Vrees voor toename online gokken na legalisering
Hulpverleners houden hun hart vast: vanaf nu is online gokken legaal. „Verruiming van de mogelijkheden leidt tot toename van het gebruik.”
Holland Casino, de Nederlandse Loterij en nog acht aanbieders mogen vanaf vrijdag online kansspelen aanbieden. De nieuwe wet voor kansspelen op afstand is bedoeld om het gebruik van illegale websites tegen te gaan.
Door een vergunningstelsel moet een veilig marktsegment ontstaan waarin spelers tegen grote risico’s zijn beschermd. De Kansspelautoriteit, een door de overheid aangestelde toezichthouder, krijgt extra mogelijkheden om op te treden tegen illegale aanbieders van gokspelletjes.
Binnen Europa is Nederland een van de laatste landen die tot legalisering overgaat. Het had nogal wat voeten in de aarde voordat het zover was. De wet, bedoeld om grip te krijgen op de digitale gokmarkt, werd al in 2012 geïntroduceerd.
De Tweede Kamer ging in juli 2016 akkoord. De Eerste Kamer had aarzelingen. Uiteindelijk kreeg de wet steun van VVD, D66, PVV, PvdA en GroenLinks; in de Senaat samen goed voor 44 van de 75 zetels. CDA, ChristenUnie, SGP, SP, PvdD, Onafhankelijke Senaatsfractie (OSF) en 50PLUS vinden dat de overheid te optimistisch is over de positieve gevolgen van de wet. Volgens hen maakt legalisering het online gokken alleen maar verleidelijker. Ze voorzien dat het aantal probleemspelers zal toenemen.
De Eerste Kamer had zoveel vragen aan staatssecretaris Dekker van Rechtsbescherming dat de stemming over de wet in februari 2019 wekenlang werd uitgesteld. De Senaat vroeg zich af of de wet voldoende mogelijkheden biedt om buitenlandse aanbieders met een slechte staat van dienst (tijdelijk) van de markt te weren. En kan de overheid wel genoeg optreden tegen reclame op sociale media die jongeren en andere kwetsbare groepen aanzet tot gokken? Een laatste punt van zorg was het ontbreken van bevoegdheden om de websites van foute aanbieders te blokkeren. De Tweede Kamer wilde dat niet, want ze vond dat overheden zich niet moeten bemoeien met de technische werking van het internet. De Eerste Kamer had daar bedenkingen bij.
Register
Uiteindelijk aanvaardde het parlement de wet. Nu, ruim tweeënhalf jaar later, wordt ze van kracht.
Gokken, pokeren, wedden, het gebeurt steeds vaker vanachter de smartphone of computer. Er gaan vele honderden miljoenen euro’s in om. De overheid wil zicht krijgen op de deelnemers om hen beter te kunnen beschermen. De nieuwe wet bepaalt dat gokkers in een centraal register worden opgenomen. Ze moeten vooraf aangeven hoeveel tijd en geld ze aan het gokken willen besteden. Als ze over hun limiet heengaan, krijgen ze een waarschuwing.
Wanneer een speler problematisch gedrag blijft vertonen, moet het casino dat melden bij de Kansspelautoriteit. Die kan een gokverbod opleggen. De speler mag dan niet langer gebruikmaken van het legale gokaanbod in Nederland.
De legale aanbieders mogen reclame maken voor het gokken. Ze kunnen echter forse boetes krijgen als ze onvoldoende optreden.
Winstbejag
De wet moet niet alleen kansspelverslaving, maar ook criminaliteit tegengaan. Hulpverleners in de verslavingszorg kijken er echter met bezorgdheid naar, zegt Frans Koopmans, beleidsmedewerker bij De Hoop in Dordrecht. „Als je iets legaliseert, stijgt het aantal gebruikers. Deze zorg wordt breed gedeeld in de geestelijke gezondheidszorg (ggz).” Het is ook de ervaring in andere Europese landen die tot legalisering overgingen: het aantal gokkers nam toe.
Naar schatting hebben 800.000 Nederlanders weleens een gokje gewaagd via een illegale website. „De nieuwe wet beoogt dat de aanbieders zorg dragen voor hun spelers en ingrijpen bij overmatig gokgedrag”, zegt Koopmans. „Het zijn echter commerciële bedrijven. Die zijn gericht op winst, op een zo groot mogelijk aantal gebruikers. De legalisering lokt mensen aan om online te gaan gokken. En op internet zullen ook de illegale aanbieders actief blijven. Legalisering lost de problemen niet op.”
Verslaving
Of christenen aan gokken en loterijen mee mogen doen, daarover bestaat verschil van visie, zegt Koopmans. „Voor degenen die de drempel overgaan, geldt: maathouden. Net als bij alcoholgebruik. Het gaat mis als mensen er te veel tijd en geld in steken en als het ten koste gaat van de concentratie, de nachtrust en relaties.”
Onderzoek van het Kennisinstituut Christelijke GGZ (KICG) wees in 2019 uit dat in één op de zes gezinnen in de gereformeerde gezindte iemand met verslavingsproblemen kampt. Gokken komt heel beperkt voor. „De geconstateerde verslavingsproblematiek betrof met name alcohol, roken en softdrugs. Bij De Hoop krijgen we echter ook met enige regelmaat hulpvragen van mensen die worstelen met gokverslaving en daar op eigen kracht niet vanaf kunnen komen.”
Cijfers zijn lastig te geven: „Tot 2013 stond gokstoornis niet eens vermeld bij de diagnoses waaruit we bij de registratie kunnen kiezen. Vaak is zo’n verslaving een deel van een complex aan moeilijkheden die iemand heeft, of een uiting van bijvoorbeeld een impulscontrolestoornis.”
Behandeling
De behandeling van verslavingen is dan ook complex. „Excessief drinken of gokken is vrijwel altijd een uiting van dieperliggende, samengestelde problematiek. Daarop moet je de behandeling dan ook richten. Als je alleen de gevolgen aanpakt, blijft de oorzaak bestaan. Verslaafden beseffen dat ze een probleem hebben, maar ze komen er op eigen kracht niet los van.”
Hoe lang een behandeling duurt, is volgens Koopmans niet te zeggen. „Twintig jaar geleden kon dat bij De Hoop wel twee jaar zijn. Nu wordt een verslaving in eerste instantie zoveel mogelijk ambulant behandeld vanuit een polikliniek. Als iemand zijn probleem niet onder controle krijgt, schalen we op naar een intensievere therapie.”