Ds. Joppe: Pastorale begeleiding bij verlies kan beter
Hoe kunnen ambtsdragers goed ondersteuning bieden bij verlies? Vier stichtingen voor lotgenotencontact bij verlieservaringen hebben een enquête uitgezet waarin die vraag centraal staat.
Het gaat om de stichtingen ”In de knop gebroken”, ”Naamloos verdriet”, ”Winstuitverlies” en ”Samen alleen”. Ds. J. Joppe, van wie in 2003 een zoon overleed, is voorzitter van ”Naamloos verdriet”. Die stichting is voor ouders die een kind verloren. De predikant van de hersteld hervormde gemeente in Barneveld denkt dat de pastorale begeleiding bij verlieservaringen beter kan. „Gelukkig gaat het meestal goed. Maar dan is de vraag: Wat kunnen we van die situaties leren?”
De uitkomsten van de enquête worden gebruikt voor toerustingsavonden voor ambtsdragers op 17 en 24 juni in Barneveld en Gorinchem. Ds. Joppe hoopt dat predikanten, ouderlingen, diakenen en pastoraal werkers hun voordeel doen met de uitkomsten van het onderzoek. „Ik hoor vaak van hen dat ze er erg tegenop zien om een bezoek te doen na een verlies.”
Waarom is de enquête uitgezet?
„We vragen aan gemeenteleden, hulpverleners en ambtsdragers in een vragenlijst hoe hun ervaringen zijn. We horen bij de vier stichtingen namelijk heel verschillende verhalen over hoe mensen door ambtsdragers geholpen of juist niet geholpen zijn in hun rouwperiode. Zo kunnen we in kaart brengen wat als positief of juist als negatief ervaren wordt. Al verschilt het heel erg van persoon tot persoon wat men echte steun vindt.”
Wat zijn voorbeelden van negatieve ervaringen?
„Dat er in het begin wel veel meeleven is, maar dat het later vergeten lijkt te worden. Er zijn ambtsdragers die na het verlies van een kind de ongelukkige opmerking maken: „Gelukkig hebben jullie er nog zes.” Soms horen we ook dat mensen bij een wisseling van ambtsdragers bij de nieuwe wijkouderling merken dat die niet weet wat er gebeurd is in een gezin. Dat kan heel pijnlijk zijn. Een goede administratie of overdracht van wat er gebeurd is in een familie, is dus heel belangrijk.”
Welke positieve ervaringen noemen mensen met pastorale begeleiding?
„Het helpt als er snel pastorale begeleiding is bij een overlijden. Het gaat erom betrokkenheid te tonen. Ambtsdragers hoeven niet veel te zeggen. Soms is het juist ook goed om te zwijgen, omdat het zó erg is: „Hier zijn geen woorden voor.” De vrienden van Job deden beter met hun zwijgen dan door hun spreken. En iets meegeven vanuit het Woord wordt vaak als heel fijn ervaren.”
U geeft aan dat het van persoon tot persoon verschilt hoe frequent men pastoraal bezoek wil of wat troostende woorden zijn. Hoe kan een ambtsdrager weten wat een persoon of gezin prettig vindt?
„Het is belangrijk om te vragen aan het gezin of de persoon wat men graag wil. „Vindt u het goed als ik over twee weken weer langskom?” En stem als kerkenraad onderling ook goed af hoe vaak je komt. Komt er een nieuwe wijkouderling, dan is het belangrijk om ook zulke dingen door te geven. En geef bijvoorbeeld de datum van het overlijden van het familielid door, zodat de nieuwe broeder aandacht kan geven rond die tijd. Want vaak maken mensen het hele proces nog eens door rond die bewuste datum.”
De verwachtingen die gemeenteleden hebben van een ambtsdrager, kunnen best hoog zijn. Wat moet een ambtsdrager daarmee?
„Een ambtsdrager hoeft het niet alleen te doen. Het is belangrijk dat ook de gemeente meeleeft bij rouw en verlies. „Als één lid lijdt, lijden alle leden mee.” In de enquête vragen we ook naar de ervaringen met de gemeente. Als ambtsdrager kun je zo goed mogelijk je best doen. Soms kun je een gezin goed bijstaan doordat je zelf ook verlies hebt ervaren. Maar je mag ook leren van de fouten of juist de goede punten van anderen.
Tegelijk blijven ambtsdragers onvolmaakte mensen. Ze falen en schieten tekort. Degene die werkelijk pastorale zorg kan verlenen, 24 uur per dag en zeven dagen per week, is de Heere Zelf. Hij is de grote Pastor. Maar ambtsdragers mogen er best meer nadenken over wat ze zelf beter zouden kunnen doen. Daar zijn deze vragenlijst en toerustingsavonden voor.”
ds. J. Joppe over pastorale begeleiding bij verlieservaringen