Stichting Gereformeerd Erfgoed leidt nieuwe hertalers op: „Smijtegelt moet wel Smijtegelt blijven”
Peter Zevenbergen leert twaalf cursisten in zeven zaterdagochtenden de kneepjes van het hertaalvak. Ze worden klaargestoomd als nieuwe krachten voor Stichting Gereformeerd Erfgoed (SGE).

Terwijl het buiten stortregent, buigen de studenten zich zaterdagochtend in de Eben-Haëzerschool te Waardenburg over een gebed van de zeventiende-eeuwse Caspar Sibelius. De docent toont op het scherm de hertalingen die de deelnemers vooraf hebben ingestuurd. De verschillende hertaalopties worden plenair doorgenomen. Allerlei taalkundige termen passeren daarbij de revue: uitbreidende en beperkende bijvoeglijke bijzinnen, conjuncte en absolute participia en ACI-constructies.
Er wordt volop gediscussieerd. Soms op woordniveau: moet je van ”aanhoringhe” nu ”aanhoren” of ”luisteren” maken? Soms op zinsniveau: mag je voor een lijdende zin zomaar een actieve hertaling geven?
Smijtegelt
De cursisten lezen de zeventiende-eeuwse predikant Bernardus Smijtegelt graag, blijkt zaterdag. Een citaat van zijn hand levert een uitgebreid gesprek op. Smijtegelts preken zijn in spreekstijl opgeschreven, waardoor het grammaticaal niet altijd even goed loopt, geeft Zevenbergen aan. „Bij de hertaling moet Smijtegelt wel Smijtegelt blijven”, zegt een van de deelnemers.
„Kruip zo dicht mogelijk tegen de oorspronkelijke tekst aan”, is het advies van Zevenbergen. „Dan blijft de eigen sfeer van een predikant het meest intact. Wijzig nooit zomaar woordsoorten bijvoorbeeld.”
De teksten van de „vingeroefeningen” worden niet alleen taalkundig bekeken, maar krijgen ook inhoudelijk aandacht. Bij de bespreking van een citaat uit ”Doop en zaligheyt voor kinderen der christenen” wijst de docent de cursisten op de rijke betekenis die Franciscus Ridderus, eveneens een predikant uit de zeventiende eeuw, toekent aan de kinderdoop. „De doop van de kinderen ontleende Petrus niet uit de bekering van de ouders, maar uit de belofte”, luidt de hertaling na zorgvuldige bespreking.
Zevenbergen: „De theologische discussie hierover voeren we in de pauze wel verder.”
Vertalen
Peter Jan Valk (62) uit Bennekom werkt al ruim tien jaar voor SGE. Hij vertaalde ”Het merg van het Evangelie”, van de Engelse James Durham. Toch meldde hij zich aan voor de hertaalcursus. „Ik merkte dat bij het vertalen uit het Engels dezelfde aspecten spelen als bij het hertalen.” Of Valk daarna de overstap naar het hertalen gaat maken? „Voorlopig blijf ik bij het vertaalwerk, maar misschien breid ik het in de toekomst uit.”
Taalkleed
Net als Valk is ook J.C. Drooger (68) uit Oud-Beijerland al een tijdje actief voor SGE. „Ik hertaal de catechismusverklaring van ds. J. van der Kemp.” Daaraan begon Drooger zonder voorkennis. Hij leert veel van de cursus. „Ik ben inmiddels op de helft met Van der Kemp, maar ga een aantal dingen in mijn hertaling toch even opnieuw bekijken.”
C. van Stam (73), eveneens afkomstig uit Oud-Beijerland, volgt de cursus uit liefde voor de oudvaders. „De schatten van vroeger mogen niet verloren gaan. Ik vind het belangrijk dat ze verstaanbaar overgezet worden.” Ervaring met hertalen doet Van Stam in de praktijk op, als ouderling in de oud gereformeerde gemeente in Nederland te Oud-Beijerland. „Tijdens de kerkdiensten lees ik vooral oudvaders. Daarvoor moet je vaak ook wel het een en ander overzetten.”

Het niveau van de cursus is goed te volgen, zegt Van Stam. „Vroeger heb ik Grieks en Latijn gehad, dat helpt.” Hij is voornemens het examen af te leggen en zich daarna aan te melden als hertaler bij SGE.