Steeds meer Indiase deelstaten nemen nieuwe, aangescherpte wetgeving omtrent bekeringen aan. Predikanten maken zich daar grote zorgen over. „Deze wetten leiden tot onverdraagzaamheid.”
Negen Indiase deelstaten kennen inmiddels wetgeving rondom bekeringen. Een aantal van deze regio’s scherpte in de afgelopen maanden de regels flink aan. Vaak dragen die nieuwe wetten de naam ”Freedom of Religion Bill”. „In werkelijkheid beperken ze de vrijheid van godsdienst”, aldus ds. Vijayesh Lal.
De predikant is voorzitter van de commissie voor godsdienstvrijheid van de Evangelical Fellowship van India (EFI), een koepelorganisatie waar zo’n 65.000 kerken bij zijn aangesloten. Hij noemt de uitbreiding en de reikwijdte van de wetten –die in de volksmond bekend staan als antibekeringswetten– „een alarmerende ontwikkeling.”
De wetten verbieden de bekering tot een andere religie niet, maar stellen die wel onder strenge voorwaarden. In de deelstaat Madhya Pradesh moeten mensen die van religie willen veranderen én de betrokken pastor dat zestig dagen van tevoren melden bij het districtsbestuur. Die onderzoekt of er geen sprake is van een frauduleuze bekering. Bij overtreding dreigt een gevangenisstraf van drie tot vijf jaar en een hoge boete. Andere regio’s kennen soortgelijke bepalingen.
Ds. Lal heeft scherpe kritiek op de meldplicht. „Elke bekering is in principe verdacht. De bekeerling of de pastor moet bewijzen dat hij niet schuldig is. Hierdoor kan iedereen een aanklacht indienen tegen iemand die van religie wil veranderen of tegen de persoon die de bekering heeft gestimuleerd. Hindoenationalisten maken van die mogelijkheid dankbaar gebruik en doen valse aangiftes.”
Ook stellen de nieuwe wetten dat niemand een andere persoon mag proberen te bekeren door gebruik te maken van een verkeerde voorstelling van zaken, verleiding, gebruik van geweldsdreiging, ongepaste beïnvloeding, dwang of huwelijk of op enige andere frauduleuze wijze.
Omdat geen van deze termen wordt gespecificeerd, ligt misbruik nog meer op de loer, zegt ds. Lal. „Als je zegt dat iemand die niet in Jezus Christus gelooft naar de hel gaat, kan dat geïnterpreteerd worden als een bedreiging. Of als je zegt dat iemand die in God gelooft naar de hemel gaat, kan dat als verleiding worden gezien.”
Daarnaast is door de nieuwe wetgeving de onverdraagzaamheid jegens christenen (en ook moslims) toegenomen. De pastor, die nauwgezet het aantal incidenten tegen christenen in India bijhoudt, constateert dat het geweld tegen christenen een vlucht heeft genomen.
De bekeringswetten zijn het gevolg van het opkomende hindoe-nationalisme in India. Radicale hindoes promoten het idee dat een Indiër alleen hindoe kan zijn. De regerende Bharatiya Janata-partij (BJP) leunt sterk op dit gedachtegoed. Het zijn ook de staten waar de BJP aan de macht is, waar de bekeringswetgeving wordt doorgevoerd.
Kerkplanter
Ook een predikant uit Madhya Pradesh, die om veiligheidsredenen niet met naam genoemd wil worden, is bezorgd. „In ons district werden we geconfronteerd met de eerste zaak tegen een christen, gebaseerd op deze nieuwe wet. Vervolgens verspreidde het zich als een golf door heel de staat.”
De voorganger is kerkplanter in een plattelandsdorp en de nieuwe wetten hebben dan ook grote gevolgen voor zijn werk. „Ze maken het haast onmogelijk om mensen te dopen of het Evangelie te delen.” In sommige gevallen stelt de predikant de doop uit of neemt hij de dopeling mee naar een staat waar geen belemmerende wetten gelden.
Tijdens de zestig dagen die aan de officiële bekering voorafgaan, ziet de kerkplanter dat de gemeenschap grote sociale druk uitoefent om terug te keren. Als hindoenationalisten weet krijgen van een bekering, zetten ze alles op alles om die te voorkomen.
De ware intentie van de nieuwe wetten is voor de pastor wel duidelijk, zegt hij. „In deze wetten is ook opgenomen dat wanneer iemand met een hindoe-achtergrond terugkeert tot het hindoeïsme, dit niet als bekering wordt beschouwd.” Hindoenationalisten kunnen vaak ongestraft bekeerlingen dwingen om terug te keren.
Veroordeling
Hoewel het aantal aanklachten op basis van de nieuwe wetten de laatste maanden enorm is toegenomen, is het –ook in het verleden– tot veroordelingen niet gekomen, zegt ds. Lal. „Uiteindelijk worden de aangeklaagden vrijgelaten. Desondanks is het proces een straf op zich. Zo’n zaak kan soms jaren duren.”
De predikant van de EFI verwacht niet dat er een landelijke antibekeringswet komt. Veiligheid en openbare orde zijn een zaak van de deelstaatregeringen. Ook misdrijven die verband houden met bekeringen vallen daar onder. Daarnaast sprak een Indiase rechter zich onlangs in een zaak uit dat iedereen boven de achttien jaar vrij is om van religie te veranderen. Inmiddels lopen er diverse zaken over de grondwettelijke geldigheid van de bekeringswetten. De Indiase grondwet garandeert in artikel 25 vrijheid van godsdienst. Ook de EFI vecht de wetten aan.
Wel is ds. Lal bezorgd over een ander scenario. In reactie op de uitspraak van de rechter zei iemand van BJP: „Als er geen nationale antibekeringswet kan komen, dan veranderen we de grondwet wel.”
Vijanden
Volgens de kerkplanter uit Madhya Pradesh zijn goede sociale contacten met de lokale gemeenschap van essentieel belang. „Dat is de manier waarop de kerk hiermee om moet gaan”, zegt hij. „Waar je ook dient, je moet actief betrokken zijn op de gemeenschap. Mensen respecteren je als je een goede relatie opbouwt. Dat zorgt voor veel minder incidenten tegen christenen.”
„Hoe zwaar we ook vervolgd zullen worden, we moetens onze bediening voortzetten”, zegt pastor Lal. „Heb je vijanden lief en bid voor het land. Dat is onze taak.”