Onderwijs toch niet blij met zelf gesloten deal
De bonden waren blij met de 460 miljoen voor het onderwijs. Geen staking. Maar binnen 48 uur draaide de grootste bond 180 graden. Boos over de deal met minister Slob gaan leraren woensdag tóch naar het Malieveld.
Hun grote bezwaar: die miljoenen komen er alleen deze regeerperiode bij. Garanties dat het onderwijs daar ook na Rutte III op kan rekenen, zijn er niet. Docenten willen echter structureel geld voor salarisverhoging en werkdrukvermindering. En daarom laten ze woensdag alsnog hun klassen leeg om in Den Haag te protesteren.
Vrijdag besloten de onderwijsbonden AOb, CNV Onderwijs en anderen de staking te schrappen, nadat ze met minister Arie Slob tot een akkoord kwamen. Vanuit de achterban klonken meteen boze reacties, omdat een groot deel van het geld eenmalig is. De kleinere vakbond Leraren in Actie noemde het afblazen van de staking „een miskleun en een blunder.” Ook belangenclub PO in actie wilde alsnog een protest.
De Algemene Onderwijsbond krabbelde zondag terug na een crisisberaad. Voorzitter Liesbeth Verheggen stapte op. Zij vond ook dat er structureel geld nodig was, maar zag de 460 miljoen als een eerste stap op weg naar duurzame oplossingen. De voorzitter had haar handtekening niet meteen moeten zetten, luidde het verwijt. Het hoofdbestuur had er zich eerst over moeten buigen en leden hadden de kans moeten krijgen zich erover uit te spreken. Ook CNV Onderwijs zag het afblazen van de staking achteraf als inschattingsfout. Minister Slob heeft al gezegd dat de gemaakte afspraken gewoon doorgaan.
Onzekerheid
„Die 460 miljoen moet geen cadeautje zijn om ons nu een beetje rustig te houden. En dat gevoel leeft wel bij veel leerkrachten”, reageert Jan Willem Nieuwenhuyzen. De directeur van Colon, een koepel van reformatorische basisscholen in Zeeland, is wel blij met de toegezegde euro’s. „Die laten zien dat de geluiden vanuit het basisonderwijs worden gehoord.” Tegelijk ziet hij dat de onduidelijkheid over het budget in de toekomst zorgt voor veel onzekerheid op de werkvloer.
„Zelf denk ik dat we een beetje vertrouwen mogen hebben nu deze stap is gezet”, zegt de Zeeuwse directeur. Politiek draagvlak voor een toezegging op lange termijn heeft volgens hem tijd nodig.
Kunnen scholen wel een verschil maken met extra euro’s voor de komende jaren? Of hebben ze straks geen geld meer om personeel te betalen dat ze nu kunnen aannemen? „Laten we niet te bang zijn om te investeren”, vindt Nieuwenhuyzen, zelf directeur van twee scholen in Middelburg. „We mogen er best vertrouwen in hebben dat de onderhandelaars bij het ministerie er alles aan doen om mensen die we nu benoemen ook kunnen behouden voor de markt. Het is al moeilijk zat om leerkrachten te vinden.”
Geld is niet de enige oplossing, erkent hij. „Ik hoop dat veel meer mensen gaan kiezen voor het onderwijs. Dat tekort baart me meer zorgen dan het geld.” Ook in Zeeland vinden scholen moeilijk vervangers. Op vacatures reageren minder sollicitanten dan voorheen. Noodgedwongen kiezen scholen voor grote groepen.
De beloofde miljoenen helpen volgens Nieuwenhuyzen wel om het beroep aantrekkelijker te maken. „Er moet echt iets aan de salarissen gebeuren. Goede lonen dragen bij aan een positief imago van het vak.” Om mensen enthousiast moet maken voor het leraarschap, start het reformatorisch onderwijs deze week de campagne ”En dan ben je leraar”.