Basisscholenkoepel: er is iets mis met ons stelsel
In het Nederlandse onderwijsstelsel is iets fundamentaal mis, zegt de koepel van basisscholen, de PO-Raad. Te veel kinderen krijgen een te laag advies voor de middelbare school, helemaal als hun ouders een lager inkomen hebben en „eenmaal doorverwezen naar het voortgezet onderwijs is de kans dat je blijft op het niveau waar je zit, het grootst”, zegt Anko van Hoepen, vicevoorzitter van de PO-Raad.
De organisatie reageert op cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dat bureau ontdekte dat de kinderen die vorig jaar in groep 8 van de basisschool zaten, een lager advies voor de middelbare scholen hebben gekregen dan de achtstegroepers ervoor. Door het coronavirus ging hun eindtoets niet door en konden ze hun advies niet opkrikken. Vooral bij meisjes en kinderen uit lagere sociaaleconomische klassen daalde het schooladvies. Hoe lager het inkomen van de ouders, hoe lager het gemiddelde advies van de kinderen, concludeert het CBS.
Volgens de PO-Raad hebben niet alle kinderen dezelfde kansen. Bij dezelfde toetsresultaten is het schooladvies voor kinderen van lager opgeleide ouders een kwart lager dan het advies voor kinderen van ouders met een hoger opleidingsniveau. „De ene ouder weet nauwelijks wat een eindtoets is, terwijl de ander zijn kind naar toetstraining stuurt.” Daarom wil de koepel dat het nieuwe kabinet zorgt voor „een kansrijker onderwijsstelsel”.