Opinie

Bescherm kinderen tegen occulte invloeden

Steeds vaker wordt bij kinderen in de basisschoolleeftijd occulte belasting gesignaleerd. Wat houdt dit in en wat zouden (christelijke) basisscholen kunnen doen? Kennis vergaren, alert zijn, doorvragen als kinderen bepaalde symptomen vertonen en de Bijbel als leidraad gebruiken. Dus geen Halloween maar Hervormingsdag.

Dr. J.J. Bakker
31 October 2019 10:11Gewijzigd op 16 November 2020 17:23
Het is altijd oppassen geblazen bij onder meer jeugdliteratuur. Titels als ”Dit huis wil bloed” verraden de gevaarlijke inhoud. beeld ANP, Koen Suyk
Het is altijd oppassen geblazen bij onder meer jeugdliteratuur. Titels als ”Dit huis wil bloed” verraden de gevaarlijke inhoud. beeld ANP, Koen Suyk

Ouders en managers van basisscholen vragen ons als CHE-pabo veelvuldig advies over hoe om te gaan met activiteiten op scholen waar een spiritueel luchtje aan zit. Twee oud-collega’s van de theologieopleiding van de CHE, prof. dr. M. J. Paul en dr. R. J. Doornenbal, behandelden het onderwerp occulte belasting in hun opleiding gericht op pubers. Ik doe dit in de pabo, gericht op kinderen.

Ook leerkrachten zien symptomen bij kinderen die het gevolg zijn van het omgaan met transcendente en (ogenschijnlijk) occulte praktijken. Aan de ene kant wordt ”occult” geplakt op zaken die dat niet zijn (overschatting), aan de andere kant wordt het onderwerp gebagatelliseerd (onderschatting). Sommige ouders en leraren (ook christelijke) vinden dat experimenteren met zaken die het bovennatuurlijke bevatten, moet kunnen. Ze beseffen niet dat kinderen occult belast kunnen raken en daardoor symptomen krijgen die moeilijk te duiden zijn. We hebben het dan over:

• emotionele problemen, zoals angststoornissen en depressie: angst voor het donker bij het naar bed gaan;

• slaapstoornissen: wakker schrikken van enge dromen waarin spoken voorkomen;

• bedplassen: in de eerste slaap ontlaadt zich het onderbewuste; als dat voor kinderen enge dingen bevat, kan de controle over de plasspieren (vooral bij jongens) verloren gaan;

• gevoel van onveiligheid: de spookbeelden kunnen te allen tijde opdoemen en dat legt een onstabiele basis onder het bestaan;

• zichtbare verschijnselen: het bewegen van gordijnen op de slaapkamer en het verschijnen van ‘spookfiguren’;

• het horen van stemmen en het krijgen van waanideeën: het ontvangen van boodschappen die aanzetten tot verkeerde handelingen (agressie, stelen);

• concentratieproblemen: emotioneel bezig en geobsedeerd zijn met wat wordt beleefd; dit blokkeert het werkgeheugen (zo leert de neuropsychologie), waardoor het opslaan van nieuwe informatie het langetermijngeheugen niet bereikt;

• communicatiestoornissen: het geven van vertrouwen wordt geschonden doordat ‘iets ertussen zit’ wat onveiligheid geeft.

Verkeerde diagnose

Bij hun ontwikkeling hoort dat kinderen soms bang zijn doordat ze denken dat er iemand onder hun bed ligt. Dat is op zichzelf niet verontrustend, maar als daar enge dingen bij komen, moet er een bel gaan rinkelen. Daarom is kennisname van de ernst van de problematiek van occulte belasting iets wat bij de onderzoekshouding van een leerkracht hoort. Mijn ervaring is dat christelijke basisscholen te weinig kennis en onderscheidingsvermogen hebben om symptomen te kunnen signaleren en te duiden.

Een occult belast kind vertoont verschijnselen die zich ook bij andere problemen voordoen, zoals huiselijk geweld en incest. Daarom is doorvragen belangrijk: Met welke spelletjes ben je bezig? Bij welke vrienden speel je en kom je thuis? Naar welke tv-programma’s en films kijk je? Wat doe je online? Met wie communiceer je via sociale media? Welke sites bezoek je?

De symptomen zijn zelfs zo misleidend, dat kinderen verkeerd worden gediagnostiseerd. Kinderpsychologen weten soms ook niet welk etiketje ze moeten plakken. Het krijgen van boodschappen door stemmen in het hoofd wordt al snel geduid als psychotisch of schizofreen. Vaak wordt het verzamelstigma ”aan autisme verwant” geplakt op symptomen die het gevolg zijn van occulte belasting. Kinderen die belast zijn, proberen zich (onbewust) af te sluiten van de buitenwereld, om de prikkels te kunnen reguleren. Die activiteit doet denken aan autistische trekjes.

