Ds. Van Zetten: Ga niet af op eigen gevoel, maar op Zijn Woord
Het postmodernisme doet ook binnen de christelijke kerken zijn invloed gelden, aldus ds. H. A. van Zetten. „Begon het in de kleine ethiek, nu is de geloofsbeleving aan de beurt en hierna volgt de beïnvloeding van de geloofsleer.”
De predikant van de gereformeerde gemeente in Benthuizen sprak vrijdagavond in het gebouw van Driestar Educatief te Gouda op de eerste dag van de zomerconferentie van de Werkgroep voor Studenten binnen de Gereformeerde Gemeenten.
De conferentie, die als thema ”Postmodernisme” heeft, begon vrijdagmiddag voor de eerstejaarsstudenten. Bij de maaltijd sloten ook de ouderejaarsstudenten aan. Na het eten opende ds. G. Clements, predikant van de gereformeerde gemeente te Gouda, de conferentie, die nog tot zaterdagmiddag duurt.
„Het postmodernisme werd een dominante stroming in de filosofie van de twintigste eeuw”, zo legde ds. Van Zetten uit. „Het doet zijn invloed gelden op alle terreinen van ons denken, maar ook in onze cultuur en onze ethiek. Typerend is dat het waarheidsbegrip een nieuwe lading kreeg. Er zou helemaal geen objectieve waarheid buiten onszelf zijn. „Ik vind de waarheid in mijzelf. Het is voor mij zoals ik het voel”, zo zegt een aanhanger van het postmoderne denken.”
De predikant stelde dat een relationeel waarheidsbegrip haaks staat op het „alzo zegt de Heere.” De huidige tijd kenmerkte hij dan ook als een doodscultuur. „De vorst der duisternis wil geen leven. Dus is hij voor abortus. Hij is bezig ons op alle terreinen van het leven te beïnvloeden. Het refrein van de Richteren doet zich vandaag de dag volop gelden: ieder doet wat goed is in zijn oog”, aldus de predikant.
Bron
Op de vraag hoe geloof en gevoel met elkaar te maken hebben, antwoordde de predikant uit Benthuizen dat gevoelens een groot deel van de ware godsdienst vormen. „Maar daarin gaat het om de vraag: wat is de bron? Het gevoel of het geloof? Er kunnen veel gevoelens en gevoeligheden zijn zonder Gods Geest. Maar het ware geloof verlicht het verstand. Het hart wordt innig aangedaan. De oneindige liefde van God in het zenden van Zijn Zoon moet ons raken.”
Ds. Van Zetten haalde de achttiende-eeuwse Amerikaanse puritein Jonathan Edwards aan. „Hij schrijft dat een hevige aandoening op zichzelf geen bewijs van genade is. Grote uitwerking op het lichaam evenmin. Gevoelens die ikzelf heb opgewekt zijn evenmin een bewijs van genade. Ook niet als mensen erop vertrouwen dat het goed met hen is.”
Vrucht
„Het gaat om de vrucht”, aldus de Benthuizer predikant. „Ga dus niet op je gevoel af. Ook niet op iets wat je een goed gevoel geeft. Het gaat om het Woord, gesproken door Gods Geest.” De predikant hield de studenten voor om evenmin op zelfvertrouwen en eigen zekerheden te vertrouwen. „Gods kind kent niet zijn eigen zekerheid, maar zijn eigen blindheid.”
Ware geestelijke gevoelens komen tot stand door Gods Geest, zo stelde ds. Van Zetten. „Als God met de mens begint, ontstaan de gevoelens in het hart en volgen daarop geestelijke, heiligende werkzaamheden. Die zijn gericht op het Woord en op de God van het Woord. Dat leidt tot een nieuw geestelijk verstaan van de goddelijke zaken in het Woord en een zien van de heerlijkheid van God. Het hart wordt erheen getrokken, het verstand wordt verlicht en richt zich op de belofte van de Belover.”
Volgens ds. Van Zetten is er geen tegenstelling tussen gevoel en verstand. „Het Woord is de norm. Gevoelens, als vrucht van genade, gaan gepaard met evangelische verootmoediging.”
Valse gevoelens rusten in de weldaden, terwijl ware gevoelens zich op de Belover richten, zo betoogde de predikant. „Bij ware gevoelens hoort ook een christelijke levenspraktijk. Vraag je dus steeds af wat de bron is van godsdienstige gevoelens, waarop die gevoelens zich richten en welke vruchten ze in jouw persoonlijk leven voortbrengen.”