Landbouwminister Henk Staghouwer maakt zich in Brussel nog altijd sterk voor behoud van de zogeheten derogatie voor de Nederlandse landbouw. Het lijkt vechten tegen de bierkaai. Opmerkelijk genoeg dreigen naast de boer het milieu en het klimaat de dupe te worden.
Minister Staghouwer verwacht omstreeks woensdag de Tweede Kamer „meer duidelijkheid” te geven over het verloop van de gesprekken. Dat die „moeizaam” verlopen, moest hij afgelopen week al erkennen.
De derogatie, dat heeft toch iets met mest te maken?
Inderdaad. Het gaat om een afwijking van de basisregel die in Europa geldt voor het uitrijden van dierlijke mest over landbouwgrond. Volgens die regel mogen boeren jaarlijks zoveel mest uitrijden als overeenkomt met 170 kilogram stikstof per hectare. Maar in Nederland mogen ze onder bepaalde voorwaarden tot 230 of 250 kilo uitrijden. Zo’n 17.000 veehouders maken van die mogelijkheid gebruik.
Waarom geldt er een maximum voor het uitrijden van mest?
Als er meer stikstof in de grond terechtkomt dan het gewas opneemt, kan dit in de vorm van nitraat uitspoelen naar het grondwater. Europese wetgeving, de Nitraatrichtijn, wil dit water tegen verontreiniging met nitraat beschermen. Op deze richtlijn is die 170 kilo gebaseerd.
Wat is er mis met nitraat in grondwater?
Het bedreigt de drinkwatervoorziening. Nitraat is heel moeilijk uit het water te verwijderen. Als mensen een overmaat nitraat binnenkrijgen, kunnen ze ziek worden. De beste maatregel is daarom voorkomen dat er te veel nitraat in het grondwater terechtkomt.
Waarom hebben Nederlandse veehouders dan toch die uitzondering?
Dat is heel eenvoudig: planten hebben stikstof (nitraat) nodig om te groeien. Nederlandse landbouwgrond is over het algemeen zo vruchtbaar en het klimaat zo gunstig, dat gewassen er hoge opbrengsten bereiken. Daarom hebben ze veel stikstof nodig.
Uit metingen van de onderzoeksinstituten RIVM en Wageningen Economic Research blijkt dat de derogatie geen negatieve effecten heeft op de waterkwaliteit.
Als de derogatie vervalt, hebben de boeren dan een alternatief?
Ja. De derogatie geldt voor stikstof uit dierlijke mest van graasdieren, zoals koeien en schapen. Boeren kunnen een eventueel tekort aanvullen met kunstmest.
Wat is dan het probleem?
Veehouders zullen voor (een deel van) de mest van hun dieren een andere bestemming moeten zoeken, bijvoorbeeld export of verwerking of verbranding. Dat kost geld. Tegelijk moeten boeren extra kunstmest aankopen om hun gewassen te laten groeien. Ook dat kost geld. Vooral de melkveehouderij zal worden geraakt. Volgens boerenorganisatie LTO Nederland levert het verlies van de derogatie deze veehouders een inkomensverlies van zo’n 25.000 euro op.
Maar het milieu is er zeker wel bij gebaat?
Nee. Volgens minister Staghouwer pakt het niet verkrijgen van de derogatie juist ongunstig uit voor het milieu. Zo neemt volgens hem het risico op overbemesting en fraude toe. Ook verwacht hij dat boeren een deel van hun grasland zullen omzetten in bouwland. Een voorwaarde voor derogatie is namelijk dat minimaal 80 procent van het areaal van een boer uit grasland bestaat. Als de derogatie vervalt, vervalt uiteraard ook die voorwaarde. Maar vergeleken met grasland is er op bouwland meer kans op stikstofverliezen naar grond- en oppervlaktewater.
Daar komt nog bij dat grasland relatief veel van het broeikasgas CO2 vastlegt. Minder grasland pakt dus ook op dit aspect negatief uit en botst met de klimaatopgave die ook op de landbouw afkomt.
Extra kunstmest is ook ongunstig?
Niet alleen voor de portemonnee van de boer, maar ook voor het klimaat. Voor de productie van kunstmest is namelijk aardgas nodig. Bij de verbranding ervan komt CO2 vrij. Loonwerkersorganisatie Cumela heeft volgens vakblad Boerderij berekend dat boeren bij het wegvallen van de derogatie zo’n 12,7 miljoen ton rundveemest moeten afvoeren en dat ze 24.400 ton extra kunstmest nodig hebben.
De bewindsman heeft die zorgen toch wel in Brussel verwoord?
Dat heeft hij zeker, maar de Europese Commissie wil dat Nederland meer werk maakt van verbetering van de waterkwaliteit in het algemeen en van zorg voor het milieu. Brussel gebruikt de derogatie om hierbij druk op de ketel te zetten. Zo werden bij de laatste verlenging van de derogatie, in 2020, voorwaarden gesteld die niets met nitraat in grondwater te maken hadden.
Ook wil Brussel dat Nederland bufferstroken met een breedte van 3 meter naast sloten aanhoudt. In Nederland is 2 meter gangbaar. Een bredere strook pakt volgens onderzoek niet beter uit voor de waterkwaliteit maar kost in gebieden met veel sloten wel veel landbouwgrond, redeneert het ministerie van Staghouwer.
Is Nederland het enige land dat om derogatie vraagt?
Nee. Ook in Denemarken, Ierland en een deel van België mogen boeren meer mest uitrijden dan volgens de basisnorm. In Ierland is die hoeveelheid dit jaar verlaagd van 250 naar 220 kilogram stikstof per hectare.