Dat symptomen een vertekend beeld kunnen geven, geldt ook bij hoogsensitiviteit. Uit onderzoek blijkt dat er zo’n drie hoogsensitieve kinderen in een basisschoolgroep kunnen zitten. Zij hebben een extra antenne voor spiritualiteit. Dat betekent niet dat ze meer kans hebben op occulte belasting, maar wel dat ze extra bescherming en begeleiding nodig hebben om met prikkels te kunnen omgaan. Het onderscheiden van de geesten is daarbij van groot belang.

Dubieuze methodieken

Op basisscholen worden soms methodieken gebruikt waarvan de achtergrond op zijn minst dubieus is. Je hebt een zwart gebied waarvan je weet dat het eng is, maar het grijze gebied is minstens net zo gevaarlijk, omdat je niet weet wat voor gevolgen het heeft en waartoe het kan aanzetten. Een voorbeeld is de Rots- en Watertraining, een goedbedoelde interventie om de dynamiek in de groep een positieve wending te geven. Maar als kinderen eerst vast op de grond moeten gaan staan om contact te maken met ”moeder aarde” en dan op de grond gaan liggen om meditatieve oefeningen te doen, kun je je afvragen welk mensbeeld eraan ten grondslag ligt. De Friese bedenker, die onlangs uitleg gaf, meldde dat de oorsprong van de training uit de spirituele hoek komt.

Wanneer kun je occult belast raken? Als er contact is met het occulte, direct of indirect. Direct door bijvoorbeeld media (films, tv, muziek, methodieken waarbij geesten worden opgeroepen) of door occult belaste mensen. Indirect door bezwering van anderen of het doorgeven hiervan van ouder op kind.

Het is altijd oppassen geblazen bij: yoga, mandala’s, trance-doorway-technieken, wichelroede, pendel-, meditatie- en concentratieoefeningen, diverse computerspelletjes, tv-programma’s en films, en jeugdliteratuur. Titels verraden de inhoud: ”Huis van Anubis” (god van de Egyptische mythologie), ”De graal van het kwaad”, ”Kernenergie voor de duivel”, ”De nacht van de draak”, ”Dit huis wil bloed”, ”Hekserij bij volle maan”, ”Meindert Swartesiel en het bloed van duivel”, ”De geest in de glazen bol”, ”De spookburcht”. Auteur Paul van Loon, altijd afgebeeld met pikzwarte bril, met titels als ”De Griezelbus” en ”Weerwolfbommetje” doet er ook geen goed aan. Al deze middelen en methodieken willen het denken van kinderen ”oosters” maken en hen leiden naar een nieuwe wereldorde, waarin alles wat van God is uit ons bestaan wordt weggebannen.

Vaste Burcht

In 1 Thessalonicensen 5:21 en 22 lezen we dat we alle dingen mogen onderzoeken, maar het goede moeten behouden en elk kwaad uit de weg moeten gaan. Ook het gevaar dat we (ongemerkt) ingewijd worden in het oosterse denken dat gericht is op het spirituele, het transcendente en bovennatuurlijke.

Als we deze zaken met kinderen bespreken, moeten we ertegen waken dat ze achter elke boom een demon gaan zien en onnodig angstig worden. Tegelijk mogen we vanuit het Evangelie wijzen op een veilig en goeddoend God, Die bescherming biedt tegen occulte invloeden die, zoals Paulus vermeldt, als „geestelijke boosheden in de lucht” hangen (Efeze 6).

De vijand, de boze, rukt aan „met gruwel en bedrog”, zoals in het Lutherlied staat. Hij zal er alles aan doen om kinderen in deze eindtijd in zijn macht te krijgen. ‘Bevrijdingspastoraat’ is nodig: de Heilige Geest vragen om de kinderen te beschermen tegen of te bevrijden van occulte belasting. Van Luther leren we ook dat een sterke Held terzijde staat. En hoe de satan ook woedt, „één Woord al doet hem vallen.” Gods Woord houdt immers „stand in eeuwigheid.”

We mogen ervan verzekerd zijn dat „noch dood, noch leven, noch engelen, noch machten, noch tegenwoordige, noch toekomstige dingen, noch hoogte, noch diepte, noch enig ander schepsel ons zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onze Heere” (Romeinen 8:38 en 39). We mogen vertrouwen op Gods bescherming: „een vaste Burcht is onze God.” Daarom geen Halloween, maar door Gods genade Hervorming door de vernieuwing van ons denken.

De auteur was onderwijspedagoog en lector aan de pabo van de CHE en heeft er nu een deeltijdaanstelling.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer