de reparatie van hun kapotte auto.
Een pechgeval heeft dan ook vaak grote gevolgen voor de verdere vakantie. Regelmatig hangt een gestrande automobilist aan de lijn met de ANWB over een reparatie of voor het regelen van vervangend vervoer. Echt relaxen zit er daarom vaak niet meer in. Een dubbele zomercheck voordat er koers gezet wordt naar het vakantieoord, is voor een volgende trip dan ook geen overbodige luxe.