Er hadden nog meer aanbevelingen geformuleerd kunnen worden, aldus ds. Bloemert. „Maar wij hechten ook aan uitvoerbaarheid, op redelijk korte termijn. Dit is genoeg voor nu.”

In de gemeente is het werk van de schuilplaats te doen, benadrukt ds. Bloemert. „Landelijk beleid is niet altijd zomaar op lokaal niveau uit te rollen.” Gemeenten hebben veel huiswerk te doen, maar het creëren van veiligheid heeft vooral te maken met een basishouding, zegt ds. Bloemert. „Er is werk aan de schuilplaats. Met hoofd, hart en ziel.”

Ds. M. van Dam (Baarn, foto) benadrukt dat het goed is dat de kerk onderstreept wat al eerder is gezegd: dat seksueel misbruik zonde is en kwaad is in Gods ogen en dat de kerk onomwonden dient te kiezen voor slachtoffers van seksueel misbruik.

Het is volgens ds. Van Dam belangrijk dat de „juiste toon” richting gemeenten wordt aangeslagen en dat er, met die goede toon, ook daadwerkelijk stappen worden gezet.

Dr. H. Wevers (GRA) noemt zaken van seksueel misbruik „ongelofelijk ingrijpend.” Hij stelt dat binnen een gemeente waarin sprake is van seksueel misbruik, bewustwording op gang moet worden gebracht. „De vertrouwenspersoon of adviseur hoeft niet in de kerkenraad te zitten, maar de kerkenraad heeft wel een plicht om dit in een beleidsplan een plek te geven.”