Ds. Zondag bijzonder hoogleraar TUA: Hoop voor anderen stimulator te zijn
Ds. W. A. Zondag, predikant van de gereformeerde gemeente te Dordrecht, is per 4 januari benoemd als bijzonder hoogleraar kerk, recht en samenleving aan de Theologische Universiteit Apeldoorn (TUA).
Dat maakte de TUA vrijdag bekend. De leerstoel met de omvang van 0,2 fte komt tot stand in een samenwerkingsverband met de Reformatorische Maatschappelijke Unie (RMU). Het betreft een onbezoldigde functie.
Als bijzonder hoogleraar zal ds. Zondag zich bezighouden met „academische bezinning op kerkrechtelijk terrein en de eigen positie van de kerk en andere identiteitsgebonden instellingen in onze samenleving.” Voordat hij predikant werd, was ds. Zondag gedurende 15 jaar werkzaam als hoogleraar arbeidsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen.
De predikant was al langer betrokken bij de TUA, vertelt hij, „in kleinere projecten” zoals symposia en het meeschrijven aan een publicatie over gereformeerd kerkrecht. „Bij prof. dr. Herman Selderhuis werk ik al langere tijd aan een proefschrift over kerkelijke tucht jegens ambtsdragers. Hij vroeg me om hoogleraar te worden. De TUA wil met meerdere hoogleraren graag haar kennis verbreden en verdiepen.”
Hoe zal uw werk eruitzien?
„Denk aan het geven van een keuzevak rond kerkrecht, of postacademisch onderwijs voor bijscholing aan bijvoorbeeld predikanten. Ook het begeleiden van scripties en dissertaties hoort bij het werk. Daarnaast het doen van onderzoek. Daarbij geldt dat de functie voor een dag per week is – dat blijft dus bescheiden. Het is vooral de bedoeling dat er een vliegwieleffect ontstaat, om voor anderen een stimulator te zijn, bijvoorbeeld in het schrijven van een proefschrift.”
Wat houdt de samenwerking met de RMU in?
„De RMU heeft constructief meegedacht met het structuurrapport van de leerstoel, dus bij de vraag wat we gaan onderzoeken. Mijn onderzoek richt zich op onderdelen van het gereformeerd kerkrecht, maar kijkt nadrukkelijk ook breder: naar het snijvlak van kerkelijk en wereldlijk recht. De RMU heeft natuurlijk veel expertise in huis als het gaat om werkgerelateerde problematiek. Een onderzoeksthema zou bijvoorbeeld de actuele discussie over vaccinatie kunnen zijn vanuit het perspectief van grondrechten.
Ook heeft de RMU meegedacht in het samenstellen van het curatorium dat bij deze leerstoel hoort. Daarin zou ook mijn onvergetelijke vriend mr. dr. J. T. van den Berg zitting hebben genomen. Hij was nauw betrokken bij de gedachtevorming rond deze leerstoel. Helaas overleed hij vorig jaar.”
U was voorheen hoogleraar arbeidsrecht. Is het een grote overstap naar het kerkrecht?
„Eigenlijk niet; als hoogleraar arbeidsrecht deed ik al veel op het terrein van identiteit. Zo schreef ik regelmatig over de positie van gewetensbezwaarden, of over identiteitsgebonden instellingen. Ook was ik als promotor betrokken bij twee dissertaties over dit onderwerp. Dat vond ik toen al een boeiende focus, en mensen verwachtten het ook. Ze wisten dat ik calvinist ben, en vonden het leuk dat ik juist voor deze onderwerpen aandacht vroeg.”
U dient een grote gemeente, met meer dan 1500 leden en doopleden. Valt dat te combineren met hoogleraarschap?
„Ja, met name omdat de leerstoel zo’n beperkte omvang heeft. Op dit moment was ik eigenlijk ook een dag in de week bezig met schrijven en het doen van onderzoek. Wat dat betreft blijft mijn werk hetzelfde, maar dan meer georganiseerd.
Persoonlijk merk ik dat het doen van onderzoek, het denkwerk, enorm stimuleert. Die afwisseling geeft niet minder, maar juist extra energie om het werk in de gemeente te doen.
Daarnaast doet een predikant, zeker in een grote gemeente, het werk nooit alleen. De Dordtse kerkenraad heeft mij gestimuleerd in deze beslissing, waar hij unaniem achter staat. Juist ook in het licht van het zoeken van samenwerking in de breedte. Ze hebben toegezegd te zorgen dat ik hiervoor de tijd kan krijgen. Van mijn kant heb ik toegezegd kritisch te kijken naar enkele andere nevenactiviteiten en waar mogelijk die te beëindigen.”
Sommige mensen zullen zich wellicht afvragen waarom een predikant van de Gereformeerde Gemeenten doceert aan een opleiding van de Christelijke Gereformeerde Kerken.
„Laat ik vooropstellen dat dit geen kerkelijke leerstoel betreft. Het is een bijzondere leerstoel, die verder niet kerkelijk is ingebed. Misschien moeten mensen even wennen omdat het nog niet eerder is gebeurd dat iemand vanuit de Gereformeerde Gemeenten een leerstoel bekleedt aan de TUA. De CGK-synode heeft zich in september uitgesproken voor de mogelijkheid om iemand van buiten het kerkverband te benoemen.
Er promoveren predikanten vanuit de Gereformeerde Gemeenten aan de TUA of aan de Vrije Universiteit Amsterdam, daar zijn we ook aan gewend. Ik zie dit in dezelfde lijn liggen. Daarnaast studeren er meerdere jongeren vanuit de Gereformeerde Gemeenten aan de TUA, ik hoop er ook voor hen te zijn. Zij, maar ook anderen vanuit de Gereformeerde Gemeenten, zijn zeer welkom om te komen promoveren; daar sta ik graag voor open.”