In de Amerikaanse staat Texas is de strengste abortuswet van de Verenigde Staten ingegaan. Vrouwen mogen hun zwangerschap na zes weken niet meer beëindigen, terwijl ze op dat moment vaak nog niet weten dat ze zwanger zijn. Ook kan iedereen een vrouw of abortuskliniek aanklagen als zij zich niet aan de wet houden.
Belangenorganisaties probeerden bij het Hooggerechtshof te voorkomen dat een abortus in Texas na zes weken zwangerschap wordt verboden, maar dat haalde niets uit. Het hof stemde woensdag met 5-4 tegen het noodverzoek van de organisaties, die claimen dat de wet ervoor zorgt dat abortus onmogelijk wordt voor zeker 85 procent van de Texaanse vrouwen die de procedure willen ondergaan.
De wet zorgt voor felle kritiek, onder meer van de Amerikaanse president Biden die spreekt over een „onmiskenbare schending” van grondwettelijke rechten. Biden vindt het vooral „schandalig” dat burgers als een soort verklikkers de mogelijkheid krijgen rechtszaken aan te spannen tegen iedereen die een andere persoon zou hebben geholpen een abortus te ondergaan. Het kan daarbij zelfs gaan om familieleden, zorgpersoneel, receptionisten van een kliniek of vreemden zonder band met het individu.
Texanen worden aangemoedigd zelf juridische stappen te ondernemen tegen mensen die zijn betrokken bij een illegale abortus. Burgers kunnen zeker 10.000 dollar (bijna 8500 euro) krijgen als ze een zaak winnen. In een tiental andere Amerikaanse staten probeerden politici vergelijkbare abortuswetten door te voeren, maar die werden steeds tegengehouden door hoge rechters.
Ook vicepresident Kamala Harris is boos. In een verklaring noemt ze de nieuwe wet, die woensdag van kracht werd, een „totale aanval” op de gezondheid rond de zwangerschap. Volgens haar treft het „verbod” bijna 7 miljoen vrouwen in Texas. Betrokkenen zullen nu worden gedwongen om buiten de staat hulp te zoeken of hun zwangerschap tegen hun wil uit te dragen.