Raar dat rechts won en coalitie misschien linkser wordt?
Raar hoor, die formatie van 2021. Een rode draad in de verkiezingsuitslag was immers dat links verloor en rechts won. Hield de PvdA op 17 maart nog de nullijn, SP en GL verloren samen elf zetels. Rechts kreeg per saldo versterking. Tegenover verlies van CDA en PVV stond dat de VVD een zetel won, dat FVD met zes zetels groeide, dat JA21 met drie zetels zijn entree in de Kamer maakte en dat BBB met één ster aan het Haagse firmament verscheen.
Toch is er na zo’n drie maanden formeren nog een gerede kans dat een nieuwe coalitie een linksere signatuur krijgt dan de huidige. Toegegeven, welke partijen nu écht met elkaar gaan onderhandelen, weten we nog niet. Maar een coalitie van VVD, D66, CDA en GL geldt nog altijd als een reële. Terwijl rechts in de Kamer een meerderheid heeft.
Het is niet verwonderlijk dat hierover in kringen van PVV en FVD soms gemopperd wordt. De situatie hééft iets vreemds. Bovendien past dit klagen goed in het wereldbeeld van populistisch-rechts: ze moeten ons niet. De linkse elite doet er alles aan ons het zwijgen op te leggen, om het rechtse geluid in de media en op universiteiten te smoren en om de stem van de meerderheid van het volk te negeren.
Toch passen bij die visie kanttekeningen. Want het mag dan zo zijn dat D66, PvdA en GL per definitie en bij voorbaat niets moeten hebben van PVV en FVD, vanwege hun visie op migratie, milieu en EU; datzelfde geldt in die intensiteit niet voor VVD en CDA. Dat PVV en FVD ook bij hen niet in beeld zijn als coalitiepartner heeft tenminste drie oorzaken.
Eén: de verdeeldheid en instabiliteit van uiterst rechts. Dat speelt het sterkst bij de repeterende breuk die FVD bleek te zijn. De PVV is stabieler, maar net als Forum sterk afhankelijk van de grillen en luimen van één man. Alleen dat al maakt nauw en langdurig samenwerken met zo’n partij, zoals in 2012 bleek, risicovol.
Twee: de zware en persoonlijke aantijgingen die rechtse politici de afgelopen jaren bezigden richting politieke opponenten. Zo maakt Rutte, volgens Wilders, „het land kapot.”
Hoort gewoon bij het spel? Doen anderen ook? Mmm, zelfs in Den Haag zijn er grenzen aan wat je een tegenstander naar het hoofd kunt slingeren zonder de onderlinge verhoudingen blijvend te beschadigen. Toen Omtzigt in de CDA-lijsttrekkersstrijd gevraagd werd of hij een coalitie met FVD uitsloot, sloeg hij –met verwijzing naar Baudets uitspraak dat alle middenpartijen, inclusief VVD en CDA, „uit zijn op de vernietiging van Nederland”– de spijker op de kop door meteen te repliceren: „Zíj sluiten óns uit.”
Drie: de radicale standpunten van partijen als PVV en FVD. Let wel, natuurlijk is het geoorloofd in je verkiezingsprogramma voor te stellen (zoals de PVV doet) een ministerie van de-islamisering op te richten. En natuurlijk mág je je radicaal tegen het coronabeleid van het kabinet keren en dat als belachelijk en desastreus voorstellen. Maar hoe verder je naar de ene of de andere flank schuift, hoe lastiger samenwerking wordt. Dat is de consequentie.
Rechts van het bootje gaan hangen heeft een nuttige, corrigerende functie als het vaartuig te veel naar links koerst. Maar wie te ver uit de boot hangt, valt op een gegeven moment in het water. Terug klimmen lukt dan haast niet meer. Zeker niet als de rest van het gezelschap doorvaart.