Prof. dr. Christoph Raedel, de theoloog die door de rechtbank van Bremen is aangesteld als deskundige in de zaak tegen ds. Olaf Latzel, ziet gepraktiseerde homoseksualiteit als „zonde.”
Dat zei de hoogleraar aan de Vrije Theologische Hogeschool in het Duitse Giessen vrijdag tegen de evangelische persdienst EPD.
Raedel sprak uit dat hij volledig instemt met de visie van zijn evangelisch-methodistische kerk, namelijk dat de praktisering van homoseksualiteit niet kan worden aanvaard „en dat deze handelswijze onverenigbaar is met de christelijke leer.” Die kerk distantieerde zich dit weekend echter van zijn uitspraken die hij als „privépersoon” gedaan heeft, liet een woordvoerder weten. Raedel zou weliswaar een document van de kerk juist hebben geciteerd, maar niet genoemd hebben dat in de Duitse versie hiervan wordt aangegeven dat binnen de methodistische kerk verschillende opvattingen hierover bestaan. Volgens de woordvoerder benadrukt het Duitse document juist dat discriminatie richting homo’s in de kerk geen plaats heeft.
Raedel, hoogleraar dogmatiek en geschiedenis van de theologie, beschouwt homoseksualiteit als „een symptoom van de gevallen toestand van de wereld, die de vervreemding van mensen van God toont.” Daarom moet gepraktiseerde homoseksualiteit volgens Raedel als zonde worden aangemerkt. Ook stelt de theoloog dat seksuele oriëntatie „fluïde” is. Zo zou een homoseksueel die tot geloof komt van seksuele voorkeur kunnen veranderen. „Ik ga, in lijn met de wetenschap, uit van de veranderbaarheid van een seksuele oriëntatie en wel in alle richtingen, bijvoorbeeld ook van heteroseksueel tot homoseksueel.”
Raedel, die als deskundige werd aangedragen door de verdediging van ds. Latzel, zou door de rechtbank zijn aangesteld omdat hij zich als wetenschapper intensief heeft beziggehouden met de thema’s seksualiteit en gender.
Ds. Latzel werd in november vorig jaar veroordeeld wegens „het aanzetten tot haat” tegen homoseksuelen en transgenders. De Bremer predikant ging daartegen in beroep. De rechter heeft Raedel nu gevraagd om aan te geven of ds. Latzel zich voor zijn uitspraken op de Bijbel kan beroepen. Raedel zal hiervoor een vragenlijst moeten beantwoorden die door justitie, de rechtbank en de verdediging van Latzel is vastgesteld. Het proces zal waarschijnlijk begin volgend jaar plaatsvinden.
