Opinie

Zet eigen geluk op tweede plan, zorg voor de ander

De manier waarop onze samenleving kijkt naar zorg- en hulpverlening is onhoudbaar. De kosten rijzen de pan uit, en van de zorgmedewerkers wordt steeds meer gevergd. De werkelijke oplossing ligt op sociaal terrein.

Diederik van Dijk, Hendrik Jan van den Berg en Jos Leijenhorst
25 October 2019 11:56Gewijzigd op 16 November 2020 17:20
Professionele zorg is goed en van hoog niveau als dat nodig is. Zorg vervangt onze liefdevolle relaties echter niet. beeld iStock
Professionele zorg is goed en van hoog niveau als dat nodig is. Zorg vervangt onze liefdevolle relaties echter niet. beeld iStock

In 1970 waren er nog vier zorgverleners op één zorgvrager, inmiddels is deze verhouding bijna omgedraaid. In 2030 zullen er vier zorgvragers op één zorgverlener zijn. Dat stelt ons voor serieuze vragen. Jarenlang hebben we verhalen gehoord over toenemende vergrijzing en een slinkende beroepsbevolking. En de problemen die dit zou veroorzaken in de zorg. Inmiddels zijn die berichten dagelijkse praktijk.

Zorginstellingen worstelen met de arbeidsmarkt. Inmiddels zijn er onvoldoende zorgverleners beschikbaar om de toenemende zorgvraag te bedienen. Deze schaarste stelt ons voor existentiële vraagstukken die niet met extra geld op te lossen zijn. We komen handen aan het bed tekort. Wie zorgt er straks voor mijn moeder? Wie zorgt er voor mij of voor mijn kinderen?

Participatiestaat

In 2013 sprak onze koning in zijn eerste troonrede over de noodzaak onze verzorgingsstaat te veranderen in een participatiestaat. Als wij om ons heen kijken, zijn we weinig opgeschoten. Mensen die zorg en ondersteuning nodig hebben, kijken nog altijd als eerste naar de professionele aanbieders.

In de troonrede van dit jaar kwam de noodzaak om na te denken over de zorg van morgen opnieuw ter sprake. Het kabinet kondigde aan binnen een jaar met nieuwe voorstellen te komen om de zorg toekomstbestendig te maken. Vanuit de zorgpraktijk denken we graag mee.

We kunnen de oplossing niet langer alleen uit Den Haag verwachten. Integendeel. In een bepaald opzicht is de overheid onderdeel van het probleem in plaats van onderdeel van de oplossing. Het sociale levensterrein behoort tot het zogenoemde ”voorpolitieke”, dat gefundeerd is op familiebanden, geloof, traditie en onderlinge gemeenschap. Dit terrein behoort niet primair aan de overheid, maar aan de samenleving zelf. Die gedachte verdient herwaardering en moet leiden tot een herverkaveling van verantwoordelijkheden voor elkaar.

We kijken gespannen naar nieuwe mogelijkheden in wetenschap en techniek. Maar terwijl die onze oplossingsmogelijkheden vergroten, neemt de zorgvraag door de extra kennis alleen maar toe. Het lijkt erop dat we daarbij bij alles wat afwijkt van wat wij tot standaard verheven hebben zorg of hulpverlening willen betrekken. Drukke kinderen krijgen een label opgeplakt en een rugzak mee naar school. De remedie voor eenzaamheid bij ouderen is meer persoonsgerichte, professionele zorg in het verpleeghuis of de dagbesteding.

Tot op heden vragen weinig mensen zich af of deze visie op de samenleving en deze inrichting van de maatschappij gezond is. Recente studies wijzen uit dat nergens in de wereld zoveel ouderen professionele zorg nodig hebben als in Nederland en België. Ruim 42 procent van de Nederlanders heeft een psychische aandoening. Dat geeft te denken. Maakt ons systeem niet ziek en schreeuwt onze maatschappij niet om aandacht? De enorme welvaartsstaat, waar alles met geld te koop is, geeft een druk op de samenleving. Druk om te presteren. Druk om maximaal geld te verdienen. Door deze druk is er weinig tijd om samen te leven. Aandacht voor elkaar schiet er zomaar bij in.

Als de vraag gesteld wordt wie er nog zorgt in de toekomst, moeten we dan niet zeggen: wij?! Wij zorgen voor onze kinderen en als kinderen zorgen we voor onze ouders. Professionele zorg is goed en van hoog niveau als dat nodig is. Zorg vervangt onze liefdevolle relaties echter niet. Ook vanuit cliëntperspectief is die relatie van groot belang voor de waarde en betekenis die wordt gegeven aan het eigen leven. Onze maatschappij heeft dringend behoefte aan aandacht en tijd voor liefdevolle geborgenheid.

Nobel

Recent is er twee miljard extra geld voor de ouderenzorg beschikbaar gekomen. Geld om eenzame ouderen meer zorg en aandacht te geven. Heel nobel. Echter, dit is wel een keuze. Dit geld had ook besteed kunnen worden aan fiscale maatregelen om mantelzorg meer financieel te waarderen. Waardoor er minder gewerkt hoeft te worden. Een samenleving waarin er tijd is om het samen te beleven, is een gezonde samenleving.

Wij zijn ervan overtuigd dat er in die samenleving minder professionele zorg nodig is. Net zoals overal in de wereld zijn onze ouderen en jongeren geen probleem. Van onze ouderen en onze jongeren houden we. De maximale oriëntatie op het economisch perspectief en de maakbaarheid van het absolute geluk leiden ons af van het werkelijke probleem: Hebben we nog voldoende oog voor het zorgdragen voor elkaar? Zijn we bereid ons individuele geluk daarvoor op het tweede plan te zetten? Zijn we bereid het niet bij woorden en goede bedoelingen te houden, maar een echte mentaliteitsverandering teweeg te brengen? Zeggen we: „Het zal ons een zorg zijn”, of slaan we de handen ineen door te zeggen: „Het zal onze zorg zijn!”?

Diederik van Dijk is directeur NPV Zorg voor het leven, Hendrik Jan van den Berg is bestuurder Lelie zorggroep en Jos Leijenhorst is directeur Pro Life. Deze organisaties houden op 8 november gezamenlijk een symposium over de zorg van de toekomst. >>hetzalonzezorgzijn.nl. voor gratis aanmelding.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer