Vroeger was ”manwijf” geen belediging maar een aanduiding voor een pittige dame of potige vrouw. Sinds de afkorting lhbt is ingeburgerd en ieder z’n mening heeft gevormd over transgenders, is dat veranderd. Nu is ”manwijf” nog een van de vriendelijke varianten in het rijtje scheldwoorden.
Ook christenen spreken niet altijd zo vriendelijk over transgenders als je zou verwachten. Dat geldt al helemaal voor de standpunten die ze erover innemen.
Daar zijn diverse redenen voor. Onbekend maakt onbemind. „De toon en de hardheid verraadt dat ze nooit van aangezicht tot aangezicht met elkaar gesproken hebben”, zei een deskundige. Je kunt je als man ook moeilijk verplaatsen in iemand die ook een mannelijk lichaam heeft maar zich vrouw voelt.
Buitenstaanders vegen transgenders vaak op één hoop met homo’s, lesbiennes en biseksuelen of verbinden hen met travestie en homoparades. Dat is niet zo vreemd. De homobeweging heeft dat zelf gestimuleerd door de afkorting holebi te vervangen voor lhbt, waarbij de ”t” staat voor transgenders. Dat heeft helaas bijgedragen aan de verwarring. De problemen van transgenders gaan niet over seksualiteit maar over het gevoel in een verkeerd lichaam te zitten.
De oorzaak daarvan is nog onbekend, maar het is niet uitgesloten dat hormoongehaltes tijdens de zwangerschap een rol spelen. Er zijn voorbeelden van heel jonge kinderen die nog maar amper kunnen praten en hier al mee worstelen. Zo is bekend van een kleuter, een jongetje, dat elke avond tot God bidt om een nieuw hartje én of God hem een meisje wil maken.
Dat werpt een heel ander licht op de problemen van transgenders. Scheldwoorden zijn hier letterlijk uit den boze. „We hebben christenen nodig die geduldig liefhebben, advies geven en bevriend raken met hen die voelen dat hun psychologische identiteit als man of vrouw in tegenspraak is met het hun ‘toegewezen’ biologische geslacht”, schreef een van de opstellers van de Amerikaanse Nashvilleverklaring, de predikant Kevin DeYoung.
Wat de vragen rond transgenders extra moeilijk maakt, is de discussie rond het thema gender. De huidige maatschappij –en niet in de laatste plaats de overheid– bepleit niet alleen maximale vrijheid op het vlak van seksualiteit maar ook op dat van geslachtelijkheid. Dat komt voort uit de opvatting dat iemands geslacht niet vast staat, niet afhankelijk is van zijn geslachtskenmerken, maar naar eigen keuze ingevuld moet kunnen worden.
Er mag geen twijfel over bestaan dat deze genderideologie een nieuwe aanval is op Gods scheppingsorde, waarin het huwelijk een eenheid is van man en vrouw die gelijkwaardig zijn, van elkaar verschillen en elkaar aanvullen. Dat kerken nu een liturgie of ceremonie bedenken om de overgang van man naar vrouw te vieren, lijkt eerder voort te komen uit het meedeinen met deze ideologie dan uit meevoelen met transgenders.