Politiek

Een goed voornemen voor de Kamer: slow politics

Het klinkt misschien raar na een formatie die veel te traag verliep. Toch is dit één van de beste dingen die de Kamer, die donderdagavond op reces ging, zich voor 2022 kan voornemen: serieus werk maken van slow politics. Meer presteren door minder te doen.

18 December 2021 16:00
Kees van der Staaij (SGP), beeld ANP, Bart Maat
Kees van der Staaij (SGP), beeld ANP, Bart Maat

„We hebben een overijverige Kamer”, zei voorzitter Bergkamp donderdagmorgen, toen zij van SGP’er Van der Staaij een rapport in ontvangst nam met voorstellen voor een betere werkwijze van de volksvertegenwoordiging. „De uitdaging wordt hoe we de werkzaamheden kunnen beperken.”

En inderdaad, je hoeft er geen politicus voor te zijn om te weten dat je een hele dag kunt draven en slaven en toch (te) weinig presteren. Als je de verkeerde prioriteiten stelt, aan te veel klussen begint zonder er één af te maken, te vaak ad hoc reageert op een verzoek van een collega of klant.

Dat probleem speelt ook in het parlement; al jaren. Doordat Kamerleden koortsachtig reageren op incidenten en nieuwsberichten en doordat ze overal meteen een debat over willen, komen ze aan grondig controleren van het kabinet niet toe. En komt met name het zorgvuldig behandelen van wetsvoorstellen in de knel. Sinds 2011 is het aantal debatten dat aan wetgeving wordt besteed nota bene bijna gehalveerd. Waar die ontwikkeling toe kan leiden, liet de affaire rond de kinderopvangtoeslagen pijnlijk zien.

Het mooie van het rapport van Van der Staaij, dat hij schreef samen met de Kamerleden Geurts (CDA), Leijten (SP), Kamminga (VVD), Sneller (D66) en Van der Plas (BBB), is dat het concrete, relatief eenvoudige en direct toepasbare voorstellen bevat. Voorbeelden? Reserveer op de agenda elke week één dag waarop niet over eendagsvliegen wordt gedebatteerd, maar over wetsvoorstellen. Zorg dat bewindslieden niet voortdurend in de rede gevallen kunnen worden. Leg vast dat er een eindtijd is voor debatten, zoals in Canada, waardoor het geredekavel niet meer tot diep in de nacht duurt. En werk als fracties meer samen door naar Brits voorbeeld het instrument van de verkenning in te voeren: commissieleden doen samen vooronderzoek naar een wetsvoorstel.

Sinds verkenner Ollongren ons een kijkje gunde op haar aantekeningen en iedereen zag dat binnenskamers werd nagedacht over een ”functie elders” voor die lastige Omtzigt, zindert het in Den Haag van verlangen naar een ”nieuwe bestuurscultuur”. Eén van de elementen: de Kamer moet, meer dan tot nu toe het geval is, een ”tegenmacht” voor de regering zijn. Dat betekent dat het parlement best een andere werkwijze mag eisen van het kabinet –betere informatievoorziening bijvoorbeeld–, maar dat het ook zichzelf moet aanpakken. Van der Staaij biedt daarvoor bruikbare handvatten.

Meer rust inbouwen. Een beter timemanagement. Waardoor Kamerleden –een fenomeen van de laatste tijd– niet zo snel overwerkt raken en er toch meer werk wordt verzet.

Kan dat? Ja hoor, Van der Staaij is er zelf het voorbeeld van. Want hoe kan iemand die al vanaf 1998 Kamerlid is, nog steeds zo energiek zijn werk doen? En hoe kan een lid van een kleine fractie naast zijn gewone werk ook nog een commissie voor een betere werkwijze voorzitten? Inderdaad, door planning en het stellen van prioriteiten. Dat geeft hoop voor de rest van de Kamer; daar kunnen anderen zich aan optrekken.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer