BEAM-chef: EO-jongerendag was een schot hagel
De EO-jongerendag is in zekere zin „een schot hagel”, zegt Maarten Vermeulen, de baas van BEAM.
De 46e editie van de EO-jongerendag, zaterdag in de Rotterdamse Ahoy, verschilt flink van de eerste in 1975. De toespraken zijn korter, het showelement groter, de muziek heftiger en moderner. Tegelijk viel op dat het programma dit jaar niet startte met muziek, maar met een speech. Maarten Vermeulen (42), de baas van de jongerenafdeling BEAM: „Dat hebben we bewust gedaan. Als je als thema ”Speak Life” kiest, en je iets wilt overdragen van de kracht van woorden, dan moet je ook met het woord beginnen. Nee, lange toespraken hebben we tegenwoordig niet meer. We knippen de boodschap nu op in drie voordrachten van maximaal negen minuten. Met daar tussendoor videootjes en getuigenissen. Per saldo luister je dan misschien wel naar een preek van een uur. Maar dat heb je, als je er zit, eigenlijk niet door.”
Dat op de EO-jongerendag veel jongeren uit gevestigde kerken aanwezig zijn, ook uit reformatorische hoek, staat voor Vermeulen vast. „Hoeveel? Dat weet ik niet. Wel denk ik dat er dit keer wat meer kleur in onze bezoekers zat. Dat komt deels doordat we, met de keuze voor Ahoy, in de Randstad zitten. Maar ook doordat we vooraf contact hebben gezocht met migrantenkerken. En we hadden natuurlijk ook enkele zwarte sprekers en artiesten.”
Strijdt het gekozen muziekgenre, met rappers, een stevige beat en onrustige lichteffecten, niet met de heiligheid van God of met de wijze waarop Hij Zelf zegt gediend te willen worden?
„Als God de creativiteit in mensen legt om zoveel verschillende muziekstijlen te ontwikkelen, dan denk ik dat je Hem op meer manieren kunt dienen dan alleen op hele noten en met orgelmuziek. Velen willen springen en bewegen bij de blijdschap die ze voelen. Als EO willen we een zo breed mogelijk publiek bereiken. Daarom vragen we ook iemand als Sterre Koning, die op sociale media 500.000 volgers heeft. Nee, zij schreeuwt niet van de daken dat ze christen is. Maar het mooie is dat christelijke jongeren haar kennen, maar ook jongeren die niet in de kerk zitten. Die willen we ook raken.”
Wórdt die laatste groep, op een dag als deze, nu ook echt geraakt door de boodschap van de Bijbel?
„Dat weet je natuurlijk nooit zeker. Wat wij afvuren, is in zekere zin een schot hagel. Je weet van al die jongeren niet waar ze vandaan komen en wat ze hebben meegemaakt. Maar ik zou al blij zijn als er íéts is wat ze aanspreekt, als er één zin is die blijft hangen. En zulke dingen horen we gelukkig ook regelmatig.”